• 0

Overname als groeistrategie

Bedrijfswaardering is een veelbesproken onderwerp. "Tien keer de winst" of "drie keer de omzet" zijn veel gehoorde kreten tijdens netwerkborrels. Maar wat is een bedrijf nu werkelijk waard? En hoe is dit gegeven nu in te zetten als groeistrategie? Tijd om daar nu eens dieper op in te duiken.

 

Allereerst is er het verschil tussen de begrippen "prijs" en "waarde". Zo kennen we bijvoorbeeld het begrip "vraagprijs". Dit impliceert dat er ook nog een andere prijs is, namelijk de "bieding". Het zou te simpel zijn om te stellen dat de "waarde" het gemiddelde is van de "vraagprijs" en het "bod". Zowel de vraagprijs als het bod geeft namelijk een indicatie van de waarde. Het maakt in ieder geval duidelijk dat de waarde voor de verkoper op een ander niveau ligt dan de waarde voor de potentiële koper. Helemaal duidelijk wordt dit als we kijken naar het verloop van een veiling. Er is een openingsbod, en daarop volgen meerdere biedingen. Op enig moment haken diverse bieders af. We kunnen daaruit in ieder geval opmaken dat voor de afhakers de "prijs" die betaald zou moeten worden, hun definitie van "waarde" overstijgt. Uiteindelijk blijft er een laatste bieder over en wordt het veilingstuk afgehamerd op een bepaalde "prijs".

 

Is deze prijs dan nu de "waarde"? Nee, het vertegenwoordigt slechts de waardering van één persoon. Pas als op een object meerdere transacties plaatsvinden tegen een gelijkwaardige prijs kan men spreken dat de waarde is vastgesteld. En dan nog kan het zijn dat de waardering voor dat object per persoon kan verschillen. Een voorbeeldje: Een blik doperwten heeft in de winkel een prijs van Eur 1,29. Maar als je al een week niet hebt gegeten, zul je waarschijnlijk je Rolex van Eur 12.000 willen afstaan voor een paar happen uit dat blik. (Vrij naar het beroemde bijbelse verhaal van Kaïn en Abel en het eerstgeboorterecht dat verruild wordt tegen een bord linzen.)

 

Het probleem met de aankoop of verkoop van een onderneming zit 'm in het feit dat ieder bedrijf uniek is, en dat er dus weinig transacties met dat specifieke bedrijf gedaan kunnen worden. Toch valt er wel het één en ander te zeggen over de waarde van een onderneming, of liever gezegd over de bepaling van een (vraag)prijs. Of het nu gaat om een webshop, loempiakraam of een bedrijf met 50 vestigingen in 35 landen, alles draait uiteindelijk om terugverdientijd. Dus de hamvraag is: Hoeveel winst maakt het bedrijf en hoe lang ben jij bereid er over te doen om de betaalde prijs terug te verdienen? Als het bedrijf Eur 100.000 winst maakt en jij er 5 jaar over wil doen om het terug te verdienen is dat bedrijf jou een half miljoen waard.

 

Is het zo makkelijk? Ja en nee. Als koper heb je misschien wel een soortgelijk bedrijf, met een jaarwinst van Eur 200.000,- In dat geval zou het denkbaar zijn dat je synergievoordelen weet te behalen. De huur van het bedrijfspand van de aan te kopen onderneming kan bijvoorbeeld komen te vervallen. Het aan te kopen bedrijf heeft misschien nu twee verkopers in dienst, terwijl jij de orderportefeuille prima kan verdelen over je bestaande verkopers. Misschien rijdt de verkopende partij wel in een dikke Mercedes, terwijl jij net als de rest van je medewerkers in een aardige middenklasser rijdt. Dus bij een optimale samenvoeging van de twee bedrijven zou er geen winst ontstaan van Eur 300.000,- , maar van Eur 400.000,-.

 

Maar hoe is dit gegeven nu te gebruiken als groeistrategie? Wel, eigenlijk is dat niet zo heel erg moeilijk, maar daarvoor zul je de cijfers wel in de vingers moeten krijgen. Laten we nu eens de volgende fictieve case opbouwen:

 

Jansen wil ondernemer worden. Hij staat voor de keuze: Óf een bedrijf starten, óf een bestaande onderneming overnemen. Voor de eerste optie heeft hij een startkapitaal nodig van Eur 100.000,-. Het ondernemingsplan laat zien dat Jansen dan na 3 jaar de eerste zwarte cijfers laat schrijven. Na 5 jaar mag het bedrijf van Jansen "gezond" genoemd worden. Maar dat betekent wel dat Jansen de eerste 3 jaar privé op een houtje moet bijten. Voor het tweede alternatief heeft Jansen aanzienlijk meer kapitaal nodig, namelijk Eur 500.000,- (vijf maal de jaarwinst). Jansen heeft Eur 50.000,- aan liquide middelen eigen vermogen.

 

De bank blijkt bereid te zijn om voor optie 1 de resterende Eur 50.000,- te verstrekken. De ratio Eigen Vermogen / Totaal Vermogen is dan 0,5 en dat vinden banken fijn. Maar gezien de cashflow die in het beoogde over te nemen bedrijf aanwezig is, is de bank ook wel bereid om de resterende Eur 450.000,- te verstrekken. Immers, er is al een debiteurenportefeuille, en vorderingen kunnen verpand worden. Samen met een verpanding op de voorraad en een Borgstellingskrediet MKB is die financiering te doen. Jansen besluit te gaan voor de overname.

 

Al snel komt Jansen er achter dat de vertrekkende directeur zich een salaris heeft toebedeeld van Eur 100.000,-, terwijl Jansen de komende jaren best toe kan met Eur 40.000,- (aanmerkelijk DGA salaris). Bovendien neemt de vertrekkende dikke deur de Jaguar mee en least Jansen zelf een Toyota. Zo zijn er hier en daar nog wel een paar voordeeltjes te halen. De secretaresse neemt na 20 jaar afscheid en maakt daarmee plaats voor een goedkopere kracht. Oude voorraad wordt liquide gemaakt en het bestaande machinepark wordt verkocht en het nieuwe machinepark wordt geleased. Vooral de laatste maatregel levert twee voordelen op: Enerzijds komt er cash binnen, anderzijds hoeft er niet meer afgeschreven te worden, wat de winst onnodig drukt. De leasetermijnen komen daarvoor in de plaats, maar die blijken lager te zijn dan de afschrijvingen op het (ver)ouder(d)e machine park. Na de reorganisatie blijkt Jansen per jaar in de begroting Eur 100.000,- meer winst te kunnen boeken, en is er Eur 50.000,- meer kasgeld aanwezig. Nu blijkt de begrote terugverdientijd geen 5 jaar meer te zijn, maar slechts 2,5 jaar.

 

Na 2,5 jaar jaar blijken de zaken te floreren. Met een nieuwe directeur waait er ook een frisse wind. De omzet (en dus de winst) is gegroeid, dus wordt het tijd voor stap 2 in het Grote Plan. Jansen wil concurrent Pietersen overnemen met een jaarwinst van Eur 100.000,- Zijn eigen jaarwinst is gegroeid tot Eur 250.000,- De vraagprijs van Eur 500.000,- wordt grif betaald (en geheel gefinancierd door de bank). Ook bij deze overname blijken er voordelen te behalen. In dit geval komt het directiesalaris geheel te vervallen. Ook hier neemt de secretaresse afscheid, maar nu komt daar niemand voor in de plaats. Scheelt al met al snel Eur 100.000,-. De nieuwe onderneming na overname kent dus nu een jaarwinst van 250.000,- (Jansen) + 200.000,- (Pietersen na reorganisatie) = Eur 450.000,-

 

Een jaar later staat Jansen dus weer aan de balie bij de bank voor de financiering van de overname van concurrent Gerritse....

 

Let wel, in het bovenstaand voorbeeld zijn we totaal pas 3,5 jaar verder en schrijft Jansen een jaarwinst van Eur 500.000,-. Vergelijk dit eens met het eerste buisinessplan waarin Jansen na 3 jaar de eerste zwarte cijfers zou kunnen schrijven. Daarnaast maakt die Eur 500.000,- jaarwinst Jansen BV een aantrekkelijke overnamepartij voor andere bedrijven. En vijf maal Eur 500.000,- maakt dan toch wel een mooie Eur 2.500.000,-

 

Een groeistrategie via overnames kan dus en aantrekkelijk alternatief zijn naast een bedrijf van de grond af op te bouwen.

 

In een volgende column ga ik dieper in op het begrip "bedrijfswaardering" en hoe je tot een zo objectief mogelijke prijs komt.

Link naar reactie

Aanbevolen berichten

5 antwoorden op deze vraag

  • 0

Ruben, reageer zelf ff dan krijg je een gouden reus....

 

Ik zit er nu zelf een beetje in :-)

 

P.s.

 

Ik probeer te reageren via de column maar dan krijg ik:

 

Adres balk: http://extra/columns/view/122

Firefox : Firefox kan de server op extra niet vinden.

 

geverifieerd-adres.nl Laat maar zien wie je bent met logo & online certificaat Dat ben ik En ook een keurmerk oplossing voor je Belgische webshop geverifieerd-adres.be
Link naar reactie
  • 0

Goed stuk.

Je voorbeelden gaan over integratie/overname van gelijksoortige bedrijven (bedrijf A=Bedrijf B=bedrijf C) - meer horizontaal georienteerd dus.

 

Wellicht in een volgende column(graag!) een gelijke toelichting op de vertikale benadering. Het overnemen van je dealers/klanten of (komt volgens mij zelden voor maar toch) leverancier met enerzijds synergievoordelen bijvoorbeeld in de adminstratieve sfeer, en anderzijds margeverbetering, meer direct contact met de eindgebruiker, meer controle over de logistiek, kwaliteit etc.

 

Ben benieuwd want je schept wel verwachtingen als je al vervolgcolums aan gaat kondigen :)

Link naar reactie
Gast
Dit topic is nu gesloten voor nieuwe reacties.
Hide Sidebar
  • Wil je onze Nieuwsflits ontvangen?
    Deze verzenden we elk kwartaal.

  • Wie is er online?
    8 leden, 243 Gasten

  • Breng jouw businessplan naar een higher level!

    Op dit forum worden alle onderwerpen m.b.t. ondernemerschap besproken.

    • Stel jouw ondernemersvragen
    • Antwoorden/oplossingen van collega ondernemers
    • > 75.000 geregistreerde leden
    • > 100.000 bezoekers per maand
    • 24/7 bereikbaar / binnen < 6 uur antwoord
    •  Altijd gratis

  • Ook interessant:

    Ook interessant:

×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Cookies op HigherLevel.nl

We hebben cookies geplaatst op je toestel om deze website voor jou beter te kunnen maken. Je kunt de cookie instellingen aanpassen, anders gaan we er van uit dat het goed is om verder te gaan.