Ik werd er nog even subtiel op gewezen: Ik ben mijn belofte niet nagekomen. Het laatste deel over bedrijfswaardering is nog niet verschenen als column. Foei. Dus bij deze, in de herkansing: Overname als groeistrategie: Deel III: De overnamesom.
Waar het allemaal mee begon: Ondernemer Jaap heeft altijd in oude Volvo's gereden en je kon hem uittekenen met zijn praktisch katoen/polyester Makro-confectie kleedje aan het steeds ronder wordende lijf. En ineens komt Jaap in een kekke XKR aangescheurd met een maatwerk krijtstreep om de schouders en een strakke blondine aan de arm (en dat laatste heeft niets met de oorzaak van de XKR en de krijtstreep te maken, maar is eerder het gevolg daarvan ;)).
Trots laat Jaap aan iedereen die het niet horen wil weten dat hij zijn hut verkocht heeft en daar mooi 7x de winst voor heeft gevangen. En iedere keer als een Jaap zo de netwerkborrel betreedt zie je aan de koppen om hem heen dat er driftig (maar o zo onopvallend) gerekend wordt. “Ik doe nu twee ton per jaar, maal zeven is 1.4Mio... daar kan ik ook wel zo'n blondje van betalen...”
Maar is dit nu eigenlijk wel terecht? Heeft Jaap 7x de winst gekregen, is die 7x een ijzeren wet, of zit het één en ander iets genuanceerder in elkaar?
In deel 1 heb ik een poging gedaan mijn visie te verduidelijken op de begrippen “prijs” en “waarde”. De prijs van een transactie is objectief. Men neme de kassabon van de laatste tankvulling bij de BP en het staat onomstotelijk vast wat de prijs van een liter brandstof is. Maar, is de prijs dan ook gelijk aan de waarde? Nee. Waarde is per definitie subjectief.
Ooit, eind jaren '70 was ik met mijn ouders op vakantie in Zuid-Spanje, waar er tijdens een georganiseerd tripje richting Marokko mijn vader spontaan 17 kamelen werd geboden voor mijn moeder. Een treffender voorbeeld van de subjectiviteit van waarde bestaat er bijna niet. Voor de desbetreffende bieder is de prijs van 17 kamelen een “offer you can't refuse”. Voor mijn vader was het reden tot hoofdpijn. Hij had geen idee wat hij met 17 kamelen aan zou moeten. Of hij er later spijt van heeft gekregen dat hij dit aanbod heeft afgeslagen, vertelt deze familiesaga niet...
In deel twee is een alom erkende manier om de waarde van de activiteiten van een onderneming te bepalen aan bod geweest: De discounted cashflow methode. Ofwel: De huidige contante waarde van toekomstige kasstromen. Een lastig begrip wat ik geprobeerd heb te verduidelijken met het Eurappelboompje. Dit boompje geeft heel constant iedere maand 50 licht-zoete, sappige appeltjes met een euro muntstuk als klokhuis. Wat zou bij verkoop van deze boom nu eigenlijk de prijs moeten zijn?
Eigenlijk is deze boom onbetaalbaar, zolang deze waarde (daar heb je 'm) heeft voor de verkoper. Pas als de boom op termijn waardeloos wordt voor de huidige eigenaar, bijvoorbeeld omdat het leven is eindig is (naar het schijnt is dat gesodemieter begonnen met uitgerekend een appelboom), en er geen opvolger klaar staat om de verzorging van de Eurappelboom over te nemen, kan er een prijs bepaald worden voor de boom.
Goed, terug naar anno nu. We hebben dus met de DCF methode een waarde kunnen bepalen voor onze onderneming. Dat wil zeggen: de waarde over de activiteiten van de onderneming. Dat zegt nog helemaal niets over de waarde van de vennootschap (we gaan maar voor het gemak van een aandelentransactie uit). De waarde van de vennootschap wordt mede bepaald door de aanwezige activa en passiva.
Cijfers zijn geduldig, dus we kunnen even lekker gek doen. Volgens de DCF methode hebben de activiteiten van de vennootschap een waarde van 700K. Er is volgens de balans een paar jaar geleden een bedrijfspand aangekocht voor 500K euro, huidige taxatie 700K. De hypotheek bedraagt nog steeds (want aflossingsvrij) 750K. Er loopt nog een negatieve rekening-courant verhouding met de directie van 100K, de overige (vaste) activa bedragen 100K (waarop nog 60K financiering loopt), er is een debet-saldo op de betaalrekening van 100K, crediteuren 100K en debiteuren 50K.
Hoe ziet de waardeberekening van de vennootschap er dan uit?
Of de bovenstaande cijfers nu wel of niet geloofwaardig zijn vind ik op het moment niet zo boeiend. Het gaat om de methodiek. Het laat hoe dan ook zien dat winst geen enkele rol speelt in de waardebepaling van een onderneming. De winst van de onderneming zou wel eens 54K op jaarbasis kunnen bedragen. In dat geval kan deze ondernemer roepen dat hij 10X de winst heeft opgestreken.
Sterker nog, de vennootschap kan verlieslijdend zijn (vanwege de afschrijvingen) maar zolang er een positieve cashflow is, en de activa-passiva correctie daar nog wat van over laat, is de vennootschap geld waard. In zeldzame gevallen kan er een beperkte negatieve cashflow aanwezig zijn, maar dat de waarde van de onderneming “gered” wordt door de aanwezige activa.
Zoveel-maal-de-winst zegt helemaal niets over de waarde van een onderneming. Of.... toch? Kort geleden had ik met Ties van der Laan een bijzonder interessant Skype-gesprek over dit onderwerp. Dus er komt onverwacht ook nog een deel IV: “Het gelijk van Jaap” (werktitel). In co-auteurschap met Ties. Dat dan weer wel.
We hebben cookies geplaatst op je toestel om deze website voor jou beter te kunnen maken. Je kunt de cookie instellingen aanpassen, anders gaan we er van uit dat het goed is om verder te gaan.
r.i.p. Ruben van den Oord
r.i.p. Ruben van den Oord
Ik werd er nog even subtiel op gewezen: Ik ben mijn belofte niet nagekomen. Het laatste deel over bedrijfswaardering is nog niet verschenen als column. Foei. Dus bij deze, in de herkansing: Overname als groeistrategie: Deel III: De overnamesom.
Waar het allemaal mee begon: Ondernemer Jaap heeft altijd in oude Volvo's gereden en je kon hem uittekenen met zijn praktisch katoen/polyester Makro-confectie kleedje aan het steeds ronder wordende lijf. En ineens komt Jaap in een kekke XKR aangescheurd met een maatwerk krijtstreep om de schouders en een strakke blondine aan de arm (en dat laatste heeft niets met de oorzaak van de XKR en de krijtstreep te maken, maar is eerder het gevolg daarvan ;)).
Trots laat Jaap aan iedereen die het niet horen wil weten dat hij zijn hut verkocht heeft en daar mooi 7x de winst voor heeft gevangen. En iedere keer als een Jaap zo de netwerkborrel betreedt zie je aan de koppen om hem heen dat er driftig (maar o zo onopvallend) gerekend wordt. “Ik doe nu twee ton per jaar, maal zeven is 1.4Mio... daar kan ik ook wel zo'n blondje van betalen...”
Maar is dit nu eigenlijk wel terecht? Heeft Jaap 7x de winst gekregen, is die 7x een ijzeren wet, of zit het één en ander iets genuanceerder in elkaar?
In deel 1 heb ik een poging gedaan mijn visie te verduidelijken op de begrippen “prijs” en “waarde”. De prijs van een transactie is objectief. Men neme de kassabon van de laatste tankvulling bij de BP en het staat onomstotelijk vast wat de prijs van een liter brandstof is. Maar, is de prijs dan ook gelijk aan de waarde? Nee. Waarde is per definitie subjectief.
Ooit, eind jaren '70 was ik met mijn ouders op vakantie in Zuid-Spanje, waar er tijdens een georganiseerd tripje richting Marokko mijn vader spontaan 17 kamelen werd geboden voor mijn moeder. Een treffender voorbeeld van de subjectiviteit van waarde bestaat er bijna niet. Voor de desbetreffende bieder is de prijs van 17 kamelen een “offer you can't refuse”. Voor mijn vader was het reden tot hoofdpijn. Hij had geen idee wat hij met 17 kamelen aan zou moeten. Of hij er later spijt van heeft gekregen dat hij dit aanbod heeft afgeslagen, vertelt deze familiesaga niet...
In deel twee is een alom erkende manier om de waarde van de activiteiten van een onderneming te bepalen aan bod geweest: De discounted cashflow methode. Ofwel: De huidige contante waarde van toekomstige kasstromen. Een lastig begrip wat ik geprobeerd heb te verduidelijken met het Eurappelboompje. Dit boompje geeft heel constant iedere maand 50 licht-zoete, sappige appeltjes met een euro muntstuk als klokhuis. Wat zou bij verkoop van deze boom nu eigenlijk de prijs moeten zijn?
Eigenlijk is deze boom onbetaalbaar, zolang deze waarde (daar heb je 'm) heeft voor de verkoper. Pas als de boom op termijn waardeloos wordt voor de huidige eigenaar, bijvoorbeeld omdat het leven is eindig is (naar het schijnt is dat gesodemieter begonnen met uitgerekend een appelboom), en er geen opvolger klaar staat om de verzorging van de Eurappelboom over te nemen, kan er een prijs bepaald worden voor de boom.
Goed, terug naar anno nu. We hebben dus met de DCF methode een waarde kunnen bepalen voor onze onderneming. Dat wil zeggen: de waarde over de activiteiten van de onderneming. Dat zegt nog helemaal niets over de waarde van de vennootschap (we gaan maar voor het gemak van een aandelentransactie uit). De waarde van de vennootschap wordt mede bepaald door de aanwezige activa en passiva.
Cijfers zijn geduldig, dus we kunnen even lekker gek doen. Volgens de DCF methode hebben de activiteiten van de vennootschap een waarde van 700K. Er is volgens de balans een paar jaar geleden een bedrijfspand aangekocht voor 500K euro, huidige taxatie 700K. De hypotheek bedraagt nog steeds (want aflossingsvrij) 750K. Er loopt nog een negatieve rekening-courant verhouding met de directie van 100K, de overige (vaste) activa bedragen 100K (waarop nog 60K financiering loopt), er is een debet-saldo op de betaalrekening van 100K, crediteuren 100K en debiteuren 50K.
Hoe ziet de waardeberekening van de vennootschap er dan uit?
[table]
[tr]
[td]Waarde activiteiten:[/td][td]700[/td][td][/td]
[/tr][tr]
[td]Waarde bedrijfspand[/td][td]700[/td][td][/td]
[/tr][tr]
[td]Overige activa[/td][td]100[/td][td][/td]
[/tr][tr]
[td]Debiteuren[/td][td]50[/td][td][/td]
[/tr][tr]
[/tr][tr]
[td]Hypotheek bedrijfspand [/td][td][/td][td]750[/td]
[/tr][tr]
[td]RC Directie[/td][td][/td][td]100[/td]
[/tr][tr]
[td]Financiering activa[/td][td][/td][td]60[/td]
[/tr][tr]
[td]Debet-saldo[/td][td][/td][td]100[/td]
[/tr][tr]
[td]Crediteuren[/td][td][/td][td]100[/td]
[/tr][tr]
[td]Totaal[/td][td]1550[/td][td]1010[/td]
[/tr][tr]
[td]
Waarde onderneming:[/td][td]
540K [/td][td] [/td]
[/tr]
[/table]
Of de bovenstaande cijfers nu wel of niet geloofwaardig zijn vind ik op het moment niet zo boeiend. Het gaat om de methodiek. Het laat hoe dan ook zien dat winst geen enkele rol speelt in de waardebepaling van een onderneming. De winst van de onderneming zou wel eens 54K op jaarbasis kunnen bedragen. In dat geval kan deze ondernemer roepen dat hij 10X de winst heeft opgestreken.
Sterker nog, de vennootschap kan verlieslijdend zijn (vanwege de afschrijvingen) maar zolang er een positieve cashflow is, en de activa-passiva correctie daar nog wat van over laat, is de vennootschap geld waard. In zeldzame gevallen kan er een beperkte negatieve cashflow aanwezig zijn, maar dat de waarde van de onderneming “gered” wordt door de aanwezige activa.
Zoveel-maal-de-winst zegt helemaal niets over de waarde van een onderneming. Of.... toch? Kort geleden had ik met Ties van der Laan een bijzonder interessant Skype-gesprek over dit onderwerp. Dus er komt onverwacht ook nog een deel IV: “Het gelijk van Jaap” (werktitel). In co-auteurschap met Ties. Dat dan weer wel.
Zo, en nu eerst koffie.
In Memoriam - Ruben van den Oord
Link naar reactie
https://www.higherlevel.nl/forums/topic/18671-overname-als-groeistrategie-iii-de-prijs-van-de-vennootschap/Delen op andere sites
Aanbevolen berichten
6 antwoorden op deze vraag