alfatrion

Junior
  • Aantal berichten

    21
  • Registratiedatum

  • Laatst bezocht

Persoonlijke info

  • Jij bent:
    student

alfatrion's trofeeën

  1. Je kunt ook zelf een aanmaning sturen en daar 40 euro voor rekenen. Als het vervolgens op een zaak aankomt dan heb je een vordering van 140 euro, eventueel vermeerderd met rente over 100 euro. Als het gaat om B2B dan kunnen deze kosten direct in rekening gebracht worden.
  2. Het is gewoon hetzelfde. Ja, en drie is gelijk aan vier. Van Dale definieert programmeren als het maken van computerprogramma's. Programmeren is het uitvoeren van handelingen, werk, arbeid. Van Dale definieert een opleiding als de vorming tot een beroep. Bij het volgen van een opleiding doe je kennis op. Over stompzinnige vooroordelen gesproken.... Goed kunnen programmeren is iets dat niet voorbehouden is aan de academische geschoolde onder ons. Het is iets dat je prima kunt doen op MTS niveau. Door het volgen van wiskunde of natuurkunde studie krijg je geen programmeer kennis.
  3. Dan is de titel niet goed gekozen: "Girls who code".
  4. Een quotum gaat er niet voor zorgen dat er meer aanbod komt. Bedrijven zullen niet aan het quotum kunnen voldoen. Met een quotum wordt een kunstmatige schaarste gerecruteerd. Bedrijven zullen in een poging om aan het quotum te voldoen minder kritisch zijn. Vrouwen hoeven dan minder goed te zijn dan mannen. Dit bevestigd alleen het beeld dat vrouwen technische dingen niet kunnen. Op die pagina staan slechts het percentage van vrouwen die in de IT werken. Ik heb geen daar geen empirisch bewijs gezien voor het standpunt dat jij inneemt. Maar ik gok er zo op dat hier verschillende factoren daar een bijdrage aanleveren. Als dit zo is, dan is er een gat in de markt waar iemand alleen nog maar hoeft in te springen. Wat is er mis met een neutrale houding? Want dat maak ik op uit de discussie hier. En als meisjes een rolmodel nodig hebben om zich ergens in te interesseren en er geen rolmodellen voorradig zijn in dat iets, dan zullen vrouwen dergelijke beroepen nooit gaan doen. Omdat de genetische factor in de landen in de tabel hetzelfde is maar de percentages toch sterk uiteenlopen? Heb je er ook wel eens aan gedacht dat hier andere oorzaken aan ten grondslag zou kunnen liggen? Misschien worden die meisjes in de andere landen wel gedwongen om iets te doen wat ze niet leuk vinden. Een hypothese kan zijn dat bedrijven in Silicon Valley vrouwen wegtrekt uit andere gebeiden. Daardoor stijgt het percentage in Silicon Valley tot wat het anders was geweest en daalt het het percentage in de andere gebieden. Christine droeg als argument aan dat er geen vrouwelijke rolmoddellen zijn. Op de televisie is dat duidelijk anders. Dus in die zin vind ik het wel een (tegen)argument. Wanneer twee politici met elkaar een debat aangaan dan hebben zijn zij doorgaans overtuigt van het eigen gelijk. Je zult een politici er in een debat dan ook niet op betrappen dat zij hun tegenstander proberen te overtuigen. In plaats daarvan richten zij hun pijlen op die personen die wel te overtuigen zijn. De verwachting dat je de mening van een tegenstander kunt beïnvloeden is niet reeel. Je hoeft een tegenstander ook niet te overtuigen. Een discussie draait namelijk om het uitwisselen van argumenten, niet het overtuigen van je tegenstanders. Een discussie wordt verrijkt door ieder nieuw argument. En het maakt niet uit of deze komt van iemand die als ergens van overtuigd is. Op het moment dat er geen nieuwe argumenten meer komen, dan weet je dat de discussie over is.
  5. Dan ben ik de eerste. ;D :P
  6. Mannen en vrouwen zijn niet het zelfde, maar anders. In het rapport waarom kiezen meisjes niet voor informatie bespreekt Monique Snoeck dit fenomeen. Ze noem hierin een aantal mogelijke oorzaken. Sommige oorzaken zijn gegrond in het afremmen van een interesse voor de IT. Andere oorzaken zijn gegrond is het niet of onvoldoende stimuleren. Ik vind dat we het neutraal moeten houden. Ouders zouden geen onderscheid moeten maken in het geslacht bij het geven van een computer. Maar als computerspelletjes vooral jongen stimuleren dan is dat iets dat we vooral moeten overlaten aan de markt. Bij de mogelijke oplossing wordt aangegeven dat het uiteindelijke streefdoel moet zijn dat mannen en vrouwen evenveel interesse hebben voor de IT. Waarom, vraag ik me dan af. Dit is geen neutraal beleid, maar sturend beleid. Op school zou de computer breed moeten worden ingezet. Het inzetten van de computer lijkt een doel op zichzelf. Maar ik vindt dat we het inzetten van de computer daar moeten inzetten waar dit toegevoegde waarde heeft. Met quotums of positieve discriminatie moet men oppassen. Voor je het weet ontstaat bij klanten het beeld dat ze iemand krijgen die hun vak verstaat of een vrouw. Bovendien discrimineer je daarmee mannen.
  7. Bij het woord hygiëne heb ik de indruk dat mensen daar heel subjectief in staan: iets is onhygiënisch als zij dat vies vinden. Maar in het recht speelt objectiviteit een grote rol, dus zeg: ik dan hygiëne is de zorg voor het in stand houden van de gezondheid. En dan wordt duidelijk dat bij deze uitzondering gedoeld wordt op producten die een gevaar op zouden kunnen leveren voor de gezondheid van je klanten indien deze terug worden genomen en opnieuw worden verkocht. Het product crème ken ik niet en ben daarbij beïnvloedbaar. Wanneer Ludi, als ervaringsdeskundige, aangeeft dat hij of zij dergelijke producten heeft moeten weggooien in verband met een schadelijke bacterie dan denk ik waarschijnlijk valt dit product wel onder deze uitzonderingen. Ik heb ook aangegeven dat ik dit verhaal overtuigend vond. Daarin tegen, wanneer Hans het heeft over challenge test denk ik weer misschien valt dit product toch niet onder deze uitzondering. Als hij dan aangeeft dat er expres irriterende stoffen in gedaan kunnen worden denk ik weer misschien valt het dan toch weer wel over. Zeker bij een product als mascara, omdat dit bij het oog gebruikt wordt en je niet wilt dat mensen blind worden. De mening van Maarten Braun in het artikel over bederfelijk waar deel ik. Het is inderdaad te verdedigen dat producten die snel bederven zodra deze geopend zijn onder dit begrip vallen. In een dergelijk verval gaat het om normaal gebruik. Maar begrip slaat nog wel steeds op een product eigenschap. Het bewust toevoegen van stoffen waardoor het product eerder bederft valt hier niet onder. En Maarten Braun geeft in zijn artikel ook niet aan dat het tegendeel wel te verdedigen is. En natuurlijk hoeft een wijnfles gevuld met toiletvloeistof niet terug genomen te worden, maar dat hoeft een computerdoos gevuld met stenen ook niet. De hoofdregel is duidelijk: de consument heeft een herroepingsrecht waarbinnen hij het product mag uitproberen en de koop ontbinden. Dat een van de uitzonderingsregels van toepassing zou zijn op verbruiksartikel is hier wel gesteld, maar daarvan heb ik geen enkel bewijs gezien. Ik kan ook wel roepen dat de aarde plat is en ik geen enkel spoor van bewijs heb gezien van het tegendeel, maar dat is natuurlijk niet een echt sterk. Dit zijn toch echt door jouw ingenomen stellingen. Feit is dat er een herroepingsrecht is opgenomen en de wet. En feit is ook dat deze alleen aan de kant kan worden geschoven als dat naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou. En het is dan extreem onredelijk om van mij te verlangen om aan te tonen dat het niet onaanvaardbaar is. We moeten ons even een aantal zaken goed voor ogen houden: 1. Het Europees Hof van Justitie heeft aangegeven dat het lidstaten is toegestaan om het herroepingsrecht van de consument te ontnemen dan wel de consument een schadevergoeding te laten betalen; 2. Nederland moet in de Nederlandse wet iets hebben opgenomen voordat dit mogelijk is; 3. Jij hebt zelf verzonnen dat het uitproberen van vebruiksartikelen onverenigbaar zou zijn naar de beginselen van ons Nederlands burgerlijk recht. Nee, zes maanden acht ik niet snel genoeg. Maarten Braun gaat uit van een grens van 4 weken. Het is niet echt moeilijk om ondernemers te overtuigen van een stelling die in hun voordeel uitpakt. Ja. Aan jou de schone taak om uit te leggen welke uitzonderingsregel van toepassing is en waarom, of waarom dit zo onaanvaardbaar zou zijn dat dit niet afgedaan kan worden met een schadevergoeding. Laten we eens uitgaan van een verpakking met 20 theezakjes, waarmee je met ieder een kop thee kan zetten en er er 19 theezakjes terug komen.
  8. Dat is overtuigend. Ik moet bij bacterie steeds denken aan die "beestjes" die o.a. in je darmen zitten. Vele zijn onschadelijk en geven zelfs een voordeel, maar er zijn er inderdaad ook wel enkele waar je niet mee in aanraking wilt komen. Hoe kijk je aan tegen ondergoed? Dit kun je schoon maken door het te wassen in de wasmachine.
  9. Dat is ook slim, want als je het fout deed dan was de termijn drie maanden. Soms bedrijven geven de termijn aan als 7 dagen en dat is fout, want het moeten er 7 werkdagen zijn. Een werkdag is een ma t/m vr, met enkele feestdagen uitgezonderd. Tijdens mijn studie heb ik een medestudent horen roepen dat hij verstand had van een bepaald onderwerp omdat hij een bepaald vak had gehaald. Ik dacht toen bij mij zelf "Hij heeft er geen verstand van, want anders zou hij wel uitleggen waarom hij gelijk had". Ik vind dat het er totaal niet toe doet of ik advocaat ben of niet. Jurist is trouwens geen beschermde beroep net zoals journalist dat niet is. Iedereen die stukjes schrijft is een journalist en iedereen die zich met recht bezig houd is een jurist. Zie ook: definitie jurist op rechtenforum.nl. Als je meer over mij wilt weten dan kun je rechtenforum.nl, tros radar en kassa bezoeken. Daar heb ik voldoende geschreven. Er word van je gevraagd een bron te vermelden, dat 100% uitsluiting geeft. Deze weet jij niet te benoemen. In combinatie met je anonimiteit vind ik dat een hele redelijke. Citaten kunnen geknipt, bewerkt en geplakt worden en blijft het inderdaad hangen op een niveau van vinden. Je hebt geen enkele aanleiding om te vermoeden dat ik de citaten zou hebben bewerkt. Bovendien staan deze allemaal openbaar, dus je kan het ook zelf nalezen. Ik heb een arrest geciteerd van het Europees Hof van Justitie. En zij geven klip en klaar aan dat het herroepingsrecht een uitprobeer recht omhelst. Vervolgens zijn er hier enkele ondernemers die stellen dat hun product hiervan is uitgezonderd, ondanks dat hun product niet op de lijst voorkomt. Deze stelling wordt niet voorzien van een deugdelijke onderbouwing, want die is er niet. Okay, ik zou het terug kunnen nemen als fysiek product. Maar er is een tegenhanger die ik in mijn vorige bericht duidelijk heb gemaakt door het bij jouw zo persoonlijk mogelijk te maken (het ik-gevoel af te geven) hoe je zou reageren als je een tweede hands product ervaart. Hoe ik zou reageren veranderd niet wat onder deze beperking valt. Het is ook in het nadeel van een volgende consument om een bacteriebron te sturen voor een tweede hands product... Lijkt me dat daar ook wat over te zeggen is. De wet zegt dat niet het in het nadeel van de consument mag worden afgeweken van het herroepingsrecht. Dat heeft niets te maken met het nadeel van je volgende klant. Dit verweer is gedoemd om in de rechtszaal het onderspit te delven. En je hoeft mij niet te geloven, als je deze discussie start op rechtenforum.nl dan zal je daar het zelfde horen. Monsters is ook een serviceproduct naar een klant toe... Niets meer en niets minder. Daarop geldt dus ook een herroepingsrecht. De tip van een van de mensen hier om er gewoon eentje bij te voegen vind ik nog niet zo slecht. Je hebt dan het argument dat de klant verder is gegaan dan uitproberen, indien hij het hoofdproduct aanbreekt. En die kosten kun je gewoon door berekenen in de prijs van het hoofdproduct. Nog wel, wat ik heb begrepen van een jurist verander dit juist in juni waarbij producten met verzegeling niet retour kunnen worden genomen, mits je dit duidelijk vermeld. Ja, er is een wetswijziging op komst. Voor producten die om redenen van gezondheidsbescherming of hygiëne kun je aanspraak maken op een uitzonderingsregel mits je het product hebt verzegeld. In het wetsvoorstel is dit terug te lezen onder art. 6:230p sub f lid 3 BW. Lijkt mij juist redenatie zat binnen mijn branche... Of word er al ontkent dat mijn producten niets te maken heeft met hygiëne? Hygiëne is de zorg voor het in stand houden van de gezondheid. Wie zijn handen wast na het gebruik maken van het toilet is hygiënisch bezig, omdat daarmee ziekte worden voorkomen. Een paar eeuwen geleden was het ontbreken van een riool nog de oorzaak van massale sterfte. Kan de gezondheid van je consumenten worden aangetast doordat jij een crème of olie heb verkocht waar een ander heeft aangezeten? Ik betwijfel het. Dit zijn producten die je mijn inziens redelijk gemakkelijk met anderen deelt. Vergelijkbaar met een blokzeep. Maar ik kan ook ongelijk hebben. De mensen, die hun hadden niet wassen na het toiletbezoek, zitten met diezelfde handen ook aan de deurklink, aan de afstandsbediening, het toetsenbord. Waarom zou een potje met crème wel en een deurklink niet geweigerd moeten worden met een beroep op de hygiëne?
  10. Dat hangt er vanaf waar je precies over gaat procederen, en wat de eerste kamer nog gaat doen. Eén voorbeeld: hier leeft (bij sommige) de gedachte dat een tandenborstel een product is dat "duidelijk persoonlijk van aard" is. Als je dat nu verliest dan kun je dat straks winnen om een dergelijk product om redenen van hygiëne niet terug genomen hoeft te worden.
  11. De hele Wet koop op afstand gaat op de schop. De consumentenrichtlijn is aangekomen en moet voor het einde van het jaar in de Nederlandse wet zijn opgenomen. De tweede kamer heeft met het wetsvoorstel geaccepteerd en dit ligt nu bij de eerste kamer. http://www.eerstekamer.nl/wetsvoorstel/33520_implementatiewet_richtlijn http://www.eerstekamer.nl/eu/edossier/e080116_voorstel_voor_een De nieuwe wet https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33520-2.html Toelichting https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33520-3.html
  12. Ja, dat is sarcasme. Het levert te weinig op in de zin dat je niets aan deze kennis hebt in andere zaken. Overigens is de ene kantonrechter niet gehouden aan de uitspraak van een andere kantonrechter. In de praktijk willen ze nog wel eens anders oordelen. Onder bepaalde gevallen kun je in hoger beroep, maar dan zijn advocaten nodig en kan de looptijd enkele jaren worden. En als je dat dan doorlopen hebt dan kun je niets met de informatie, behalve hier dan verkondigen dat je gelijk had. Waarop anderen er dan op kunnen wijzen op het feit dat de wet een paar terug is aangepast.
  13. Deze kijk deel ik. De klant heeft meer gedaan dan uitproberen. De schade is in dit geval gelijk aan de volledige aanschafprijs, omdat het aanvullen veel duurder zal zijn. Naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid is onaanvaardbaar om wel het product terug te nemen doch geen geld terug te betalen, tenzij het product niet zoveel kost dat het kan opwegen tegen de verzendkosten (want deze zijn voor de klant). In dit geval geeft het aan het doel dat de wetgever voor ogen had bij het geven van dit recht. Daaruit volgt nog niet dat de consument dit recht niet kan gebruiken voor andere doelen. Dat levert te weinig op. Over drie maanden wordt de wet aangepast. Je kan in de winkel wel vragen of men een demonstratieartikel heeft of om het openmaken van de verpakking om het goed/beter te kunnen bekijken. Dat kan thuis niet dus nog steeds in lijn met de in richtlijn gegeven uitgangspunten en geeft de online consument m.i. dus geen extra rechten. De online consument krijg geen demonstratieartikel toegestuurd. En de offline consument kan bij olieen ook vragen of ie een monster mag uitproberen. De winkel kan dit afwijzen om een monster te geven om een demonstratie model te tonen en dan sta je als consument nergens. Als we zo gaan redeneren dan zou de consument nooit online een herroepingsrecht hebben want dat heeft ie tenslotte offline ook niet. En dat art. 7:46d BW bestaat is een detail.
  14. Ik ervaar hier een vernijnige sfeer, die steeds meer op het persoonlijke wordt getrokken. Het zou hier om de inhoud moeten gaan en niet om mij. Hoe ik heet doet er niet toe. Ja, dit is een ondernemersforum, maar Tros Radar en Kass zijn consumentenfora en daar zijn ondernemers actief. Wat is daar zo erg aan? De conclusies of wat ik persoonlijk zou willen zijn ook onder de gordel. Het gaat hier om hoe de wet in elkaar steekt en mijn persoonlijke voorkeuren spelen daarin geen rol. Je zet je als ondernemer op deze manier wel te kijk. Ik herken mij niet in de kritiek dat ik geen onderbouwing zou hebben gegeven. Ik heb het Messner arrest geciteerd vanaf punt 18 tot en met punt 25 en daaruit blijkt klip en klaar dat consumenten een uitprobeerrecht hebben. Dan roepen ondernemers "Ja, maar...". En er worden nog al wat stellingen ingenomen: Ja, maar mijn producten zijn door hun aard niet terug te sturen. PostNL neemt de goederen gewoon mee en die komen gewoon bij de ondernemer aan. Ja, maar in mijn algemene voorwaarden staat... In de wet staat dat er niet in het nadeel van de consument mag worden afgeweken. Ja, maar dat is onhygienisch. In de wet wordt dit niet als uitzondering genoemd. Ja, maar bij mij kun je monsters kopen. Ook deze situatie wordt niet als uitzondering genoemd in de wet. Ja, maar de consument is de producten bij mij komen ophalen of heeft bij mij betaald. De koop is online gesloten. Ja, maar mijn producten zijn verzegeld. Dat argument gaat alleen op als het gaat om audio, video of computerapparatuur. Ja, maar consumenten willen geen "gebruikte" producten kopen. Dan moet je het product niet online aanbieden. Ja, maar mijn producten zijn gebruiksartikels. Wederom een situatie die niet is opgenomen als uitzondering in de wet. En vervolgens wordt van mij verlangt dat ik de door hen ingenomen stelling ontracht met jurisprudentie. Dat is onredelijk. De hoofdregel is dat consumenten de goederen moeten uitproberen. En wie vervolgens stelt dat er een uitzondering geldt voor gebruiksartikel, heeft de schone taak om zijn stelling te onderbouwen. En dan blijft het niveau hier hangen op "omdat ik het vindt". Bij de term "duidelijk persoonlijk van aard" heb ik het volgende artikel geciteerd: En bij snel bederven wil ik weten hoe snel het bederft. Bij twaalf maanden denk ik niet "tjonge, dat is snel". Toch niet. Het gaat hier slechts om een overweging. In overweging 47 kun je lezen dat het herroepingsrecht consumenten het recht geeft om goederen uit te proberen, d.w.z. in die mate gebruiken dat noodzekelijk is om de aard, kenmerken en werking vast te stellen. Verder staat hierin dat als de consument verder gaat hij het herroepingsrecht niet moet verlezen, maar dan wel aansprakelijk zou moeten zijn voor de waardeverlies. Het uitgangspunt dat vervolgens wordt gegeven is onderschikt aan de maatstaaf die daarvoor is gegeven. In een stenen winkel mag je blisterverpakking niet openen maken, maar als je dat zelfde product online koopt dan mag dat wel.
  15. Jij maakt een onderscheid tussen goederen die vallen onder de kwalificatie verbruiksgoederen en goederen die hier niet onder vallen. De wet doet dat dit niet. Daarbij worden strohalmen aangrepen. Je hebt het stuk van ICT recht aangehaald over het recht van retour. In dit stuk staat in heldere bewoordingen dat consumenten het recht hebben om het product uit te proberen. Jij trekt vervolgens een zin uit de context en geeft daarmee een uitleg aan de wet die de auteurs van dit artikel nooit bedoelt hebben. Zij hebben gedoeld op de situatie waarbij de koper verder ging dan het uitproberen. En je citeerd dit: Je wijst op de verplichting om het product in dezelfde staat te retourneren, maar ziet over het hoofd dat wanneer dit niet gebeurt dit de consument nog wel aan te rekenen moet zijn. Dat hij gebruik heeft gemaakt van zijn recht om het product uit te proberen kun je hem niet aanrekenen. Een product is 100 euro waard. Daarna doet de consument er iets mee en is dat zelfde product 0 euro waard. De waardevermindering is dan 100 euro.
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Cookies op HigherLevel.nl

We hebben cookies geplaatst op je toestel om deze website voor jou beter te kunnen maken. Je kunt de cookie instellingen aanpassen, anders gaan we er van uit dat het goed is om verder te gaan.