wb090357

Hoi Joost, In het samenwerkingscontract staat -nu helaas- helemaal niets over de positie van de samenwerkingspartners na het ontbinden van de VOF, of van de rechtspersonen van de andere 2 partijen. Gewoon niet voorzien.. Naar mijn idee gaat de VOF ook als entiteit de overeenkomst aan, maar dan blijft wel de vraag wat is de positie van die vennoten na ontbinding van de VOF in relatie tot ons samenwerkingscontract. Heb het inmiddels aan jurist, ondernemingsdeskundige, voorgelegd.

Als het zo zou zijn, dan zou elke beroepsfraudeur via een VOF werken Beste StevenK, Dat begrijp ik niet helemaal. Voorzover ik weet is elke vennoot hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden in een VOF; lijkt me niet echt aantrekkelijk voor een beroepsfraudeur. Het gaat hier om rechten die voortvloeien uit een VOF. Waarom is dat bij een huurcontract wel zo dat de verhuurder accoord moet gaan met een contractovername en is dat in ons geval niet zo? We zijn niet eens geinformeerd van tevoren.......

Dat zegt mijn lekenverstand ook. Volgens mij kunnen wij niet gdwongen worden tot samenwerking met meer partners- net zo min als een huurbaas die een contract heeft met de VOF gedwongen kan worden tot een nieuw huurcontract met de opvaolger, dan wel tot 2 huurcontrracten. Maar ja dat zegt jouw en mijn rechtsgevoel , maar hoe zit dat juridisch??

Binnen die VOF was een persoon verantwoordelijk voor de back office( uitvoeren van onderzoek) en de ander voor de zelfstandige klantcontacten die namens het gezamenlijke product in die regio. Er waren nog twee vennoten in de VOF die feitelijk geen rol speelden. De reden voor opheffing van de VOF is dat gene die het onderzoek doet er een puinhoop van heeft gemaakt, die ons als samenwerkingpartners in het gezamenlijke product ook dupeert omdat er imagoschade is opgetreden....Nu de VOF wordt opgeheven dreigt die als 'veirde 'partner aan de samenwerkinovereenkmst te worden toegevoegd. Uiteraard willen we dat voorkomen.

Ik heb samen met een ander bedrijf een samenwerkingscontract met een VOF voor het aanbieden van diensten aan derden. De VOF wordt opgeheven. Wij beschouwen het samenwerkingscontract daarmee de facto beeindigd. De afzonderlijke partners van de VOF beweren nu dat wij door een samenwerkingscontract met een VOF aan te gaan wij feitelijk een contract met alle afzonderlijke voormalige vennoten in de VOF zijn aangegaan en eisen elk afzonderlijk dus als samenwerkingspartner beschouwd te worden. Hoe zit dit juridisch?