alexander_1

Achtergrond: Er is op dit forum al veel geschreven over het DGA salaris, gebruiklijkloon en de afroommethode, erg nuttig! Het onderwerp i.c.m. het nieuwe belastingplan 2015 (deze week behandeld in de tweede kamer) heb ik echter nog niet zien langs zien komen. Belastingplan 2015: Soortgelijke dienstbetrekking (lastig vast te stellen) wordt vervangen door meest vergelijkbare dienstbetrekking (altijd vast te stellen). Als hoofdregel stelt u uw loon ten minste op het hoogste van de volgende bedragen: - 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. - Het hoogste loon van de overige medewerkers. - € 44.000. Vraag 1: De afroommethode mag nog steeds worden toegepast (zie onderstaande reactie van kabinet op kamervragen). Echter verwachten jullie dat deze nog toegepast zal worden in geval er duidelijk en met bewijs een vergelijkbare dienstbetrekking vastgesteld kan worden, bv. voor een interim manager ? Vraag 2: Ik heb zelf een eenmans BV, wat zouden jullie aanraden op basis van verschenen jurisprudentie (communicatie adviseur) en belastingplan 2015 ? (a) gebruiklijkloon staven met bewijs en deze hanteren (pro-actief handelen of spel spelen ?) (b) afroommethode hanteren (pakt fiscaal nadelig uit). © iets anders ? Uit kamerstukken (21 oktober 2014 - http://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/detail?id=2014D37631&did=2014D37631) De leden van de fractie van het CDA vragen hoe de afroommethode zich verhoudt tot de wijziging van «soortgelijke dienstbetrekking» in «meest vergelijkbare dienstbetrekking». In het verlengde hiervan vragen deze leden of het kabinet kan bevestigen dat de afroommethode door deze wijziging overbodig geworden is en niet meer toegepast zal worden. De zogenoemde afroommethode komt eerder in beeld bij het begrip «soortgelijke dienstbetrekking» zoals dat in de jurisprudentie vorm kreeg dan bij het begrip «meest vergelijkbare dienstbetrekking». Van een meest vergelijkbare dienstbetrekking is in de regel immers altijd sprake en dat is niet het geval bij een soortgelijke dienstbetrekking. De afroommethode is, net zoals de methode waarbij gekeken wordt naar het loon van de meest vergelijkbare dienstbetrekking, een middel om het gebruikelijk loon te benaderen. De afroommethode kan ook in de toekomst zowel door de inhoudingsplichtige als door de inspecteur aangedragen worden om de hoogte van het gebruikelijk loon aannemelijk te maken. Het hangt af van de feiten en omstandigheden en de relevante jurisprudentie welke bewijskracht de afroommethode heeft in een concreet geval. Zo is het voorstelbaar dat die bewijskracht groter is in een situatie van minder gelijkende dienstbetrekkingen. Andersom is het ook mogelijk dat de afroommethode nauwelijks tot geen extra inzicht biedt als het gaat om een nagenoeg identieke dienstbetrekking.