A.R.T. van Falier

Forum leden, Ik stoei even met de juiste toepassing van btw bij de volgende situatie. Er is een opdracht voor een intracommunautaire levering van goederen voor bedrag € 100. Deze levering bestaat uit vele kleinere deelleveringen. Per activiteit is een gewicht toegekend: - 10% aanbetaling (is dus € 10) - 30% v.w.b. engineering (is dus € 33) - 50% v.w.b. levering (is dus € 50) - 10% v.w.b. aanlevering documentatie (is dus € 10) Tussentijds mag gefactureerd worden op basis van voortgang. Het kan dus zijn dat voor een aantal deelleveringen de engineering is afgerond en gelijktijdig ook een aantal deelleveringen hebben plaatsgevonden. Stel dat op enig moment een bedrag van € 15 gefactureerd mag worden voor engineering en € 5 voor levering. Is het dan zo dat: 1) de engineering gefactureerd dient te worden onder toepassing btw verlegd (middels separate factuur) 2) de levering gefactureerd dient te worden onder toepassing van btw 0% (ICL cf artikel 138 - 2006/112 EC) 3) of wellicht gehele bedrag ad € 20 factureren met btw 0% (ICL). Indien facturatie engineering en levering gesplitst moet worden krijg je afwijkingen in de gefactureerde waarde en intrastat waardes v.w.b. geleverde materialen. Immers de waarde van deze goederen is gelijk aan de kostprijs incl. engineeringswerkzaamheden.

Indien voor tussentijdse facturatie (gebaseerd op voortgang werkzaamheden) toch facturen worden opgemaakt met daarop verlegging van BTW met BTW 0% en vermelding toepassing 'artikel 138, lid 1, Richtlijn 2006/112' bestaat er mijn inziens geen materieel risico voor de NL fiscus. Kan bij een controle dan toch het standpunt worden ingenomen dat er een onjuiste factuur is verstrekt met als gevolg een boete van € 4.920 voor een onjuist opgemaakte factuur ?

Gaat de vereenvoudigde ABC regeling alleen op als alle partijen in een ander EU land zijn gevestigd ? Stel dat A een Engelse ondernemer betreft, B een Nederlandse onderneming en C een Engels filiaal van een Duitse onderneming betreft. B heeft geen registratie in het Verenigd Koninkrijk. Dan dient A in principe Britse BTW in rekening te brengen aan B, daar het voor A een binnenlandse levering betreft. Mijn inziens vervalt daarmee de mogelijkheid om de vereenvoudigde ABC regeling toe te passen.

Beste Peter, BJM, Dank voor jullie hulp ! Ik zie inderdaad dat er in 2013 de wijziging is gekomen in de verplichting om een factuur op te maken bij ICL in geval van vooruitbetaling. Excuus BJM dat ik je antwoord niet meteen doorhad.

Beste BJM, Onder materiële voorwaarden voor een ICL versta ik: - Macht om over goederen te beschikken is overgedragen op de afnemer - Goederen zijn fysiek van de ene lidstaat naar een andere lidstaat verzonden of vervoerd - Goederen zijn geleverd aan een ondernemer die gehouden is een intracommunautaire verwerving aan te geven. Bij feitelijke levering (en daarmee facturatie laatste 10% van opdrachtsom) wordt pas voldaan aan alle hierboven genoemde voorwaarden. Dan zijn er mijn inziens 2 mogelijkheden voor wat betreft vooruitbetalingen / deelbetalingen: 1) Uitreiken alle facturen zonder BTW met vermelding 'artikel 138, lid 1, Richtlijn 2006/112' 2) Uitreiken factuur met 21% NL BTW, met een creditnota voor eerder gestuurde facturen op moment fysieke levering. Gelijktijdig wordt een nieuwe factuur uitgereikt voor totaal, waar geen BTW in rekening wordt gebracht (vermelding 'artikel 138, lid 1, Richtlijn 2006/112').

Beste BJM, het betreft geen installatieverkoop (installatie geen onderdeel van contract). Het punt zit hem volgens mij of voldaan is aan de materiële voorwaarde dat de macht over de goederen te beschikken al dan niet is overgedragen op de afnemer.

Beste Forum leden, Hoe dient te worden omgegaan met verschuldigdheid van BTW bij afhaaltransacties, waarbij tussentijdse (voorschot)betalingen worden gedaan ? Goederen worden ex works geleverd in Nederland en worden door klant vervoerd naar een ander EU land, alwaar goederen geïnstalleerd worden. Contractueel is duidelijk vastgelegd welke goederen geleverd dienen te worden. Een factuur dient derhalve tussentijds uitgereikt te worden voor (voorschot)betalingen en er is in principe BTW verschuldigd op moment van uitreiken factuur. Duidelijk is dat op het moment van levering 0% BTW van toepassing is i.v.m. een ICL (waarbij BTW nummer klant in EU land is getoetst en getekende afhaalverklaring aanwezig is). Mijn gedachte is dat bij voorschotbetalingen dit ook toegepast mag worden onder voorwaarde dat: - de klant vooraf verklaard dat eindproducten vervoerd worden naar een ander EU land - op moment van feitelijke levering een afhaalverklaring ondertekend wordt met daarop de kentekens van de vervoermiddelen waarmee goederen zijn vervoerd. Alternatief zou anders zijn tussentijds factureren met NL BTW en op moment van levering crediteren met BTW en opnieuw facturen zonder btw (ICL). Ik hoor graag wat jullie gedachten hierbij zijn.