Michiel Werkman

Junior
  • Aantal berichten

    25
  • Registratiedatum

  • Laatst bezocht

Alles dat geplaatst werd door Michiel Werkman

  1. @Brood. Klopt. Er is geen sprake van geldschepping. Het is zelfs zo dat VKN kredietunies maximaal 80% van de ingelegde spaargelden mogen uitlenen.
  2. @Hans Kredietunies hanteren in de basis bancaire normen. Ze zullen niet snel bedrijven financieren die op krediet technische dan wel op existentiële gronden door banken worden afgewezen. Logisch ook omdat het eigen geld van de leden is wat wordt uitgeleend. Het gaat om het beschikbaar maken van kredietlijnen tot 250.000-500.000. Een segment wat banken niet meer (willen) bedienen. Dat heb ik niet bedacht dat is onlangs nog publiekelijk uitgesproken door Wilfred Nagel, CFO van de ING Bank. Hij heeft ruiterlijk erkend dat banken op de kredietverlening aan het kleinbedrijf al jarenlang geld toeleggen. Dat was al een publiek geheim maar nu is het toch maar een keer officieel gezegd. Vanuit het perspectief van de banken kan dat natuurlijk ook niet. Zij zijn er niet om ondernemers te helpen maar om zelf zoveel mogelijk geld te verdienen.... Kredietunies hebben niet de overhead en systeemkosten waar banken mee te maken hebben. Kredietunies zuchten niet onder de starre BASEL III regels en kunnen het kredietrisico beter afwegen op de kwaliteit van de ondernemer en diens toekomstperspectief. Banken kijken naar het verleden, kredietunies kijken vooruit.
  3. @Hermes Ik proef, terwijl je zelf al aangeeft geen ervaring met kredietunies te hebben, naast een kritische ook een licht negatieve ondertoon in je reacties. Ik vraag me af waar dat door veroorzaakt wordt. In mijn column maak ik duidelijk dat er sprake is van het exploiteren van een onderneming. Een onderneming die grotendeels door vrijwilligers wordt gerund. Natuurlijk is er sprake van exploitatielasten. Maar, de omvang daarvan wordt vnl. bepaald door wat het bestuur van elke individuele kredietunie en haar leden zelf kiezen en bepalen over zowel personele invulling als andere uitgaven. Kredietunie initiatiefnemers die zich bij de VKN aansluiten kunnen rekenen op een uitgebreide ondersteuning en advies bij de oprichting. Het bestuur van die VKN zal worden gevormd door en vanuit de aangesloten kredietunies. Zij bepalen zo dus uiteindelijk zelf het gezamenlijke beleid en de richting van hun eigen koepelorganisatie. In dit beginstadium is de VKN vooral een informatiebron en staat o.m. opgesteld als gesprekspartner met overheden, om samenwerkingsverbanden aan te gaan met co-financiers, om afspraken te maken met fiscus. Daarnaast probeert zij ervoor te zorgen dat er door individuele kredietunies uniforme en schaalbare systemen gehanteerd kunnen worden om nu en in de toekomst te kunnen opereren. De Kredietunie BV verleent daarvoor betaalde diensten (uren) aan de VKN. Het is de bedoeling dat diezelfde VKN in de nabije toekomst de aandelen in de BV zal verwerven. De kosten voor de oprichting van een kredietunie liggen tussen de € 50.000 en € 100.000. Dat is mede afhankelijk van de mate waarin initiatiefnemers bij de oprichting ondersteuning, advies of projectbegeleiding behoeven. In dat totaalbedrag zit t.b.v. de Kredietunie BV een prijskaartje tussen de € 10.000 - € 30.000. Daarmee worden zowel de kosten gedekt die in de jarenlange voorbereiding zijn gaan zitten om kredietunies mogelijk te maken als voor eventuele uren van projectbegeleiding. De rest is helemaal afhankelijk van de kosten die elke kredietunie zelf gaat maken voor o.a. het opzetten van een back-office, ledenwerving, funding, website, juridische kosten, bijeenkomsten, opzetten van een kredietanalyse en kredietbeheersysteem en administratie e.d. Als laatste. Je trekt een paar keer de vergelijking met een andere organisatie, de Samenwerkende Kredietunies (SK). Zij ondersteunen ook initiatieven om tot kredietunies te komen. Er is echter een belangrijk verschil. Bij de VKN draait alles om not-for-profit coöperaties waarbij alle leden delen in het rendement en in het risico. Dat is exact conform de nieuwe Wet Toezicht Kredietunies (WTK) en geheel in de geest van Raiffeisen. Bij de SK sluiten zich vnl. krediet bemiddelende coöperaties aan. Dat zijn meer verenigingen van beleggers/investeerders die rechtstreeks uitlenen aan een geselecteerde kredietvragers. Dat is dus een vorm van crowdfunding die aan een AFM vergunning gekoppeld is. Dat is ook een van de nuttige oplossingen voor het kredietprobleem van het mkb maar via een wat andere weg dan die de VKN voorstaat. Overigens loopt de SK bij het opzetten van een kredietunie, net als de VKN, tegen dezelfde problemen aan die ik in mijn column al beschreven heb.
  4. @Hans Nog even ter verduidelijking. 'Not for profit' slaat op de kredietunie. Die heeft als coöperatie geen winstoogmerk maar streeft wel het stoffelijke belang van haar leden na. Er wordt, als het goed is, een positief resultaat nagestreefd en ook behaald. De te vergoeden creditrente zal daarom in de orde van grootte van zo'n 2,5% á 3% liggen terwijl aan kredietnemers een risico gewogen rentepercentage (dus afhankelijk van risico & zekerheden) gevraagd zal worden tussen de 6-12%. Dat is afhankelijk wat de leden van elke kredietunie daar zelf over bepalen. Uit dat resultaat wordt primair een reserve gevormd en worden de operationele- en de beheerskosten betaald. Het jaarlijkse resultaat wat daarna resteert staat ter beschikking van alle leden. Die leden besluiten in de ALV volgens het principe 'one-man-one-vote' volstrekt democratisch wat daarmee gebeurt. Denkbaar is dat de inleggers dan bijvoorbeeld op hun inleg een bonusrente krijgen van 1% á 1,5% en alle kredietnemers die zich netjes aan de voorwaarden gehouden hebben een evenredige rente korting op hun financiering. Maar even zo goed kunnen de leden besluiten om het resultaat aan een goed doel uit te keren of wat dan ook.
  5. @Patric Klopt. Geen enkele nieuwe ontwikeling gaat zonder 'hickups'. Er zijn eerder ook al Kredietunie initiatieven gestrand. Vandaar ook mijn column, het oprichten en exploiteren is geen sinecure. Positief van het bericht vanuit Zeeland is dat er - dus - geen onaanvaardbare risico's genomen worden. Zo hoort dat ook. Overigens is er landelijk absouut geen sprake van een achterblijvende vraag. Die vraag zal alleen nog maar toenemen als de economie verder aantrekt. Er is wel regelmatig sprake van een (te) lage kwaliteit in de (onderbouwing van) aanvragen. Daar hopen kredietunies door de kleine schaal en het persoonlijk kunnen coachen door college ondernemers een verbetering in te bewerkstelligen.
  6. @Hans Eens. Zonder risicokapitaal, en daartoe behoort het 'eigen geld', is er tegenwoordig sowieso nauwelijks nog aan financiering te komen. En maar goed ook. Wie leent, en om groei te faciliteren is dat haast onontkoombaar, kan dat maar het beste verstandig aanpakken en daarvoor te rade gaan bij iemand die daar verstand van heeft. By the way. Geld uitlenen via een kredietunie is echt iets heel anders als VC of privaat investeren. Dat laatste gebeurt veelal 1op1 met het hoofdsomrisico dus op 1 debiteur. Door inleg in de gemeenschappelijke kas van een kredietunie met het gedeelde risico en rendement wordt enige mate van risico speiding bereikt. Als er 1 debiteur het onverhoopt niet red ben je niet je volledige eigen inleg kwijt maar 'slechts' jouw aandeel in het deel wat uit de geldkas is uitgeleend. Er is dus sprake van spreading over meerdere geldnemers.
  7. @Hans Jazeker aan krediet verlenen zijn altijd risico's verbonden. Als een 'common bond' Kredietunie geld uitleent gebeurt dat vanuit de gezamenlijke spaarkas, d.w.z. het spaargeld van alle leden. In de VS waar kredietunies meer dan de banken voor een belangrijk deel het lokale mkb financieren is er veel ervaring opgedaan. Daar blijkt dat de default rate (het percentage misgelopen financieringen) zo'n 0,8% bedraagt. (Bij de banken in ons land is dat met 8% en factor 10 hoger). De reden daarvoor is dat kredietnemers, eerder dan bij een bank, bereid blijken om aan de geldgevende leden een hulpvraag te stellen als ze moeilijkheden zien aankomen. Daartegenover staat dat de geldgevers (= collega ondernemers) bereid blijken om, anders dan bij banken het geval is, echte hulp te verlenen om hun eigen spaargeld veilig te stellen. Je leent inderdaad van elkaar en niet van een bank met een stroppenpot. Dat verhoogt de intrinsieke motivatie om van alle betrokkenen om elkaar te assisteren. Om het risico van vriendjespolitiek in een kredietcommissie te voorkomen zijn er uitgebreide richtlijnen opgesteld. Bij de Rabobank en zijn voorlopers heeft dát eigenlijk altijd wel goed gewerkt. Maar, alles staat en valt bij de integriteit.
  8. Je bent niet juist geïnformeerd @Hermes Zie Initiatiefwet toezicht kredietunies aangenomen: https://www.eerstekamer.nl/nieuws/20150428/initiatiefwet_toezicht en 16 juni 2015 Minister Dijsselbloem stuurt de Tweede Kamer het ontwerpbesluit en de ontwerp ministeriele regeling toezicht kredietunies zie: http://www.dekredietunie.nl/wp-content/uploads/2015/06/ontwerpregeling-kredietunies.pdf
  9. Gestapeld financieren is hot. In dat kader is er verspreid over het land sprake van groeiend enthousiasme voor het kredietunie concept. De tijd lijkt ook meer en meer rijp voor deze vorm van duurzaam of maatschappelijk ondernemen. Bedrijven met een kredietvraag tot 250.000 euro zijn er voldoende. Gemotiveerde ondernemers en bankiers in ruste met een overschot aan geld en beschikbare tijd ook. De uitdaging is dat relevante netwerkpartners lokaal samenwerken om een volwaardig en betrouwbaar spaar- en kredietbedrijf op poten te zetten. Wie helpt mee? In april jl. is de Wet Toezicht Kredietunies (WTK) door de Eerste Kamer geaccepteerd. Het staat kredietcoöperaties nu vrij om zonder bankvergunning, via een gezamenlijke kas, tot maximaal 10 miljoen*1) euro spaargeld van ondernemers aan te trekken. Dat spaargeld wordt vooral weer uitgeleend aan kredietwaardige klein-zakelijke ondernemingen die, zoals bekend, worstelen met de toegang tot bankfinanciering. Het oprichten en exploiteren van zo’n kredietunie vereist bundeling van maatschappelijke betrokkenheid, ondernemerschap, ervaring en expertise in bedrijfsfinanciering bij de initiatiefnemers. Not-for-profit Kredietunies worden grotendeels door vrijwilligers geïnitieerd en geleid. Vrijwilligers maar geen amateurs. Het opzetten van een kredietunie is niets anders dan het opzetten van een nieuw bedrijf. Door samenwerkende professionals. Het initiatief tot het oprichten van een kredietunie wordt in de praktijk vaak genomen door een branchevereniging of door enkele gemotiveerde lokale ondernemers met een oud-bankier en een accountant of notaris in ruste. Samen met professionele kredietspecialisten, juristen en andere maatschappelijk betrokkenen richten zij zo’n kredietcoöperatie als nieuw bedrijf op en zij dragen zorg voor de continuïteit. Uit hun midden worden de vrijwilligers voor het Bestuur, de Raad van Toezicht en een Raad van Advies aangezocht. Zij installeren een kredietcommissie die zich een professionele mening vormt over de ondernemerscapaciteiten, over het plan en de risico’s van kredietvragers. Betaalde functionarissen worden pas in latere instantie (part time) ingehuurd tegen een vergoeding voor kredietbeoordeling en -administratie en secretariaat. In elk geval moeten er altijd specialisten met kennis van bedrijfsfinancieringen aan verbonden worden. Opvallend vaak zijn dat ex-medewerkers van Rabobanken maar lang niet altijd. Meestal participeren die in de rol van oprichter, bestuurder en/of als geldschieter. De initiatiefnemers moeten over een goede reputatie beschikken en ze zijn vaak tot op zekere hoogte financieel onafhankelijk. Het is absoluut noodzakelijk dat initiatiefnemers, zeker in aanvang, flink wat tijd kunnen vrijmaken voor de oprichting en de fondsenwerving. Daarvoor moeten zij onderling goed kunnen samenwerken en als initiatiefgroep over een uitgebreid lokaal sociaal-zakelijk én politiek relatienetwerk beschikken. Menig oud-ondernemer investeert zelf vaak al risicovol in één of meer andere bedrijven. Kredietunie initiatiefnemers en hun leden blijken echter niet primair door rendement gedreven. Zij tonen zich vooral gemotiveerd door het leveren van een maatschappelijke bijdrage. In dit geval hun inzet voor het toegankelijk maken en houden van krediet voor de actieve lokale klein-zakelijke ondernemers. Wat hen daarnaast aanspreekt is de combinatie van de vergroting van hun netwerk en het realiseren van enige mate van risicospreiding met elkaars spaargelden via de gezamenlijke spaarkas van de coöperatie. Precies zoals W.F. Raiffeisen dat zo’n 150 jaar geleden succesvol in Duitsland lanceerde. Samenwerkende ondernemers met belangstelling voor maatschappelijk verantwoord handelen die elkaar qua ervaring en competenties aanvullen, die over veel tijd beschikken en een uitgebreid netwerk hebben. Dát zijn in de praktijk de belangrijkste basisvoorwaarden voor succes. Dat blijkt relevant om een van de eerste hobbels te nemen: het organiseren van funding tussen de 50.000 en 100.000 euro voor de opstart- en aanloopkosten. Maar ook om daarvoor sponsoring los te krijgen en om snel een brede ledenbasis van spaarders op te bouwen. Daarnaast moet marketing en communicatie vorm worden gegeven. Er moet een adequate administratie worden ingericht etc. etc. Kortom, er wordt een serieus bedrijf opgericht. De inzet van de initiatiefgroep en actieve leden bepaalt of er een levensvatbaar en op continuïteit gericht financieringsbedrijf tot stand komt dat bewust omgaat met het spaargeld én met de kredietrisico’s. Bestuur en leden moeten daar samen de schouders onder zetten. In de praktijk lijkt het eenvoudiger om tot een door een branchevereniging geïnitieerde (zg. sectorale) kredietunie te komen. Branchevereniging leveren er in eigen kring toegevoegde waarde mee en men kan er sector experts, mensen en middelen voor vrijmaken. Geïnteresseerde ondernemers wenden zich daartoe het beste tot hun eigen branchevereniging. Bij regionale kredietunies bouwen de ondernemers het met elkaar op. Valkuilen daarbij zijn een te smalle initiatiefgroep of dat vooral enthousiaste zzp’ers toetreden die er onvoldoende structureel tijd voor kunnen vrijmaken. Actieve ondernemers, zzp’ers en consultants vormen belangrijke bouwstenen voor zowel de initiatiefgroep als binnen de ledenbasis. Voor snelheid en continuïteit kan zo’n project beter worden gedragen via samenwerking van goed bekend staande lokale ondernemers in ruste. Wie actief een bijdrage wil leveren om het mkb op deze sympathieke wijze aan nieuwe extra financieringsbronnen te helpen of om een van de bestaande 162 lokale projecten tot een succes te maken is van harte welkom. Voor meer informatie zie: de Vereniging van Kredietunies in Nederland (VKN) *1) Boven de 10 miljoen is er sprake van een intensievere vorm van toezicht en boven de 100 miljoen is een bankvergunning vereist.
  10. Hier terugkijken: http://zembla.vara.nl/seizoenen/2015/afleveringen/18-02-2015
  11. http://www.ftm.nl/column/toetsing-renteswaps-dossiers-door-abn-amro-volmaakte-flauwekul/
  12. Kijkadvies 18 februari. De Rabobank dwingt haar klanten om klachten over de renteswap in te trekken. Dat blijkt uit de ZEMBLA-uitzending ‘Bang voor de Bank’ van woensdag 18 februari. http://zembla.vara.nl/seizoenen/2015/afleveringen/18-02-2015/rabobank-snoert-klanten-de-mond/
  13. Ik lees 'De overheid staat borg voor innovatie' als 'de overheid maakt zich er sterk voor dat innovatie kan plaatsvinden. Zo lijkt mij die titel bedoeld. Niet als dat de overheid (lees: de belastingbetaler) uitvinders/ondernemers een carte blanche geeft. En nog even terugkomend op het hoofdsom risico. Dat ligt bij de high risk financiering van innovatie toch echt bij de geldschieters (excl. VC met aandelen), hoe dan ook genaamd. De ondernemer is verantwoordelijk en wordt er - bij verschillende regelingen -, via een borgstelling aan De Staat aan zijn of haar haren (terecht) bijgesleept. De upside voor de ondernemer is immers onbeperkt en daarvoor zal hij/zij bereid moeten zijn de nek zelf helemaal uit te steken. Niet zelf de lusten en anderen de lasten als het misloopt. Als er Banken zijn die onvoldoende informeren e/o met extra zekerheden hun positie oneigenlijk versterken dan moeten zij daarop aangesproken worden.
  14. @Marco. Dàt is een goede observatie en een mooie gedachte. Helaas gaat het in tegen de privatiseringstendens. Overheden willen niet bankieren. AA-Bank gaat niet voor niets weer naar de beurs. Een fundamentelere discussie, met felle tegenpolen, is overigens of je overheden wel zou moeten willen laten bankieren....
  15. Helemaal eens Christine. Ik refereerde ook aan banken en de Overheid als hun garant. VC deelt natuurlijk mee in de upside, mits via een aandelen belang. :)
  16. @Christine. Dan hoef jij je toch niet aangesproken te voelen? Ik beweer tenslotte ook nergens dat de overheid verstand heeft van innovatie, of van ondernemers of ondernemen. Bepaald niet zelfs. Er worden door overheden alleen bepaalde programma's gefaciliteerd. En daar mogen/kunnen ondernemers gebruik van maken. Niks moet. En, zoals ik hiervoor al betoogd heb, financiers stellen eisen want zij lopen tegen een geringe beloning het hoofdsom risico. Zeker bij innovatieve plannen.
  17. @Walter. En veel (de meeste?) ondernemers snappen niet hoe financieren werkt en verdiepen zich niet in hoe financiers denken. Wie zich daarin wel verdiept en expertise inschakelt heeft een veel grotere kans om tijd/moeite en kosten te besparen met een grotere kans op het aantrekken van financiers en investeerders ter dekking van plannen.
  18. @Herman. Dat kan, we noemen het "afnemerskrediet". Het vereist alleen wel dat de afnemers massaal in staat moeten zijn om vooruit te betalen. 1. Hoe komen die aan liquide middelen daarvoor (als ze zelf ook werkkapitaal nodig hebben voor eigen bedrijfsvoering en groei). 2. Er onzekerheid is of tegenover een vooruitbetaling wel een prestatie zal worden geleverd? Een ideële gedachte die niet op grote schaal van de grond zal komen. Denk dan liever aan lease of aan factoring (debiteurenfinanciering) o.b.v een geleverde prestatie.
  19. Laat dat "bijna" bij monopolist maar weg Norbert ;D Eenmaal in 'zwaar weer' of indien voor een bank onvoldoende rendabel (zie de actie van DB-Nederland die er vorig jaar 16.000 klanten uitschopte) maakt dat herfinanciering door een andere bank in de praktijk onmogelijk. Structureel vraag je? Herstel van de economie en winstgevendheid. Maar het vervelende is, bij herstel van de economie, en het daardoor onherroepelijk aantrekken van de kredietvraag, zal de kredietkraan bij banken toch alleen maar blijven druppelen en NIET gaan stromen. De solvabiliteitseisen die aan de banken is gesteld zal daar tot cherrypicking blijven leiden en (dus) tot meer behoefte gestapeld financieren in MKB. Het gestapeld financieren behoeft nog aanpassing van wet- en regelgeving om MKB ook toegang tot meerdere financiers te geven. Tot die tijd....? Voorkomen dat je in moeilijkheden.... en Bijzonder Beheer komt. Een dooddoener ik geef het toe.
  20. Die "bankierseed" is werkelijk het grootste lachertje van het jaar. Puur voor de bühne. Niets meer en niets minder. Elk bedrijf moet rendement maken, dus ook (of misschien juist wel) banken. Bijzonder Beheer moet vooral verliezen tegengaan. Ook logisch. Maar de huidige aanpak en de effectiviteit daarvan laat teveel te wensen over.
  21. Op 16 april a.s. is er in De Tweede Kamer trouwens een 'ronde tafel bijeenkomst' over de problematiek van Bijzonder Beheer in het MKB tussen de verschillende stakeholders.
  22. Allereerst. Het lijkt erop dat er mensen zijn die nog steeds de veronderstelling leven dat banken er zijn om ondernemers 'te helpen'. Ik heb daar recent, letterlijk, een boekje over opengedaan. In mijn boek ROTBANKEN (Recensie: "bankfinanciering voor Dummies"). Daarin staat o.a: "Banken zijn er niet om je te helpen, jij bent er voor de bank om zoveel mogelijk geld aan te verdienen." En zò is dat. Het is niet bepaald sterk om je eigen ondernemersrisico op anderen (bijv. Bank, Staat, belegger etc.) af te wentelen. Bedenk dat bancaire financiers het volledige hoofdsomrisico lopen en dat daar slechts een relatief beperkte beloning tegenover staat in de vorm van hun renteMARGE op financieringen. En De Staat kan hooguit in de toekomst belastinginkomsten tegemoet zien. Als ondernemer heb je de kans om, als je slaagt, via zo'n door De Staat aan de bank gegarandeerde financiering oneindig veel geld te verdienen. Maar dat betekent dan ook: zelf risico's nemen, je eigen gat branden en zelf op de blaren zitten. Zelf verlies leiden. Zelden kun je dat afwentelen op anderen. Het nadeel is dat je eventueel pas brand of blaren kunt ervaren als je een kans hebt gekregen om risico's te nemen. Dàt blijkt in het huidige financieringenlandschap de grootste klus. Dààrbij spelen banken en de BMKB regeling wel degelijk een rol. Dat maakt het mogelijk om onder bepaalde voorwaarden, en alleen met een in de ogen van de geldschieters goed plan(!) via verschillende regelingen financieringen op te nemen. Voor de BMKB moet worden uitgegaan van (plannen voor) een, naar verwachting, potentieel winstgevende activiteit waaruit terugbetalingen gedaan kunnen worden. Bij gebruikmaking van overheidsregelingen zoals de BMKB springt De Staat bij in een eventueel resterend dekkingstekort bij de bank als het fout afloopt. In dat geval loopt de bank overigens altijd nog 10% zelf risico en dus niet 0%. In de meeste garantieregelingen is ook ingebakken dat de krediet nemende ondernemer zelf een borgstelling moet tekenen. En daar is niets mis mee. Met geleend geld ondernemen is geen loterij zonder nieten waarmee je als ondernemer in potentie oneindig veel geld kunt gaan verdienen met geld van de belastingbetaler. Er zijn enkele regelingen voor innovatieve investeringen waarbij, als het misloopt, de kredietnemer geld wordt kwijtgescholden. Op www.rvo.nl kun je daar alles over nalezen. Overigens staat die BMKB regeling in bepaalde gevallen òòk open voor investeerders en voor het nieuwste fenomeen: Coöperatieve Kredietunies van-voor-door ondernemers die elkaar krediet verlenen. Maar dat terzijde.
  23. Dank Norbert. Ik zal graag op/in die andere post op de BMKB reageren
  24. Banken moeten in geval van probleemfinancieringen bij MKB-ers tot wel vier maal meer kapitaal aanhouden dan bij gewone kredietrisico’s. Daarmee rechtvaardigen zij de renteverhogingen voor bedrijven in Bijzonder Beheer. Die aanpak veroorzaak grote maatschappelijke schade. Dat moet anders. (Deze column verscheen op 22 januari ook op Follow The Money) Zodra een bedrijf verlies rapporteert, eisen banken extra zekerheden voor lopende financieringen. Rente en provisies worden verhoogd en de resterende kredietruimte wordt vaak direct bevroren of verlaagd. De al verkrapte liquiditeit van getroffen ondernemers wordt vervolgens nog zwaarder belast door de eis van de bank om extra af te lossen en de hogere administratieve lasten. Dát is de huidige Bijzonder Beheer praktijk. Bij wet verbieden Ik pleit voor een wettelijk verbod op het in zulke omstandigheden verhogen van rente en provisies door banken. En voor een verbod op het door de bank verplicht stellen van extra aflossingen en het inperken van bestaand krediet. In elk geval zolang bedrijven die in moeilijkheden geraakt zijn nog binnen de hun toegestane kredietruimte opereren. Ik pleit ook voor een verbod op het vestigen van aanvullende zekerheden op de bestaande schulden en op het aan de klant doorberekenen van zinloze taxatiekosten. Als laatste vind ik een een verbod op de zogenoemde bank- of krediethypotheek nodig, opdat niet meer aan zekerheid kan worden verhaald dan het bedrag van de uitstaande schuld. Ondernemers die in financiële problemen raken, moeten in staat gesteld worden om, zonder beperkingen en bezwarende kostenverhogingen, een goed gedocumenteerd verzoek voor een herstelperiode in te dienen. Bij een tijdig verzoek van een bedrijf dat alle voorwaarden is nagekomen kan dat, in combinatie met het bovenstaande, als volgt: (1) Door banken wettelijk te verplichten mee te werken aan maximaal 24 maanden vrijstelling van aflossing zolang de rente ongestoord wordt voldaan en (2) door wettelijk te regelen dat ruimte, die via aflossingen in zekerheden ontstaat, ter beschikking komt aan andere financiers. Dat is te regelen via een collectieve omzetting van alle bestaande krediethypotheken in vaste hypotheken. Liquiditeitsklem Neem de detailhandel. Die wordt al jaren geteisterd door de gevolgen van lagere consumentenbestedingen en prijsconcurrentie. Die hebben de liquiditeit en vermogenspositie uitgehold. Elk nieuw teleurstellend afgesloten boekjaar blokkeert de toegang van winkeliers tot nieuwe bankfinancieringen. Ook 2014 is voor velen dramatisch verlopen. Dat maakt de kans levensgroot dat Bijzonder Beheer hun financieringslasten in 2015 verder gaat verhogen. Zo veroorzaakt de bank een liquiditeitsklem die de overlevingskansen inperkt en ondernemers de ruimte ontneemt voor de uitvoering van een herstelplan, investeringen en nieuwe financiering. Minder kredietruimte in de detailhandel raakt de groothandels. Hun andere leveranciers krijgen minder opdrachten en raken daardoor in liquiditeitsproblemen. In winkelstraten neemt leegstand toe. Die kaalslag verkleint de aantrekkingskracht van winkelgebieden met weer minder omzet voor de achterblijvers als gevolg. Deze vicieuze cirkel kan doorbroken worden, wanneer ondernemers tijd krijgen om te overleven en ruimte om te investeren. Het zijn banken en financiers die hen staat moeten stellen om kapitaal aan te trekken. Maar daar wringt wel de schoen. Zonder een aantoonbare of aannemelijk te maken omzet- en resultaatverbetering kan een winkelier met een verzwakte solvabiliteit nieuwe bankfinancieringen vergeten. De financieringsbehoefte is er echter wel. Zodra consumentenbestedingen aantrekken, zal ook de achterstand in investeringen moeten worden goedgemaakt. De huidige werkwijze van Bijzonder Beheer ontneemt ondernemers liquiditeit en mogelijkheden om elders financieringen op te nemen. Andere financieringsbronnen Een verbod om financieringslasten te verhogen. Verplicht meewerken aan een herstelperiode en zekerheden delen kan daar verandering in brengen. De betalingscapaciteit van bedrijven wordt dan niet meer extra ingeperkt. Het risico dat de banken lopen, blijft zo beperkt tot de krediethoogte waar zij hun eigen kredietbeslissing bij de lopende financiering al op gebaseerd hadden. Het legt het risico van de bank ‘als ondernemer’ daar waar het hoort: bij de bank. Het stelt bedrijven in staat te onderzoeken of het mogelijk is met alternatieve financiers een overtuigend herstelplan uit te voeren. De nieuwe financiers kunnen enige zekerheden verkrijgen en daarop hun kredietbeslissing en prijs baseren. Dit vergt nieuwe regels en wetten én een andere mindset bij banken. Er is eigenlijk geen alternatief. Doorgaan op de huidige weg betekent meer lege winkelstraten en nog veel meer maatschappelijke gevolgschade.
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Cookies op HigherLevel.nl

We hebben cookies geplaatst op je toestel om deze website voor jou beter te kunnen maken. Je kunt de cookie instellingen aanpassen, anders gaan we er van uit dat het goed is om verder te gaan.