Verkeerseducatie

@Cosara, bedankt voor je reactie. Maar ik blijf met een vraag zitten. Stel, ik heb in mijn offerte van 2018 een uurtarief van € 30 opgegeven. In de tabel https://opendata.cbs.nl/statline/#/CBS/nl/dataset/83760NED/table?ts=1546592813641 kan ik de prijsindexcijfers terugvinden. Stel dat de opdrachtgever zegt dat het definitieve jaargemiddelde gebruikt wordt. Hoe bepaal ik dan mijn tarief voor 2019?

In januari 2018 heb ik ingeschreven op een opdracht. Deze zou in april 2018 gegund worden. Door uitstel werd dit pas november 2018. In de opdracht staat dat het uurtarief jaarlijks in januari verhoogd mag worden volgens de index dienstenprijzen commerciële dienstverlening (2015=100). Nu geeft statline 3 cijfers: 1ste kwartaal 101,9 2de kwartaal 102,6 3de kwartaal 103,4 (voorlopig) (https://opendata.cbs.nl/statline/#/CBS/nl/dataset/83760NED/table) Hoe (met welk indexcijfer) kan ik nu mijn prijs voor 2019 bepalen? Ik ben benieuwd naar jullie reacties!

@Rik99 en Joost, bedankt voor jullie inhoudelijke reactie. Maakt het voor mij wat duidelijker. @exhaeller, het is volgens mij aan een ieder om te bepalen waar hij/zij "mee bezig" is en niet aan u om daar een oordeel over te vellen. Het runnen van een onderneming is voor mij ook het voeren van de administratie. Daarbij vind ik het belangrijk om te weten en begrijpen waarom ik bepaalde zaken moet doen. Dat is mijn motivatie.

@exhaeller. Dit had ik vanzelfsprekend al gelezen. Maar hier staat niet vermeld dat de Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek vóór de MKB-winstvrijstelling gaat. Volgens de belastingdienst valt dit dus te concluderen uit het feit dat het een eerdere paragraaf betreft. En ik vraag me dus af of de volgorde van paragrafen ook de berekeningsvolgorde bepaald. In Artikel 3.79a. MKB-winstvrijstelling staat: De MKB-winstvrijstelling bedraagt 14% van het gezamenlijke bedrag van de winst die de belastingplichtige als ondernemer geniet uit een of meer ondernemingen (paragraaf 3.2.2) nadat dit bedrag is verminderd met de ondernemersaftrek (paragraaf 3.2.4). De enige conclusie die ik kan trekken is dat de Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek wordt gezien als een voordeel dat, onder welke naam en in welke vorm ook, wordt verkregen uit de onderneming. Maar nogmaals, ik vind dit niet duidelijk verwoord.

@exhaeller Wetten hebben de eigenschap om ergens te zijn vastgelegd en nu ben ik benieuwd waar ik dit kan teruglezen.

@exhaeller Waarop baseert u uw uitspraak? Ja, dat bleek uit de aangifte en de reactie op Twitter. Maar ik vind het vreemd dat dit op de website (waar de andere minderingen wel worden genoemd) niet staat vermeld. Er van uit gaan dat de aangifte altijd klopt, levert inderdaad weinig vragen op. Ik vond het "hieruit concluderen we" niet veel vertrouwen wekken.

Uit mijn aangifte inkomstenbelasting blijkt dat bij de berekening van de MKB-winstvrijstelling eerst de Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek van de winst wordt afgetrokken. Op de website van de belastingdienst (en elders) wordt alleen gesproken over het eerst in mindering brengen van de ondernemersaftrek (zelfstandigenaftrek, startersaftrek, startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid, aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk, meewerkaftrek en stakingsaftrek). Navraag via Twitter bij de belastingdienst gaf als reactie "In Art. 3.41 staat de Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek, deze komt eerder in de wet voor dan de MKB-winstvrijstelling (Art. 3.79a). Hieruit concluderen we dat de Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek voor de MKB-winstvrijstelling wordt toegepast." Is een dergelijke conclusie terecht? Het klinkt namelijk niet echt 'wetenschappelijk'.