Beste Higherlevel,

 

In meerdere discussies wordt het onderwerp 'privé lenen aan BV' behandeld. Wat ik daaruit begrijp is dat deze lening in principe in Box 1 belast wordt. Nu ga ik binnenkort geld lenen aan mijn BV (voor 10% rente), die ik persoonlijk heb geleend van familie (voor 5% rente). Komt deze lening dan ook in Box 1 terecht?

 

Is er wellicht een financieel betere manier om deze geldstromen te laten lopen?

 

Dank

Beide leningen komen in box 1 terecht. Alternatief is kapitaal, of rechtstreeks door de familie aan de BV laten lenen (al dan niet met borgstelling door jou, maar ook dat valt in beginsel in box 1) . Bij dat laatste is wel van belang welke familierelatie het betreft, als het te dichtbij is, kan ook daar box 1 van toepassing zijn.

 

Zonder nadere informatie is het onmogelijk om aan te geven wat een goede optie zou kunnen zijn.

Hoi Cazijn,

 

De lening komt in box 1 terecht. Is 10% dan niet wel een erg hoog percentage? De verschuldigde inkomstenbelasting (box 1) is al snel meer dan de bespaarde vennootschapsbelasting.

 

Waarom leent de familie niet rechtstreeks aan de B.V.(met borgstelling in privé)?

 

Odeon

 

 

Beste Odeon,

 

Het is inderdaad een optie voor ons om de familie direct te laten lenen aan de BV. De situatie is overigens dat het geld uiteindelijk moet komen in een werkmaatschappij, waar ik een belang van 25% in heb. De afspraak met deze werkmaatschappij is dat alle aandeelhouders geld lenen aan deze werkmaatschappij (met 6% rente). Iedereen doet dat vanuit hun eigen holding. Dat was ik ook van plan. Zit er fiscaal nog verschil tussen de volgende twee opties?

 

1) Mijn holding leent het geld (a 5%) van familie en deze leent het weer door aan de werkmaatschappij (a 6%)

2) Mijn familie leent het geld direct aan de werkmaatschappij

 

Dank

 

 

 

 

Vanuit fiscaal oogpunt hoeft daar niet zoveel verschil tussen te zitten. Belangrijker is echter of de medeaandeelhouders wel bereid zijn akkoord te gaan met optie 2. Je hebt dan immers te maken met een schuldeiser/niet-aandeelhouder. Mocht het nodig zijn, dan zal die minder snel geneigd zijn om die schuld kwijt te schelden - hij heeft dan immers niets meer. Dat kan, mocht de werkmaatschappij in de problemen komen, een negatief effect hebben op eventuele reddingsplannen. Om maar eens een dwarsstraat te noemen.