M. Borgh

Junior
  • Aantal berichten

    7
  • Registratiedatum

  • Laatst bezocht

Persoonlijke info

  • Jij bent:
    ondernemer
  • Geslacht
    Male
  • Achternaam
    Manenborgh

Bedrijfsinfo

  • Plaats
    Utrecht

M. Borgh's trofeeën

  1. Ik kan mij dit voorstellen, waarbij ik wel moet opmerken, dat mijn eerste gedachte is dat, zo ik het verhaal goed begrepen heb, deze leverancier blijkbaar wél bereid is om via één of andere creatieve constructie alsnog buiten de grenzen te leveren, en wel via tussenleverantie aan een (min of meer fictief) Engels bedrijf, waardoor deze leverancier het risico loopt contractbreuk verweten te worden en vervolgens zijn handelsrelatie kwijt te raken... Zo'n leverancier schat u net als ik waarschijnijk mbt betrouwbaarheid en continuïteit niet direct erg hoog in. Dit overwegende, zou ik in zo'n geval als afnemer niet zoveel moeite doen (als dat ik hier gelezen heb), maar eerder uitzien naar een andere oplossing. Het doen van aannames lijkt mij overigens niet bijster zinvol. Alleen "Pgerrits", degene die in deze de vraag heeft gesteld, weet wat de werkelijke reden is of zou dit naar mijn idee moeten achterhalen. Ik ben dan ook in hoge mate geïnteresseerd naar de reactie van "Pgerrits".
  2. Kunt u nader toelichten waarom u dit denkt en wat volgens u daaraan ten grondslag kan liggen?
  3. ... Echter is mij de reden bekend waarom de leverancier het niet wil leveren. Die reden is dat wij niet in Engeland een bedrijf hebben. Garanties e.d. hebben geen nut. Wij betalen zelfs vooraf als het zou moeten. Echter is het niet een punt van 1 leverancier maar van meerdere. Dus het heeft niets te maken met een probleem die ze hebben met ons... Hartelijk dank voor uw reactie, aan de hand waarvan bij mij alleen nog maar de volgende vraag over blijft als oorzaak van uw probleem: Waarom wil de leverancier niet aan u leveren indien u geen bedrijf in Engeland heeft? Vind het antwoord dat de oorzaak van uw problem vormt, los het op en uw problem is opgelost!
  4. Het lijkt mij dat u eerst de precieze oorzaak van het probleem dient te bepalen, en wel de reden waarom uw leverancier dit wil. Los vervolgens dat probleem op. Wellicht is dat veel eenvoudiger. Inkopen in het buitenland heeft vanuit het oogpunt van de leverende partij alles te maken met vertrouwen en financiële garanties. Leveranciers schatten hun risico's in met betrekking tot afschrijvingen wegens oninbare vorderingen. Verhaal halen in het buitenland is lastig, tijdrovend en kostbaar. In deze tijden van economische onzekerheden is dit risico aanzienlijk groter. Hoe langer de succesvolle samenwerking heeft geduurd, hoe meer men in beginsel vertrouwen heeft. Dit zegt echter nog niets over de actuele situatie van een afnemer. Die kan plotseling veranderd zijn. Veel producerende leveranciers zitten in zwaar weer of nemen maatregelen om dat te voorkomen. Eén van de belangrijkste aandachtspunten is dan het veilig stellen van afdoende omzet om een positieve en continue cash flow te garanderen. Met andere worden: er moet genoeg geld binnen komen. Ten doel gesteld wordt het zoveel mogelijk voorkomen van oninbare vorderingen op leveringen. Leveranciers willen daarnaast geen budget meer vrij maken voor de afschrijving op oninbare vorderingen, daar een verlies aan waarde extra kosten betekent en daardoor de winst verder onder druk komt. Zo'n situatie is natuurlijk nooit wenselijk, maar in deze tijd wordt daar extra waarde aan gehecht in verband met het kunnen voorzien in toekomstige (extra) vermogensbehoeften. Het vertrouwen dat een leverancier in u moet hebben, dient u dus niet te onderschatten. U kunt uw probleem daarom wellicht beter oplossen door deze leverancier betere garanties te geven. Hiervoor zijn diverse mogelijkheden. Oriënteer u goed en vraag zonodig advies aan een ter zake deskundige. Werk uw voorstel goed uit en presenteer uw voorstel aan uw leverancier op een zodanige wjze dat u uw leverancier precies zult overtuigen op het punt waar zijn belang ligt. Verder kunt u zelf veel doen om een vertrouwensband op te bouwen en te versterken. Onbekend maakt immers nog altijd onbemind... Voorzie uw leverancier om te beginnen van alle relevante informatie over uw bedrijf en presenteer dit op een manier die vertrouwen werkt. Nodig uw leverancier in uw bedrijf uit. Bezoek uw leverancier met regelmaat of bezoek beurzen waarvan u weet dat deze daar aanwezig is. Toon oprecht interesse in uw leverancier en laat zien dat u zijn belangen begrijpt. Als zijn belang primair bestaat uit betaalde omzet om de continuïteit van zijn onderneming te waarborgen, dan dient dat ook uw belang te zijn. Op die manier wordt u een interessante afnemer en kan het zijn dat u een positieve bijdrage levert aan het voortbestaan van de ander. Overtuig uw leverancier daarom ook van uw streven naar een succesvolle samenwerking voor zowel de korte termijn als voor een langere periode. Stel daar een plan voor op, voorzien van duidelijke doelstellingen, kritische succesfactoren en meetpunten, aan de hand waarvan u beiden tussentijds kunt evalueren en beiden tot de gewenste conclusies zult komen!
  5. Naar mijn idee gaat u voorbij aan een eerste vereiste om een deugdelijk antwoord te kunnen geven, namelijk een correcte vraagstelling. Deze is niet duidelijk, noch compleet. Hoe wordt in deze "succes" gedefinieerd en vanuit welke invalshoek? Gaat het over korte of lange termijn? Het lijkt mij dat succes primair afgemeten wordt aan de mate waarin een behaald resulaat overeenkomt met een vooraf op gedegen wijze vastgesteld doel. Dit wordt eerst meetbaar wanneer de doelstelling nader gedefinieerd wordt en wel op een zodanige wijze dat resultaten en doelstelling op een zinvolle manier met elkaar vergeleken kunnen worden. Doorgaans moet ook een referentiekader worden vastgesteld. Zaken als naamsbekendheid, reputatie, klantattitude, koopbereidheid, en dergelijke komen in deze lijst niet of onvoldoende aan bod, evenals bijvoorbeeld het fenomeen van de gewenste, maar uitgestelde aankoop. Ook van deze doelstellingen dient eerst een goede en bruikbare definitie te worden gegeven, daar deze zich allen lastig laten meten en wellicht zijn daar (voor een deel) de traditionele marktonderzoeken nog altijd noodzakelijk. Enkele voorbeelden: - Wij willen meer bezoekers - Wij willen meer naamsbekendheid - Wij willen twee keer zoveel naamsbekendheid - Wij willen dat 10% meer mensen weten wat wij doen met ons bedrijf - Wij willen dat 10% meer mensen een positief gevoel hebben over ons bedrijf - Wij willen dat 10% meer mensen ons bedrijf sympathiek vinden - Wij willen dat 10% meer mensen ons bedrijf als goedkoop beschouwen - Wij willen dat 10% meer mensen ons bedrijf correct, oprecht en betrouwbaar vinden - Wij willen dat 10% meer mensen ons bedrijf in alle opzichten de beste vinden - Wij willen dat 10% meer mensen direct aan ons bedrijf denken als ze aan aktieprijzen denken - Wij willen dat 10% meer mensen bij ons bedrijf kopen als ze besluiten later te kopen Een voorbeeld van referentiekaders wordt als volgt duidelijk: - Wij willen weten hoeveel mensen deze wijn goed vinden - Wij willen weten hoeveel mensen deze wijn goed vinden in zijn soort - Wij willen weten hoeveel kenners van deze soort deze wijn goed vinden in zijn soort - Wij willen weten hoeveel waarde wij mogen toekennen aan de deskundigheid van deze kenner Wanneer slechts 1 van 100 metingen negatief is, dan zegt dit nog niets over de betrouwbaarheid van de overige 99 metingen die positief zijn wanneer daarvan het kennisniveau of het referentiekader niet gemeten wordt. Ook zal moeten worden bepaald wat wordt verstaan onder de kwalificatie "goed". Waarop wordt die kwalificatie gebaseerd? Hoe kan vervolgens worden gemeten of een koper die ingaat op een aanbieding deze beslissing heeft gemaakt enkel en alleen omdat het een aanbieding betreft? Kende hij het product reeds en vond hij het "goed"? Had hij hetzelfde product dan ook gekocht voor de reguliere prijs? Komt dit omdat hij een prijsvergelijking tussen diverse aanbieders heeft gemaakt? Of heeft hij gewacht met de aanschaf tot deze goedkoper werd? Is het de reputatie van de verkoper? Het bestelgemak van de site? Toeval? Gaat deze klant daadwerkelijk ook op zoek naar andere leveranciers? Hoe bepaalt deze klant zijn keuze? In welke mate beschikt deze klant over productkennis en vanuit welke hoedanigheid? Koopt hij toevallig en bij gelegenheid of is hij een echte liefhebber? Is het een cadeau? Waarin ligt de belangrijkste reden om hier te kopen? Zouden websites dit soort vragen gewoon stellen, dan was het resultaat in ieder geval bij benadering al snel een stuk eenvoudiger te bepalen! Ik koop regelmatig consumentengoederen via internet en heb het nog niet meegemaakt...
  6. Naar ik aanneem, bent u tot deze conclusie gekomen naar aanleiding van uw inzicht in actuele vorderingen jegens uw bedrijf en mogelijk overige kortlopende en langlopende verplichtingen. U dient terdege te beseffen dat wanneer u willens en wetens op zulks een wijze de belangen van uw crediteuren en andere belanghebbenden schaadt, u in hoge mate strafbaar bent en op basis daarvan in privé vervolgd en aansprakelijk gesteld kunt worden (faillissementspauliana en bestuurlijke aansprakelijkheid wegens mis-management). Als gevolg daarvan is het zeer goed mogelijk dat door diverse partijen op korte termijn beslag wordt gelegd op uw bezittingen en alle vormen van tegoeden, zowel zakelijk als in privé. U bent dan niet van een probleem af, u heeft er door eigen toedoen een veel groter probleem bij gekregen. U zult vervolgens het tegenovergestelde aannemelijk moeten maken, namelijk door aan te tonen dat u door uw kundig en verantwoordelijk optreden deze zaken naar beste kunnen juist heeft trachten te voorkomen. Tegen die tijd zal het lastig worden daartoe passende juridische bijstand te vinden, indien op voorhand niet zeker is dat deze daadwerkelijk door u vergoed kan worden. In uw situatie is er naar mijn mening slechts één optie wanneer u echt geen oplossingen meer ziet, namelijk het in ieder geval benaderen van de preferente crediteuren voor een adequate of tenminste onder de omstandigheden beste oplossing. Daaronder vallen ten eerste de salaris- en pensioengerechtigden (ook ZZP'ers) en de fiscus. Denk daarbij met name aan pensioenreserveringen, af te dragen sociale premies op arbeidslonen en aan verschuldigde BTW. Vervolgens kunt u proberen de afspraken met banken en andere financiële instellingen naar beste kunnen af te handelen. U zult deze in ieder geval tijdig in kennis moeten stellen van uw situatie en goede voornemens. Het is goed om van elke individuele belangghebbende zelf eerst nauwkeurig vast te stellen wat diens belang precies is, zodat u goed kan communiceren dat u dit belang begrijpt en daarnaar tracht te handelen. Belangen van uw niet-preferente crediteuren kunnen ook in uw voordeel werken en misschien wel een deel van uw oplossing vormen als u de vraag bewust andersom stelt. Wie van hen heeft het grootste belang bij mijn continuïteit? Probeer daar als eerste creatief mee om te gaan, vooral omdat hier spake is van een gezamenlijk belang. In zo'n geval is er doorgaans ook de hoogste kans op welwillendheid. Bij partijen met een negatieve stemming is het lastiger om resultaat te behalen. Bijvoorbeeld: U huurt een duur kantoor- of winkelpand en de huur maakt daardoor substantieel onderdeel van uw vaste lasten uit. De hoogte van de huur lijkt u een blok aan uw been en de resterende looptijd van de overeenkomst is aanzienlijk. U wilt of kunt geen budget vrijmaken om (een deel van) uw overeenkomst af te kopen. Heeft een verhuurder dan belang bij uw faillisement in tijden dat de vraag uitzonderlijk laag is en huurprijzen zwaar onder druk staan? De verhuurder zal wellicht terrecht rekening houden met langdurige leegstand en daarna een fors lagere opbrengst. Schat in dit geval dus eerst het belang van de verhuurder goed in, door een nauwkeurige bepaling van zijn te verwachten omzetverlies wegens leegstand en lagere huurprijs, vermeerderd met zijn omzetverlies door oninbare vorderingen jegens u. U heeft nu zelf vanuit een vermeende zwakke positie een sterke onderhandelingspositie gecreëerd. Probeer vervolgens een regeling met uw verhuurder te maken die voor beide partijen het meest voordelig is. Wellicht dat u hierin slaagt en dat u andere belanghebbenden daarna meer te bieden heeft, waardoor uw onderhandelingspositie sterker wordt en de kans groter is dat u bij hen soortgelijke resultaten kan behalen. Indien het u lukt om op die wijze de belangrijkstee niet-preferente schuldeisers tevreden te krijgen, kunt u flink vooruitgang boeken. Door slim te handelen, kunt u zo wellicht ook een groot deel van alle problemen met preferente schuldeisers oplossen of naar de toekomst verplaatsen, zodat u misschien weer even op adem kunt komen en de kans op continuïteit van uw bedrijf groter wordt. Denkt u er echter vooral al vroegtijdig aan dat u vanuit juridisch oogpunt zo weinig mogelijk zaken verweten moeten kunnen worden. Zorg dus dat u ter zake niet alleen uw eigen algemene voorwaarden, maar in het bijzonder ook de betreffende individuele overeenkomsten met deze belanghebbenden goed bestudeert, begrijpt en daar naar beste kunnen naar handelt. Vergeet vooral ook in dat kader niet de voorwaarden waarnaar in overeenkomsten verwezen wordt, zoals algemene voorwaarden en verkoop- en leveringsvoorwaarden. Belangrijk hierbij is de begripsvorming over momenten van ontstaan van vorderingen of overdracht van eigendommen en de voorwaarden waaronder dat plaats vindt. U zult niet de eerste zijn die onverhoopt en onbedoeld verduistering ten laste gelegd wordt, of dat nu terecht kan zijn of niet. Vaak zijn in contracten op het oog echte "wurg-afspraken" opgenomen over het niet nakomen in een dagelijkse omstandigheid of juist bij (naderende) faillissementssituatie. In het geval dat dit strijdig is met het Nederlandse recht, worden deze als onwettig of onredelijk bezwarend geacht. Het zal u daarbij kunnen helpen indien u ervoor zorgt dat er sprake is van aantoonbaar goed leiderschap en goed ondernemerschap. In zulke gevallen kunnen zulke nadelige contractvoorwaarden zelfs in uw voordeel werken. Bevestig ten minste alle afspraken met partijen schriftelijk, maak gespreksverslagen, bevestig alle overeengekomen oplossingen schriftelijk en neem alle goedbedoelde handelingen die u doet op in een eigen dossier, waarmee u later kunt aantonen dat u uw uiterste best heeft gedaan de zaken tot een goed einde te brengen. Laat u zo mogelijk nu al met dit doel voor ogen door een jurist bijstaan. Indien u beschikt over een rechtsbijstandsverzekering, bestudeer dan de polisvoorwaarden en zorg in ieder geval dat de premies vooruitbetaald zijn als u denkt daar nog gebruik van te willen maken. Aan het juridisch loket kunt u wellicht een heleboel te weten komen. Ga na bij welke juristen en andere adviseurs u vervolgens kosteloos of tegen een geringe vergoeding een zogenaamd "intake-gesprek" kunt krijgen. Wanneer u daar de juiste vragen stelt, kunt u informatie opdoen die zeer verhelderend kan werken en waardevol kan blijken. Vooruitlopend daarop kunt u ook een specialist bij de Kamer van Koophandel raadplegen. Een naderend faillissement behoeft op zichzelf helemaal niet zo bezwaarlijk te zijn, indien u voor uzelf vaststelt dat u aan alle kanten uw best doet om voor tenminste de belangrijkste partijen het beste er uit te halen. Dat kan u na afloop ook de bijbehorende schuldgevoelens besparen. Op die manier kunt u er tevens op een positieve wijze een leerzame ervaring van maken. U kunt dan later altijd tegen uzelf en tegen anderen volmondig zeggen dat u de zaken fatsoenlijk en zo goed mogelijk heeft afgerond, en daarin wellicht de trots en de kracht vinden om vol goede moed aan iets nieuws te beginnen. Alexander Luken Interim manager
  7. Het zou naar mijn mening wellicht goed zijn het fenomeen "goodwill" te beschouwen vanuit een minder abstracte invalshoek, maar juist vanuit een beter meetbare. Het geheel aan mogelijke goodwill zoals u hier aangeeft en een waarde daarvan laat zich immers niet precies en volgens een eenduidige en vaste (wettelijk of fiscaal aangewezen) methode bepalen. Dit is ook de reden waarom het niet toegestaan is de goodwill waarover u spreekt op de balans als activum op te nemen. Slechts door bedrijfsaankoop verkregen goodwill wordt op de balans opgevoerd, en wel op momenten dat er een sprake is van een onbalans tussen de reële waarde en de daarvoor betaalde vergoeding. Achterliggend idee is dat het verschil op die wijze alsnog in de totstandkoming van het eigen vermogen zichtbaar wordt gemaakt. Dit wordt door vermogensverstrekkers doorgaans als directe afschrijving op het eigen vermogen beschouwd, daar goodwill alleen een toekomstige waarde vertegenwoordigt, dus een toekomstig activum. Zelf ben ik tegen het opnemen van goodwill als activum, daar een afschrijving hierop volledig onlogisch is. Er bestaat geen enkele rationele grond op basis waarvan men mag concluderen dat de waarde van zogenaamde goodwill jaarlijks automatisch zou afnemen, en al helemaal niet volgens lineaire methode berekend zou dienen te worden, noch voor de huidig bepaalde "levensduur" van goodwill. Elke commerciële organisatie immers, streeft juist vergroting van zulks een activum als goodwill na daar deze juist tot het beoogde resultaat dient te leiden, namelijk het behalen van (meer) winst. Elke inspanning zou daartoe gericht moeten zijn. Zo ook die van u en uw collegae in de afgelopen jaren. U spreekt in dit kader ook liever van een groeiende waarde voor goodwill. Waarom dan hierop afschrijven? De overheid schiet met haar regelgeving inzake afschrijving op verschillende vormen van activa dan ook ernstig tekort en kan alleen echte verbeteringen initiëren indien de fiscale regelgeving op dit vlak eveneens wordt aangepast. Dat heeft grote mondiale effecten, waardoor tot op heden slechts kleine versoepelingen tot stand zijn gekomen. Binnen uw organisatie is sprake van zogenaamde "zelfopgebouwde goodwill". Deze goodwill is niet tastbaar, maar tegelijkertijd wél in hoge mate situationeel afhankelijk van economische marktwerking en omstandigheden, maar ook van veranderingen in politiek klimaat en maatschappelijke opvattingen. Daarnaast kan deze zelfopgebouwde goodwill sterk persoonsgebonden zijn. Wanneer bijvoorbeeld een zeer deskundig of geliefd persoon het boegbeeld vormt van een firma, en deze verlaat de operationele organisatie, dan kan dit zeer nadelige effecten hebben op de omzet en de omzetgroei, of zelfs de continuïteit van de gehele firma in gevaar brengen. De waarde van de zelfopgebouwde goodwill wordt dan nihil. Daar deze niet op de balans wordt opgenomen, kunnen logischerwijze in zo'n geval ook geen afschrijvingskosten geboekt worden. Het verlies aan competentie komt echter tot uitdrukking in een negatieve ontwikkeling van de cash flow en de uiteindelijke winst, of resulteert in een verlies waarbij verlies aan vermogen ontstaat. De waarde van de zelfopgebouwde goodwill laat zich daarnaast slechts bij benadering bepalen. Daarvoor zijn diverse methodieken ontworpen, welke reeds gedurende decennia onderwerp van discussie vormen op het hoogste politieke en wetenschappelijke niveau. In het meest gunstige geval is er nog altijd sprake van een goede schatting. Soms is deze echter volledig arbitrair tot stand gekomen, met name in situaties waarbij aannames worden gedaan die onvoldoende onderbouwd kunnen worden zonder zeer diepgaand en kostbaar onderzoek uitgevoerd te hebben, en in situaties waarbij gebruik wordt gemaakt van subjectieve rekenfactoren. Een schatting van de goodwill zal in vele gevallen gevaarlijk optimistisch uitvallen. Dit kan vooral een probleem vormen bij overnames, daar er in die gevallen doorgaans onvoldoende dekking in de vorm van bezittingen of tegoeden tegenover staat. Tevens kan dit een probleem vormen bij verdelingen als gevolg van bijvoorbeeld echtscheidingen of het overlijden van een zakelijk partner waarbij erfgenamen een belang opeisen. Bij alle vormen van mogelijke goodwill is naar mijn overtuiging eerder sprake van een gevoelswaarde dan een economische waarde, tenzij een aantoonbaar direct causaal verband kan worden aangetoond met een toename van waarde of cash flow. Mocht er in uw geval dus sprake zijn van enig positief effect van de zaken die u acht tot de goodwill van uw firma te behoren, en dat is natuurlijk altijd wenselijk, dan behoort dit echter logischerwijze tot uitdrukking te komen in de cash flow en derhalve ook in de bruto winst uit de normale dagelijkse activiteiten van de onderneming. Zodoende leidt elke positieve bijdrage die aan een of andere vorm van goodwill toegeschreven kan worden tot een verbetering van het eigen vermogen en draagt zodoende telkens bij aan de verbetering van kansen op continuïteit van de organisatie. In het tegenover gestelde geval wordt nog wel eens de term "badwill" genoemd. Vervolgens komt het helaas ook voor dat leden binnen de organisatie overmatig beloond worden ten opzichte van hun bijdrage aan de cash flow en winst. U en uw vennoten hebben gedurende een zekere tijd allen individueel diverse vormen van waarde in uw firma ingebracht, zoals arbeid, kennis en ervaring, denkwerk en creativiteit of een waardevolle beslissingsvaardigheid. Wellicht heeft u ook personen uit uw privé netwerk als klanten aangebracht. Tegenover al deze waardevolle inbreng heeft u tegenprestatie in de vorm van een beloning ontvangen, zoals een goed salaris, winstuitkering en aandelen. Hopelijk heeft u ook afdoende werksatisfactie, status en dergelijke genoten. Ik ben van mening dat het gezamenlijk creëren van zelfopgebouwde goodwill, zoals u die noemt, voortkomt uit de normaal te verwachten dagelijkse inbreng van waarden, en die aan u allen conform overeengekomen condities beloond wordt en reeds beloond is geweest, tenzij daarover afwijkende afspraken zijn gemaakt. Het kan niet correct zijn dat u in een latere fase een deel van deze goodwill van de organisatie terug zou eisen, waarbij u feitelijk het resultaat van uw beloonde inbreng terug eist, ofwel een extra beloning voor uw inbreng eist. Immers, u heeft al die tijd een overeengekomen beloning ontvangen voor deze inbreng. Alle meerwaarde die in de loop der jaren binnen uw firma gegenereerd is, nogmaals, zou moeten hebben geleid tot de ten doel gestelde winst en derhalve voor een overeenkomstig deel in het eigen vermogen en de waarde van aandelen terecht moeten zijn gekomen. Het lijkt mij dan ook dat u genoegen moet nemen met de waarde die uw aandeel per heden vertegenwoordigt. Naar ik hoop, is er sprake van een voor u acceptabele waardevermeerdering ten opzichte van uw oorspronkelijk aandeel ten tijde van de start van de organisatie. Wanneer u besluit de organisatie te verlaten en van verdere deelname af te zien, kiest u feitelijk voor het afzien van uw recht om aanspraak te maken op het vruchtgebruik van het resultaat van de door u genoemde goodwill, namelijk dat deel dat aantoonbaar, dus zichtbaar en causaal herleidbaar, tot uitdrukking komt in de winst als gevolg van gerelateerde (normale) activiteiten van de onderneming. In die keuze bent u uiteraard vrij. De vergoeding welke u verkrijgt voor de teruggave van het vruchtgebruik aan de firma, zit dan ook naar mijn idee in de waardevermeerdering van uw aandeel. Door bijvoorbeeld een uitbetaling aan u van een geldelijke waarde voor het door de firma terugverkrijgen van uw aandeel welke representatief is voor het moment van scheiden, wordt u mijns inziens volledig en dus rechtvaardig vergoed. Mocht u het niet met mij eens zijn, dan verwacht ik dat het niet eenvoudig zal zijn bij een juridisch geschil afdoende aan te kunnen tonen voor welk deel van de door u genoemde goodwill u redelijkerwijze vergoed zou kunnen worden, en voor welke waarde daarvan. Wellicht zullen daarnaast uw taken en verantwoordelijkheden binnen de organisatie niet direct in uw voordeel werken, daar u, voor zover ik dat mag concluderen, jaarlijks akkoord bent gegaan met de jaarcijfers en met de daaruit voortvloeiende periodieke beloningen aan de vennoten. Tevens kan het een goed idee zijn te overwegen om te wachten op economisch betere tijden, aangezien de waarde van goodwill hiervan sterk afhankelijk kan zijn. Graag wens ik u alle succes en wijsheid. M. Borgh, Financieel Manager Utrecht
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Cookies op HigherLevel.nl

We hebben cookies geplaatst op je toestel om deze website voor jou beter te kunnen maken. Je kunt de cookie instellingen aanpassen, anders gaan we er van uit dat het goed is om verder te gaan.