Rene

Beste Sieb, In principe geeft je de zaken die moeten gebeuren correct weer. De werkmaatschappij keert 1/3 van de winstreserve uit aan je holding BV en de lening wordt afgelost. Het knelpunt (dat zie je in de praktijk vaak) kan in de waardering van het aandelenpakket zitten. Ik weet niet of jullie een aandeelhoudersovereenkomst hebben, maar daar is nog weleens een bepaling opgenomen over de waardering van de aandelen bij onderlinge overdracht. Mocht dat niet het geval zijn, zul je moeten gaan onderhandelen of een derde inschakelen voor de aandelenwaardering. Groet, René

Beste John, Ik weet niet wat de resultaten zullen zijn bij de nieuwe werkmaatschappij maar in de praktijk wordt weleens als stelregel genomen dat het pas voordelig is om een onderneming in de vorm van BV uit te oefenen bij een winstniveau van circa € 150.000. Afhankelijk van de persoonlijke situatie (eigen huis, auto, benodigd salaris voor privé verteer) ligt hier ongeveer een omslagpunt. Als de winst waar jij recht op zou hebben vanuit de onderneming die in de nieuwe werkmaatschappij BV wordt opgestart minder bedraagt, zou het niet voordelig zijn om direct vanuit een BV op te starten. Het alternatief is dat er een VOF komt tussen jou en de nieuwe werkmaatschappij BV. Je kunt dan afspreken dat jij en de werkmaatschappij BV ieder recht hebben op 50% van de winst. Eventueel kun je nog aanvullend afspreken dat voorafgaande aan de verdeling van de winst jij een vergoeding krijgt als reële arbeidsbeloning. De arbeidsbeloning en de restantwinst die jij ontvangt wordt in de inkomstenbelasting belast als winst uit onderneming. De winst die de werkmaatschappij BV ontvangt op basis van de winstverdeling wordt bij de werkmaatschappij BV belast met vennootschapsbelasting. Op een later tijdstip kun jij je aandeel in de VOF alsnog inbrengen in een BV of een holdingstructuur. Groet, René

In jullie situatie zul je gebruik moeten maken van een geruisloze inbreng van de VOF in in eerste instantie de personal BV of BV's. Daar staat een wachttijd op van in principe drie jaar. Als je kunt aantonen dat je van te voren niet wist dat je de onderneming binnnen drie jaar kon verkopen, kan deze periode worden verkort. De fiscus gaat hier echter zeer kritisch mee om. Bij het uitzakken van de VOF vanuit de personal holding BV of BV's is er eveneens een wachttijd van drie jaar. Ook deze termijn zou kunnen worden verkort maar daar gaat de fiscus eveneens zeer kritisch mee om. Wil je dus de aandelen in de werkpaatschappij BV binnen 3 jaar verkopen dan loop je het risico dat de fiscus de geruisloze inbreng (in de werkmaatschappij BV) terugdraait en je alsnog moet afrekeken over de stille reserves. Groet, René

Je zou je situatie kunnen vergelijken met praktijkmedewerkers die op provisiebasis werken. Dat heeft in het verleden nog weleens gespeeld bij onder andere fysiotherapeuten. De vraag die zich daar voordeed, was of de verhouding praktijkbeheerder - praktijkmedewerker als een (fictieve) dienstbetrekking kwalificeerde voor de LB. Illustratief in dit verband zijn de criteria die de UWV en de Belastingdienst hierbij hanteerden. Zij waren van mening dat een medewerker in (fictieve) dienstbetrekking staat als: - hem praktijkruimte en instrumentarium ter beschikking worden gesteld; - hij geen zeggenschap heeft over de leiding van de praktijk; - hij geen ondernemersrisico van betekenis loopt (denk aan debiteurenrisico); - hem een concurrentiebeding is opgelegd. Ik zie hiermee toch aanrakingspunten en ben van mening dat het erg moeilijk wordt fiscaal te kwalificeren als ondernemer.

Even een vraag. Uit je verhaal begrijp ik dat je niet in Nederland woont en ook geen inkomen hebt in Nederland. Wie betaalt de ontslaguitkering?

Als alles in de VOF zit dan heb je bij inbreng een aantal mogelijkheden, te weten: 1.Er worden drie personal holding BV’s opgericht (vader en twee zonen) met daaronder: a. Eén werkmaatschappij BV waarin de onderneming en het onroerend goed zit; b. Eén werkmaatschappij BV met daarnaast een onroerend goed BV; c. Eén onroerend goed BV die voor 100% participeert in een werkmaatschappij BV 2. Er wordt één holding BV opgericht die vervolgens kan kiezen uit te drie hierboven genoemde mogelijkheden bij sub a t/m c In de praktijk wordt vaak gekozen voor mogelijkheid 1 sub c. Deze structuur kan zonder directe heffing aan inkomsten- en overdrachtbelasting worden gerealiseerd (alle andere overigens ook). Het voordeel van deze structuur is dat de werkmaatschappij BV in de toekomst ondergebruikmaking van de deelnemingsvrijstelling ‘belastingvrij’ kan worden verkocht en na verkoop de drie ondernemers via hun BV participeren in de onroerend goed BV van waaruit het onroerend goed wordt verhuurd. Iedere ondernemer kan vanuit zijn eigen personal holding BV zelf kiezen wat hij wil doen met zijn salaris, auto, pensioen en dividenduitkeringen. Deze structuur maakt het erg flexibel. Wel heb je te maken met hogere accountantskosten, tenslotte praat je nu over een VOF en straks in eerste instantie over vijf BV. Maar dat kan opwegen tegen het belastingvoordeel dat je kunt genieten. Groet, René

Toch even een vraag. Zit het onroerend goed in de VOF waar ok de twee zoons in meeparticiperen of heb je het onroerend goed als buitenvennootschappelijke en wordt het vanuit die positie verhuurd aan de VOF?

Steve, Als je geen werkzaamheden uitvoert voor de BV kan er ook geen beloning tegenoverstaan. Er is dan immers ook geen rechtsgrond op basis waarvan een beloning zou moeten worden uitgekeerd. Je bent dan slechts investeerder. Ik zou me overigens dan ook niet laten aanstellen als directeur van de BV. Dit in verband met mogelijke (bestuurders)aansprakelijkheid mocht het misgaan. Bij 20 aandeelhouders moet er ook werk zijn voor 20 aandeelhouders. Als er niet gewerkt wordt kan er ook geen beloning tegenoverstaan. Je kunt dus gerust een aandeelhouder zijn in een BV zonder dat je wordt geconfronteerd met het gebruikelijk loon. Er is dus een onderscheidt tussen een aandeelhouder/investeerder en een aandeelhouder/directeur. Alleen in het laatste geval kun je in aanraking komen met de gebruikelijk loonregeling Hoop dat het hiermee duidelijk is voor je. Groet, René

Of iets moet worden aangevuld is in de praktijk geheel afhankelijk van de vof-akte (die hier niet aanwezig is). Er is nu niets vastgelegd dus in principe hoeft het negatieve kapitaal niet te worden aangevuld. In de praktijk zie je dat vennoten afspraken maken over een minimumkapitaal dat ze in de vof moeten aanhouden en een rentevergoeding over het kapitaal. Nu er niets is afgesproken is er geen verplichting tot ‘bijstorten’ Groet, Rene

Je hoeft niet perse de VOF in te brengen in een BV. Bij een VOF zijn er ook speciale faciliteiten die het mogelijk maken de VOF geruisloos door te schuiven naar de twee zonen. Wel moet je dan aan een aantal voorwaarden voldoen. Eén van de belangrijkste is dat je zonen minimaal 36 maanden medeondernemer zijn geweest. Bij het inbrengen in een BV zul je ter dege goed moeten kijken of het los van een aanstaande bedrijfsoverdracht het fiscaal voordelig is om de onderneming via de BV uit te oefenen. Groet, René

Nee, Het is wat ze noemen een balanspost en loopt geheel buiten de winst en verlies rekening om. De doet er goed aan eerst de winst- en verliesrekening op te stellen. Als dat per saldo € 155 aan winst laat zien en de beginkapitaal was € 0 dan moet de eindkapitaal € 155 zijn. Vervolgens moet je aan de hand van je bezittingen en schulden op de balans eveneens uitkomen op een bedrag van €155.

Beste Syl, Als de balans er zo uitziet is er inderdaad een winst van € 155. Dit bedrag is echter samengesteld uit de omzet minus de kosten. Bijvoorbeeld € 1.000 omzet (excl. BTW) minus € 845 (excl. BTW) aan kosten. Per saldo kom je dan uit op een resultaat van € 155. Dat de 'bezittingen' van de eenmanszaak bestaan uit een saldo op de bank en bijvoorbeeld een vordering aan BTW staat er geheel los van. Dat zegt niets over de samenstelling van de winst. Groet, René

Syl, De totaaljournaalpost voor de BTW is: voorbelasting (BTW) € 720 aan te betalen BTW € 665 nog te vorderen BTW € 55 Bank € 55 aan nog te vorderen BTW € 55 Per saldo lopen de BTW-grootboekrekeningen dan 'glad'. Ik denk dat je vastloopt omdat de boekingen die je nu maakt of gedurende het jaar hebt gemaakt niet helmaal goed zijn gegaan. Daardoor blijf je misschien met een verschil zitten dat je nu via de winst- en verliesrekening wilt wegboeken. Groet. René

Simon, Tussen een BV en haar enig aandeelhouder plegen nauwe en diverse rechtsbetrekkingen te bestaan. Het is raadzaam deze in een schriftelijke overeenkomst vast te leggen, art. 2: 247 BW. Dit geldt voor de arbeidsverhouding, pensioenrechten, onderlinge geldleningen, borgstellingen, enzovoort. Indien dit achterwege is gebleven kan de curator bij faillissement de rechtshandeling in het belang van de vennootschap vernietigen. Houd er rekening mee dat een curator in een faillissement van een BV de loonbetaling aan de dga als onverschuldigd betaald terug zal vorderen vanwege het ontbreken van een schriftelijke arbeidsovereenkomst. Hierbij moet worden bedacht dat notulen van de ava onvoldoende basis vormen voor het ontstaan van een rechtsverhouding, omdat hierbij de noodzakelijke aanvaarding door de werknemer (directeur) ontbreekt. Het betreft geen overeenkomst.

Je ben niet verplicht een zakelijke bankrekening te openen. Alles wat je voor de zaak via de prive-rekening betaald wordt boekhoudkundig als een privestorting in de zaak gezien. Als je bijvoorbeeld € 250 aan kosten maakt en je betaalt dit via de prive-rekening, doe je vanuit prive een storting van € 250 in de zaak.

Syl, De voorbelasting is geen winst. Als ondernemer heb je recht op een teruggaaf van de BTW die aan jou in rekening is gebracht. Voorbeeld aankoop van kantoorkosten: Kantoorkosten € 100 BTW € 19 aan Bank € 119 Vervolgens krijg je de BTW terug bij het indienen van de aangifte: Bank € 19 aan BTW € 19 Per saldo betaal je netto € 100 voor de kantoorkosten. Het bovenstaande is alleen anders als je gebruik kunt maken van de kleine ondernemersregeling. Het doel van de KOR is ondernemers met een relatief lage toegevoegde waarde te ontzien voor de heffing van BTW. Om voor deze faciliteit in aanmerking te komen, moet de ondernemer een boekhouding voeren en facturen uitreiken. De regeling geldt voor Nederlandse natuurlijke personen wier verschuldigde belasting, zonder toepassing van de regeling, na de aftrek van voorbelasting, per kalenderjaar niet meer bedraagt dan € 1.883. De KOR is niet afhankelijk van de omzet. Ook de iets grotere ondernemingen kunnen de KOR toepassen. Als je gebruikt maakt van de KOR, moet je het voordeel (feitelijk de BTW die je niet hoeft af te dragen) dat je daarmee geniet wel verantwoorden in de winst- en verliesrekening.

Margot, Je kunt gerust een modelovereenkomst van de belastingdienst gebruiken. Ze hebben er twee op hun internetsite staan, een overeenkomst waarbij de uitkering direct ingaat en één waarbij de uitkering pas op een later tijdstip ingaat (bijvoorbeeld vanaf je 65ste). Uit je reactie begrijp ik dat jij in de veronderstelling verkeerde dat je het bedrag in één keer zou kunnen genieten. Dat is niet mogelijk, het moet gaan om een periodieke uitkering, anders voldoe je niet aan de voorwaarden en kun je het bedrag van je ontslaguitkering niet onderbrengen in een Stamrecht-BV. De termijnen uit een stamrecht hoeven, anders dan bij een lijfrente, niet vast en gelijkmatig te zijn. Het is niet bezwaarlijk als bij het ingaan van de termijnen wordt bepaald dat de termijnen wijzigen op basis van te verwachten sociale uitkeringen. Deze wijziging van de termijnen dient bij het ingaan van de termijnen in een vast bedrag te zijn vastgesteld (zie hiervoor MvF 8 september 2008, nr. CPP2008/1727M). Het is evenmin een bezwaar om de uitkeringen te laten stoppen als je bijvoorbeeld weer werk hebt gevonden. Je moet het dan zo regelen dat de ingegane periodieke uitkering wordt verruild voor een uitgestelde. Zorg er voor dat ook de nieuwe periodieke uitkering aan de voorwaarden voldoet. Een andere methode om de gewenste variabilisatie te bereiken, is om met verschillende periodieke uitkeringen te werken, bijvoorbeeld een direct ingaande en een uitgestelde. Als je het goed wilt inkleden adviseer ik je overleg te plegen met je belastingadviseur/accountant. Dit is echt een te moeilijke materie om het zelf te regelen in een overeenkomst en als je het niet goed doet moet je direct met de belastingdienst afrekenen

Bij mij werkt het. Ik heb eerst via internet explorer mij aangemeld voor de rss feeds en vervolgens wordt er onder de favorieten een link Higherlevel.nl aangemaakt in de Feeds-map. Gelijktijdig (vraag me niet hoe) is er ook een submap aangemaakt in Outlook in de map RSS-kanalen en nu komt het goed binnen.

Even een simpele vraag, wat is de link die ik moet inkopieren in Outlook 2007 voor de RSS berichten van Higher Level?

Kijk in het volgende besluit. MvF 1 december 2008, nr. CPP2008/520M, punt 15.4. Daar staat een toelichting hoe je moet omgaan met leningen die rechtstreeks zijn aangegaan i.v.m. ter beschikkingstelling. http://www.minfin.nl/Actueel/Besluiten_beleidsregels/2008/12/Inkomstenbelasting_Resultaat_uit_overige_werkzaamheden

Voor het gebruikelijk loon gelden in principe de volgende spelregels Het "gebruikelijk loon" bedraagt € 40.000 (2009, 2008), € 39.000 (2007, 2006). Vindt een DGA dat het zakelijk te achten salaris in zijn situatie lager is, dan dient hij dat aannemelijk te maken. Slaagt hij daar in, dan wordt het salaris gesteld op hetgeen in het economische verkeer gebruikelijk is. De inspecteur kan echter van zijn kant proberen aannemelijk te maken dat een zakelijk salaris hoger ligt dan de norm van € 40.000. Het salaris van de dga wordt in principe niet lager vastgesteld dat het hoogste loon van de overige werknemers. Mocht dit te hoog uitvallen, dan wordt het loon vastgesteld op een zodanig bedrag dat het niet meer in belangrijke mate afwijkt van hetgeen gebruikelijk is, doch niet lager dan het WAZ-limietinkomen. Het salaris van de meestverdienende werknemer kan hoger liggen dan dat van de dga als de eerstgenoemde over uiterst schaarse, hoogwaardige deskundigheid beschikt. Dat de BV verlies lijdt is op zich geen reden de beloning te matigen. In een geval waarin het geëxploiteerde hotel lange tijd gesloten was geweest en de BV verlies had geleden, werd beperking van het salaris afgewezen. Bij een onderneming in de opbouwfase is het lijden van verlies niet ongewoon. Verlaging zou wel gerechtvaardigd kunnen zijn als zij direct voortvloeit uit het waarborgen van de continuïteit van de onderneming Er moet in dat geval sprake zijn van structurele verliesgevendheid. Het simpelweg achterwege laten van het salaris met als reden dat de onderneming in een opbouwfase zit is mijns inziens niet een valide argument. Je zult dus een zakelijk salaris moeten bepalen. Dat kan meer bedragen dan de € 39.000 als de inspecteur dit aannemelijk kan maken.

Als je de onderneming staakt valt de FOR verplicht vrij. Je kunt er dan voor kiezen daarvoor een lijfrente te bedingen, maar ik begrijp dat je dat niet wilt. Het probleem zit meer in het gegeven dat je voor één jaar wilt staken. Dat zul je richting de fiscus wel goed moeten inkleden. Daarbij moet je denken aan uitschrijving bij de Kamer van Koophandel, overhevelen activa en passiva naar privé etc. Wel is het zo dat als jij eind 2009 staakt je de vrijval van de FOR ook in 2009 moet aangeven. Je zult het stakingsmoment dus begin 2010 moeten plannen (bijvoorbeeld half of eind januari). Fiscaal is er op zich geen probleem; staak je dan moet de FOR vrijvallen. Omdat je dit tijdelijk wilt doen zul je het wel goed moeten inkleden en dus ook daadwerkelijk de onderneming staken.