Lex van Roode

Bij werkwijze zoals door mij beschreven, gebeurt dat ook niet: • Bij 1. wordt geen BTW gebroekt • Bij 2. wordt het BTW-bedrag van DHL geboekt

Misschien is de term "correctieboekingen" hier niet helemaal op zijn plaats. Die gebruik je doorgaans als je eerst iets "fout" hebt geboekt en dat later weer herstelt. In dit geval kun je de facturen in één keer goed boeken. Om e.e.a. later goed te kunnen terugvinden zou je in de omschrijving van de boekingen (of op de factuur zelf) een verwijzing naar de "andere" factuur kunnen op nemen, bijvoorbeeld: "zie DHL-factuur dd. xx-xx-xxxx" en andersom. Mogelijk sturen sommige vervoerders verzamelfacturen, zodat die relatie niet meer exact één op één is. In een administratie worden wel vaker dit soort toelichtingen opgenomen, zoals bij bankbetalingen (in één bedrag) van meerdere facturen of bij verrekeningen van inkoop-, verkoop- en/of creditfacturen.

Bij de import van goederen van buiten de EU zijn er 2 manieren om daar BTW over te betalen: 1. Bij de douane: dat wordt doorgaans door de vervoerder (DHL, Fedex, TNT) gedaan en weer doorberekend 2. Via je BTW-aangifte: dat mag alleen wanneer je een vergunning artikel 23 hebt Jij lijkt nu (deels) beide te willen doen. Je kunt het als volgt verwerken: 1. Boek de aankoop zonder BTW (andere BTW-code) 2. Boek de betaalde BTW (€ 48,72) als voorbelasting op een aparte grootboekrekening (bij jou zo mogelijk 1662) Wanneer je niet rechtstreeks op een BTW-rekening kunt of wilt boeken, moet je hiervoor een andere (niet-BTW) rekening toevoegen. Waarschijnlijk moet je bij de BTW-aangifte dan wel het bedrag op die rekening handmatig bij de voorbelasting tellen. Misschien heeft Visma hier een elegantere oplossing voor?

Mogelijk bestaat er van mijn kant onbegrip over het woord "liquiditeitsvoordeel", waarvoor dan mijn excuses. Uiteraard is er een hogere liquiditeit, maar wanneer die niet wordt gebruikt, zie ik daar het voordeel niet van. Ik zie wel als nadeel extra belastingheffingen: hogere premieheffing en vermogensrendementsheffing. Ik noemde in de betreffende alinea's mijn eigen beweegredenen, voor TS (en anderen) gelden wellicht andere.

Ik kan uiteraard niet voor TS spreken. Bij mij is er dit jaar nog geen sprake van een verlaagd (gemiddeld) tarief, omdat ik (als alles goed gaat) pas vanaf augustus 2017 AOW ga ontvangen. Daarnaast zie ik voor mijzelf geen "liquiditeitsvoordeel". Aangezien ik op dit moment geen concreet bestedingsdoel voor dit pensioen heb, zou dat dan op een spaarrekening worden geparkeerd, waarover ik vervolgens weer 1,2% vermogensrendementsheffing zou gaan betalen. Er lijkt mij dan eerder sprake van liquiditeitsnadeel. Ik heb ervoor gekozen om de pensioenuitkeringen later te laten ingaan, misschien zelfs pas in 2018. Vanaf dat jaar wordt ook mijn zelfstandigenaftrek gehalveerd, dus zou extra inkomen voor mij op dat moment zinvoller zijn dan nu. Soms kan extra inkomen en/of extra vermogen zelfs nadelige gevolgen hebben voor eventuele toeslagen. In kan me wel voorstellen dat een eerdere uitkering de voorkeur heeft zijn wanneer met dat extra inkomen leningen eerder kunnen worden afgelost of op korte termijn een hoger besteedbaar bedrag gewenst is. Voor een (latere) aanvulling op mijn inkomen heb ik nog een aantal lijfrentes beschikbaar. Hierbij heb je meer mogelijkheden om de ingangsdatum en tijdsduur van de uitkeringen te kiezen.

Ik heb pas mijn Zwitserleven-gevoel voor een jaar uitgesteld. Daarbij heb ik de onderstaande verklaring gebruikt en zelf ondertekend. Daaruit begrijp ik dat ook voor zelfstandig ondernemers uitstel is toegestaan. Wellicht verschilt dit (ook binnen Zwitserleven) per soort polis. Inmiddels heb ik een bevestiging van dit uitstel ontvangen en een opgave van de nieuwe (verhoogde) maandbedragen. Doorwerkverklaring.pdf

Dat scheelt (in 2016) 17,9% (de premie AOW). Zie Aangepast tarief: "Op het moment dat u de AOW-leeftijd bereikt, betaalt u geen premie meer voor de AOW." Wanneer je de AOW-leeftijd na januari bereikt, is het doorgaans voordeliger om de ingangsdatum van je pensioen (minstens) uit te stellen tot 1 januari van het volgende jaar. Strikt genomen wordt niet de belasting verlaagd, maar de premie volksverzekeringen. Zowel de aangiftes als de aanslagen zijn echter samengevoegd met die voor de inkomstenbelasting.

In het voorbeeld van Norbert heb je mogelijk wel nog in 2016 recht op Investeringsaftrek. Die zou dan zijn: 28% van € 12.000 = € 3.360. Overigens heb ook ik te maken met stille tijden, met name november en december. Jarenlang heb ik die tijd mede gevuld met het bezorgen van Sinterklaas- en Kerstpakketten.

Beste Hovenier, Zeker als je dat geld (mogelijk) voor investeringen wilt gebruiken, kun je dat binnen je bedrijf houden (bijvoorbeeld op en zakelijke spaarrekening). Dat bedrag telt dan niet mee voor het spaargeld waarover je (in box 3) belasting betaalt. Dat had jouw boekhouder je eigenlijk ook wel moeten kunnen vertellen. Edit: Norbert was me al vóór.

Heb je bij de invoer van de auto vanuit de VS BTW betaald? Of is de auto door iemand anders uit de VS gehaald? Als je BTW hebt betaald, dan is het geen marge-auto. Als het wel een marge-auto is, is het niet de bedoeling dat de inkoop van de auto uit de boekhouding wordt verwijderd, maar dat de betreffende inkoop wordt gewijzigd van "marge-inkoop" in "normale inkoop" (zonder verrekenbare BTW). Een soortgelijke correctie moet ook worden aangebracht bij een auto die aanvankelijk als marge-auto is gekocht, maar met BTW wordt verkocht of wordt geëxporteerd naar een land buiten de EU. Daarbij wijzigen de (soms al eerder aangegeven) marge en het daaruit berekende BTW-bedrag. Vervolgens wordt de auto (zonder BTW) "verkocht" aan privé. Als dat gebeurt tegen de waarde in het economisch verkeer, zal er daarbij doorgaans een winst worden gerealiseerd.

Vroeger stond er op de website van de belastingdienst een uitgebreide toelichting op de margeregeling. Deze is in grote lijnen nog steeds van toepassing. Ik heb hem gelukkig bewaard: zie hieronder. Ook als je de margeregeling gebruikt, kun je gebruik maken van de Kleine ondernemersregeling. BTW-bij-handel-in-gebruikte-goederen.pdf

Voor de bijtelling is de etikettering van auto (zakelijk of privé) bepalend. Dit kan voor de inkomstenbelasting en omzetbelasting verschillend zijn. Deze keuze is later slechts in uitzonderingssituaties te wijzigen. Een lage omzet is daarvoor doorgaans geen geldige reden. Wanneer de auto voor de inkomstenbelasting als zakelijk is geëtiketteerd, zijn de leasebedragen (bij financial lease: deels) zakelijke kosten. Door wie, wanneer en óf de lease-facturen worden betaald maakt voor de kosten en bijtelling niet uit. Uiteraard moeten de facturen, betalingen en privéstortingen wel in de administratie worden opgenomen. Eén troost: als er weinig of geen omzet is, zal de bijtelling ook resulteren in weinig of geen extra inkomstenbelasting en bijdrage zorgverzekeringswet over het bedrag van de bijtelling.

Excuus, ik was niet helemaal duidelijk. Zolang het import en export binnen de EU betreft, gelden de marge-regels. Alleen bij handel buiten de EU, gelden de "normale" BTW-regels.

1. Bij een negatieve marge vul je in de BTW-aangifte bij vraag 1a/1b meestal niets in (leeg laten). Zie punt 3.4 in de toelichting voor eventuele verrekening met andere kwartalen van hetzelfde jaar. 2. Bij de BTW-aangifte gebruik je alleen 1a/1b en 5b. Als je een auto van de zaak ook privé gebruikt: bij het 4e kwartaal ook 1e. Als je gebruik kunt maken van de Kleine ondernemersregeling ook 5c. Hierbij ga ik er van uit dat je geen auto's importeert of exporteert.

Voor de BTW hoef je een inkoopfactuur sowieso nooit te splitsen. Daarbij is de factuurdatum altijd bepalend voor de periode van BTW-aftrek. Voor de inkomstenbelasting is er alleen aanleiding voor een eventuele splitsing als er op één factuur kosten van verschillende jaren zouden staan. Als dit om een paar dubbeltjes gaat, zou ik me er niet druk om maken.

Het lijkt mij ook beter (zo niet verplicht) om inkopen en verkopen gescheiden te houden. Als je een normale administratie bijhoudt, heeft het Kasstelsel alleen betrekking op de verkopen. Voor de inkopen geldt dan altijd het factuurstelsel. "Kasstelsel: BTW aftrekken Uw leveranciers brengen u BTW in rekening voor uw inkopen, kosten en investeringen. Deze BTW trekt u af op uw BTW-aangifte. U doet dat in het aangiftetijdvak waarin u de factuur krijgt." Veel PSP's (bijvoorbeeld Mollie) sturen na afloop van elke maand een factuur voor alle in rekening gebrachte kosten. De factuurdatum (en daarmee de BTW-aftrek) van de PSP-kosten kan dan in een ander BTW-tijdvak vallen dan de betaling of inhouding van deze kosten.

Beste 1612, Veel zaken gaan inderdaad al goed, maar nog niet alles. In de BTW-aangifte moet je de omzet en BTW binnen de margeregeling invullen bij de vragen 1a en/of 1b, samen met eventuele "normale" omzet en BTW. Als "omzet" gebruik je dan het marge-bedrag exclusief BTW. Met de bedragen van marge-inkopen en marge-verkopen doe je in de BTW-aangifte niets. Bij een negatieve marge doe je in principe niets. Je kunt deze wel verrekenen met positieve marges in andere tijdvakken van hetzelfde jaar. In jouw voorbeeld doe je dus in het 1e kwartaal niets met de marge-inkopen en -verkopen. In het 2e kwartaal verreken je de positieve marge van het 2e kwartaal met de negatieve marge van het 1e kwartaal (dat heb je ook gedaan). Als marge-"omzet" gebruik je in de BTW-aangifte: € 5.000 / 1,21 = € 4.132. De BTW daarover is € 867 (je mag in je eigen voordeel afronden). Hetzelfde doe je met de overige kwartalen in 2016. Zo nodig bekijk je daarbij de kwartalen 1 t/m 3 respectievelijk de kwartalen 1 t/m 4. Als je over het hele jaar 2016 genomen, een negatieve marge hebt, kun je bij de belastingdienst een beschikking vragen om die negatieve marge te mogen meenemen naar 2017. Bij vraag 4b vul je qua Nederlandse marge-inkopen en -verkopen niets in. Die vraag is voor de inkoop van goederen en diensten uit landen buiten Nederland, maar binnen de EU. De voorbelasting (op niet-marge inkopen) komt inderdaad bij vraag 5b. Vroeger stond er op de website van de belastingdienst een uitgebreide toelichting op de margeregeling. Deze is in grote lijnen nog steeds van toepassing. Ik heb hem gelukkig bewaard: zie hieronder. Margeregeling.pdf

Op het Forum Fiscaal Dienstverleners werd een hieraan verwante vraag gesteld. De redactie gaf daar vanmiddag als antwoord: "De verschuldigde BTW bij margegoederen wordt berekend over het verschil tussen de verkoopprijs (inclusief de portokosten) en de inkoopprijs, dit is de winstmarge. Als er BTW op de portokosten is vermeld dan kan deze bij de voorbelasting worden afgetrokken. De winstmarge moet vervolgens vermenigvuldigd worden met 6/106 (voor de levering van 6%-goederen) of 21/121 (voor de levering van 21%-goederen)."

Naast de doeltreffende service van Mmint kun je hierbij denken aan: • Willekeurig afschrijven (voor starters) • Investeren, liefst met investeringsaftrek • Toevoegen aan de Oudedagsreserve (voorheen FOR) Deze acties hebben ook gevolgen voor toekomstige jaren. Houd hier dus wel rekening mee.

Als je totale inkomen € 1.500 bedraagt (of circa € 1.800 vanwege de KOR), betaal je geen inkomstenbelasting: het belastingbedrag is lager dan de algemene heffingskorting. Wel betaal je een Bijdrage Zorgverzekeringswet: in 2016 is dat 5,5% van je (belastbare) winst.

En inclusief BTW.

Inmiddels was Ron me al vóór . . . Ad.1. Bij een af te dragen BTW-bedrag tussen € 1.345 en € 1.883 mag je een deel daarvan houden. Soms zijn de rekenregels wat ingewikkelder, bijvoorbeeld bij import/export, verlegde BTW en vrijgestelde prestaties. Als je verwacht dat je steeds onder de KOR-grens van € 1.345 zult blijven, kun je Ontheffing administratieve verplichtingen aanvragen. Dan vermeld je geen BTW meer op je facturen, maar kun je ook geen BTW meer verrekenen. Je hoeft dan ook geen BTW-aangiftes meer te doen.

Beste Guido, SPD is inderdaad aan prima opleiding. In een grijs verleden (1975-1978) heb ik die ook gevolgd, nog zonder modules, zonder rekenmachine en zonder enige verwijzing naar computers. Ook de BTW kwam nog niet in de (wat verouderde) lesstof voor. Sindsdien is er heel wat veranderd. Bij bepaalde vooropleidingen gelden vrijstellingen voor één of meer modules. Wellicht kun jij daar ook je voordeel mee doen.

In dat geval zouden er heel wat leveranciers in overtreding zijn. Zetten ze bij Albert Heijn jouw volledige adres op de kassabon?

De BTW die je betaalt bij import, tel je op bij de voorbelasting. Verder doe je op de BTW-aangifte niets met deze inkopen. Afhandeling en invoerrechten zijn (inkoop)kosten. Je kunt in Excel voor inkopen en verkopen het beste aparte tabbladen gebruiken. Aan facturen voor particulieren worden weinig eisen gesteld. Het is handiger om hierbij toch een factuurnummer te gebruiken. Dat helpt vaak ook bij het koppelen van een betaling aan een bestelling. Let op dat er ook kosten zijn zonder BTW, zoals bankkosten, porto en verzekeringen. Die heb je voor de BTW-aangifte niet nodig, maar later wel voor de aangifte inkomstenbelasting.