Voor een stelselwijziging, zoals een overgang naar een commerciële jaarrekening op basis van actuele waarde zou zijn, heb je een gegronde reden nodig. Een beter beeld scheppen voor crediteuren zal daar niet toe behoren. Het schijnt echter pleitbaar te zijn om ook binnen het historische kostenstelsel een incidentele herwaardering toe te passen als er een sterke afwijking is tussen de boekwaarde op basis van historische kostprijs en de actuele waarde. Dit is me bekend uit pagina 144 van het (gratis online te vinden) Handboek Externe Verslaggeving 2016 van Deloitte*, maar de verdere achtergronden ken ik zelf ook niet. Of het verstandig is er als leek in te duiken is zeer de vraag, maar meer info zou je in principe in dat handboek kunnen vinden.
Aangezien ik niets van de incidentele herwaardering weet, weet ik ook niet in hoeverre het volgende iets met het voorgaande te maken heeft, maar onlangs heb ik begrepen dat de regels omtrent actuele waarde (iets met actuele kostprijs) tegenwoordig zodanig complex zijn dat op een accountantscursus werd geadviseerd om af te stappen van het gebruik van actuele waarde.
Oh ja, latente belasting hoef je niet gelijk te betalen. Daarom heet het ook latente belasting. ;) Met het tonen van latente belasting laat je slechts zien dat je in de toekomst meer belasting verschuldigd bent dan op basis van je commerciële cijfers zou kunnen worden verondersteld, omdat de fiscale boekwaarde van je pand (nog steeds op basis van historische kosten) lager is dan de commerciële boekwaarde, waardoor je fiscaal minder afschrijvingspotentieel hebt dan commercieel.
(Overigens hoef je een voorziening voor latente belasting niet per sé contant te maken. Niet doen is eenvoudiger, maar maakt de voorziening wel weer hoger.)
* Voor alle duidelijkheid, om mod-ingrijpen te voorkomen: ik ben op geen enkele wijze gelieerd aan Deloitte.