ExTax!

Legend
  • Aantal berichten

    749
  • Registratiedatum

  • Laatst bezocht

Alles dat geplaatst werd door ExTax!

  1. LJN: AZ8791, Centrale Raad van Beroep , 06/1257 ALGEM Print uitspraak Datum uitspraak: 15-02-2007 Datum publicatie: 19-02-2007 Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Privaatrechtelijke dienstbetrekking. Managementovereenkomst. Uitspraak 06/1257 ALGEM Centrale Raad van Beroep Enkelvoudige kamer U I T S P R A A K op het hoger beroep van: [appellante], gevestigd te [vestigingsplaats] (hierna: appellante), tegen de uitspraak van de rechtbank Zutphen van 12 januari 2006, 04/47 (hierna: aangevallen uitspraak), in het geding tussen appellante en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv). Datum uitspraak: 15 februari 2007. I. PROCESVERLOOP Namens appellante heeft mr. J.J.M. van Lint, advocaat te Sassenheim, hoger beroep ingesteld. Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 4 januari 2007, waar appellante zich heeft laten vertegenwoordigen door mr. Van Lint, voornoemd. Het Uwv heeft zich - met voorafgaand bericht - niet laten vertegenwoordigen. II. OVERWEGINGEN Appellante heeft ten doel te voorzien in de stoffelijke belangen van haar leden, door in het kader van haar onderneming op het gebied van harde vloerbedekking in het algemeen en parket in het bijzonder, overeenkomsten, anders dan van verzekering, met hen te sluiten. Naar aanleiding van een van de kant van het Uwv gehouden looncontrole op 5 juli 2002 zijn aan appellante correctienota?s van 14 mei 2003 en boetenota?s van 20 mei 2003 uitgereikt, welke na bezwaar bij besluit van 28 november 2003 zijn gehandhaafd. Aan de bij het bestreden besluit gehandhaafde correctienota?s ligt het standpunt van het Uwv ten grondslag dat uit de looncontrole is gebleken dat appellante betalingen heeft gedaan aan [de besloten vennootschap] voor werkzaamheden die zijn verricht door de directeur enig aandeelhouder van deze vennootschap, te weten [directeur/aandeelhouder van de b.v.] (hierna: [betrokkene]) in de periode 1 januari 1997 tot en met 2002. Deze betalingen zijn niet in de loonadministratie verantwoord. In de zienswijze van het Uwv heeft [betrokkene] bij appellante verzekeringsplichtige arbeid verricht op grond van het bepaalde in artikel 3 van de sociale werknemersverzekeringswetten. Het Uwv heeft daarbij overwogen dat alle voor een dienstbetrekking vereiste elementen, zijnde de verplichting tot persoonlijke dienstverrichting, de verplichting tot loonbetaling en de gezagsverhouding, aanwezig worden geacht. Bij de oplegging van de boetenota?s is het Uwv uitgegaan van opzet en/of grove schuld. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep tegen het besluit van 28 november 2003 ongegrond verklaard. Partijen zijn allereerst verdeeld over de beantwoording van de vraag of [betrokkene] als directeur en enig aandeelhouder van [de besloten vennootschap] vanaf 1 januari 1997 in dienst van appellante werkzaam is geweest. Tussen appellante en [de besloten vennootschap] is een managementovereenkomst gesloten, waarin onder meer is bepaald dat [betrokkene] namens [de besloten vennootschap] de voorzittersfunctie en de daaruit voortvloeiende (management)taken van het bestuur van de co?peratie zal verrichten tegen een basis-managementvergoeding van f 72.000,-- per jaar. Namens appellante is onder meer het volgende naar voren gebracht. Het Uwv en de rechtbank zijn ten onrechte voorbijgegaan aan de bestaande rechtsverhouding tussen partijen, namelijk die van een overeenkomst van opdracht. Daarbij is ten onrechte voorbijgegaan aan de wil van partijen, die krachtens het verbintenissenrecht en de jurisprudentie van de Hoge Raad doorslaggevend is, indien in een rechtsverhouding elementen aanwezig zijn van meer typen overeenkomsten. Partijen hebben nimmer bedoeld dat er een privaatrechtelijke dienstbetrekking tot stand zou komen. Bovendien is het sluiten van een arbeidsovereenkomst met een rechtspersoon niet mogelijk. Voor zover er nog ?berhaupt wordt toegekomen aan de vraag of wordt voldaan aan de elementen van een arbeidsovereenkomst, wordt uitdrukkelijk het bestaan van een gezagsverhouding bestreden. Ten slotte wordt namens appellante herhaald het standpunt dat ten onrechte een boete is opgelegd, nu er sprake is van een pleitbaar standpunt. Met betrekking tot het voorgaande overweegt de Raad in de eerste plaats dat de omstandigheid dat sprake is van een managementovereenkomst, die is gesloten tussen besloten vennootschappen, niet er aan in de weg staat om een arbeidsovereenkomst aanwezig te achten, indien de feiten en omstandigheden van het desbetreffende geval duidelijk wijzen op het bestaan van een zodanige overeenkomst. De Raad is, evenals de rechtbank, van oordeel dat voor [betrokkene] de verplichting gold de in de voormelde managementovereenkomst omschreven werkzaamheden persoonlijk te verrichten en dat gezien de aard en de hoogte van de vergoeding, vastgelegd in artikel 3 van de managementovereenkomst, het hier gaat om een relevante beloning als tegenprestatie voor verrichte arbeid. Voorts is de Raad van oordeel dat sprake was van een gezagsverhouding tussen [betrokkene] en appellante. Daartoe wordt het volgende overwogen. Tussen appellante en [de besloten vennootschap] is een managementovereenkomst gesloten waarin is bepaald dat [de besloten vennootschap] en daarmee haar directeur/enig aandeelhouder [betrokkene] met ingang van 1 januari 1997 de functie van voorzitter van het bestuur van de co?peratie en de daaruit voortvloeiende (management)taken zal verrichten, zulks met strikte inachtneming van hetgeen onder meer in de statuten van de co?peratie is bepaald en wordt voorgeschreven. Gelet op deze statutaire bepalingen en in het bijzonder artikel 14, stelt de Raad vast dat [betrokkene] onder (direct) gezag van de Algemene Vergadering (AV) staat, gegeven de mogelijkheid van ontslag door de AV buiten zijn wil. Aan het bestaan van een gezagsverhouding wordt niet afgedaan door de omstandigheid dat er sprake zou zijn van een grote mate van zelfstandigheid van [betrokkene] als voorzitter van de co?peratie, aangezien dat inherent is aan de positie van een voorzitter. Bovendien stelt de Raad vast dat in deze zaak gelet op artikel 15 van de statuten er geen grote mate van zelfstandig-heid bestaat voor het bestuur. Met betrekking tot het sluiten van overeenkomsten tot kopen, verkopen, vervreemden of bezwaren van onroerende zaken of andere registergoederen, tot het sluiten van geldleningen dan wel het aangaan van collectieve arbeidsovereenkomsten ten behoeve van haar leden heeft het bestuur hiervoor de toestemming van de AV nodig. Daaraan doet niet af dat [betrokkene] ook opdrachten van anderen uitvoert, een particuliere arbeidsongeschiktheidsverzekering heeft gesloten dan wel met ingang van 1 januari 2001 een huurovereenkomst heeft gesloten met appellante. Naar aanleiding van de namens appellante geponeerde stelling omtrent het in het onderhavige geval aan de orde zijnde toetsingskader wijst de Raad erop dat het hier gaat om de beantwoording van de vraag naar de verzekeringsplichtige arbeidsrelatie tussen [betrokkene] en appellante, in de zin van de sociale werknemersverzekeringswetten. Ingevolge artikel 3, eerste lid, van deze wetten is de natuurlijke persoon, jonger dan 65 jaar, die in een privaatrechtelijke dienstbetrekking staat, werknemer ingevolge de sociale werknemersverzekeringswetten. Ingevolge artikel 7:610 van het Burgerlijk Wetboek (BW) is sprake van een privaatrechtelijke dienstbetrekking indien de elementen verplichting tot persoonlijke dienstverrichting, verplichting tot loondoorbetaling en gezagsverhouding aanwezig zijn, zoals in casu het geval is. Hoewel deze kenmerken van een arbeidsovereenkomst bepalend zijn voor het bestaan van verzekeringsplicht, kan hieruit verder geen oordeel worden gegeven omtrent de arbeidsrechtelijke positie tussen [betrokkene] en appellante. Ten slotte merkt de Raad nog op dat van een overeenkomst tot opdracht, zoals namens appellante wordt betoogd, blijkens de titel van de gesloten overeenkomst als ?managementovereenkomst?, en meer in het bijzonder blijkens de inhoud van de managementovereenkomst in het onderhavige geval naar het oordeel van de Raad geen sprake is. Derhalve heeft het Uwv terecht appellante als werkgever aangemerkt en terecht de over de hier in geding zijn periodes correctienota?s opgelegd. Met betrekking tot de bij besluit van 28 november 2003 gehandhaafde boetenota?s over de jaren 1998 tot en met 2002 stelt de Raad vast dat appellante ten aanzien van [betrokkene] niet heeft voldaan aan de voor haar op grond van artikel 10, tweede lid, van de Co?rdinatiewet Sociale Verzekering geldende verplichting, zodat het Uwv gehouden was een boete op te leggen. De stelling van appellante dat er in het onderhavige geval geen sprake is van opzet dan wel grove schuld, omdat appellante een pleitbaar standpunt heeft, kan de Raad niet volgen. Een werkgever zal zich er in het algemeen van bewust moeten zijn welke loonopgaven hij moet doen. In geval van twijfel of onduidelijkheid ligt bij de werkgever echter de verantwoordelijkheid daaromtrent informatie in te winnen bij het Uwv. Appellante heeft zulks niet gedaan. Gelet op deze omstandigheid heeft het Uwv terecht opzet en/of grove schuld aangenomen. Nu er voorts terecht een eerste verzuim is geconstateerd is er op goede gronden een boete van 25% opgelegd. Gelet op het hiervoor overwogene komt de aangevallen uitspraak voor bevestiging in aanmerking. De Raad ziet tenslotte geen aanleiding tot een proceskostenveroordeling. III. BESLISSING De Centrale Raad van Beroep; Recht doende: Bevestigt de aangevallen uitspraak. Deze uitspraak is gedaan door G. van der Wiel. De beslissing is, in tegenwoordigheid van D. Olthof als griffier, uitgesproken in het openbaar op 15 februari 2007. (get.) G. van der Wiel. (get.) D. Olthof. PR/120207
  2. CRB kijkt naar materiële werkelijkheid. De vraag blijft echter of er ook sprake is van een 'gezagsverhouding' indien de DGA niet buiten zijn wil kan worden ontslagen door de AVA. LJN: AZ8765, Centrale Raad van Beroep , 06/1650 ALGEM Print uitspraak Datum uitspraak: 15-02-2007 Datum publicatie: 19-02-2007 Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Heeft het het Uwv de vennoot van de VOF terecht verplicht verzekerd geacht ter zake van zijn voor appellante verrichte werkzaamheden? Managementovereenkomst tussen de besloten vennootschappen. Uitspraak 06/1650 ALGEM Centrale Raad van Beroep Enkelvoudige kamer U I T S P R A A K op het hoger beroep van: [appellante], gevestigd te [woonplaats] (hierna: appellante), tegen de uitspraak van de rechtbank Roermond van 7 februari 2006, 05/1012 (hierna: aangevallen uitspraak), in het geding tussen appellante en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv). Datum uitspraak: 15 februari 2007. I. PROCESVERLOOP Namens appellante is hoger beroep ingesteld. Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend. De zaak is ter behandeling aan de orde gesteld ter zitting van 4 januari 2007, waar partijen - beiden met voorafgaand bericht - niet zijn verschenen. II. OVERWEGINGEN De Raad gaat voor zijn oordeelsvorming uit van de in rubriek II van de aangevallen uitspraak opgenomen feiten en omstandigheden. Bij het besluit, na bezwaar, van 6 juni 2005 heeft het Uwv de aan appellante opgelegde correctie- en boetenota?s over de jaren 2000 tot en met 2003 gehandhaafd. Deze nota?s zijn een gevolg van een bij appellante in 2004 gehouden looncontrole over de jaren 1999 tot en met 2003, waarbij is gebleken dat appellante betalingen heeft gedaan aan de [naam VOF] (hierna:VOF) voor werkzaamheden die zijn verricht door ??n van de vennoten, te weten [naam vennoot] (hierna: [de vennoot]) in de periode mei 1998 tot en met 9 februari 2004. Deze betalingen zijn niet in de loonadministratie van appellante verantwoord. In de zienswijze van het Uwv is [de vennoot] bij appellante werkzaam geweest in een privaatrechtelijke dienstbetrekking. Bij de oplegging van de boetenota?s is het Uwv uitgegaan van opzet en/of grove schuld. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep tegen het besluit van 6 juni 2005 ongegrond verklaard. In hoger beroep is namens appellante de aangevallen uitspraak gemotiveerd bestreden. In geding is allereerst de vraag aan de orde of het Uwv [de vennoot] terecht verplicht verzekerd heeft geacht ter zake van zijn voor appellante verrichte werkzaamheden. De Raad beantwoordt deze vraag, evenals de rechtbank, in bevestigende zin. Naar het oordeel van de Raad zijn de drie essenti?le kenmerken van een privaatrechtelijke dienstbetrekking, te weten de verplichting tot persoonlijke dienstverrichting, de loonbetalingsverplichting en de gezagsverhouding, in de arbeidsverhouding tussen appellante en [de vennoot] aanwezig. De Raad overweegt daarbij in de eerste plaats dat de omstandigheid dat sprake is van een managementovereenkomst, die is gesloten tussen besloten vennootschappen, niet er aan in de weg staat om een arbeidsovereenkomst aanwezig te achten, indien de feiten en omstandigheden van het desbetreffende geval duidelijk wijzen op het bestaan van een zodanige overeenkomst. De Raad verwijst vervolgens naar zijn jurisprudentie dat als er binnen de desbetreffende vennootschap, waarmee de overeenkomst is gesloten geen andere werknemers zijn die de desbetreffende werkzaamheden kunnen uitvoeren en het contract met de vennootschap derhalve feitelijk is gesloten met het oog op de persoonlijke inzet van de directeur van de vennootschap er de facto sprake is van een persoonlijke arbeidsverrichting. Blijkens de onder de gedingstukken bevindende managementovereenkomst gesloten tussen appellante en [naam besloten vennootschap], waarvan [de vennoot] directeur enig aandeelhouder is, is ter uitvoering van deze overeenkomst [de vennoot] namens [naam besloten vennootschap] als statutair bestuurder van appellante ter beschikking gesteld. Daarnaast is in deze overeenkomst bepaald dat een gekwalificeerde vervanger de functie en taken van [de vennoot] kan uitoefenen, mits met voorafgaande schriftelijke toestemming van appellante. Derhalve is de Raad van oordeel dat het Uwv zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat in casu sprake is van de verplichting tot persoonlijke dienstverrichting. Ten aanzien van de verplichting tot loonbetaling is de Raad van oordeel dat de aan [de vennoot] - in de managementovereenkomst overeengekomen - gedane betalingen een re?le contraprestatie voor de verrichte arbeid zijn. Hieraan doet niet af dat de betalingen zijn verricht aan de VOF, waarvan [de vennoot] ??n der vennoten is. Middels die VOF komt die betaling [de vennoot] immers ten goede. Met betrekking tot de gezagsverhouding stelt de Raad ten slotte vast dat [de vennoot] als statutair directeur van appellante zijnde ten gevolge van de statutaire bepalingen onder (direct) gezag van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders staat, gegeven de mogelijkheid van ontslag door de Algemene Vergadering buiten zijn wil. Aangezien de Raad ook overigens geen grond heeft kunnen vinden om het bestaan van een privaatrechtelijke dienstbetrekking tussen appellante en [de vennoot] in twijfel te trekken, heeft het Uwv dan ook terecht over de aan [de vennoot] over de jaren 2000 tot en met 2003 verstrekte vergoedingen premies geheven. Hieruit volgt dat het besluit van 6 juni 2005 wat de correctienota?s betreft stand kan houden. Met betrekking tot de bij besluit van 6 juni 2005 gehandhaafde boetenota?s over de jaren 2000 tot en met 2003 stelt de Raad vast dat appellante ten aanzien van [de vennoot] niet heeft voldaan aan de voor haar op grond van artikel 10, tweede lid, van de Co?rdinatiewet Sociale Verzekering geldende verplichting, zodat het Uwv gehouden was een boete op te leggen. De stelling van appellante dat in het onderhavige geval geen sprake is van opzet dan wel grove schuld, kan de Raad niet volgen. Een werkgever zal zich er in het algemeen bewust van moeten zijn welke loonopgaven hij moet doen. In geval van twijfel of onduidelijkheid ligt bij de werkgever echter de verantwoordelijkheid daaromtrent informatie in te winnen bij het Uwv. Appellante heeft zulks niet gedaan. Gelet op deze omstandigheid heeft het Uwv terecht opzet en/of grove schuld aangenomen. Het vorenstaande heeft tot gevolg dat het Uwv terecht een boete heeft opgelegd ter hoogte van 25% van de verschuldigde premies over de jaren hier in geding. Gelet op het hiervoor overwogene komt de aangevallen uitspraak voor bevestiging in aanmerking. De Raad ziet ten slotte geen aanleiding tot een proceskostenveroordeling. III. BESLISSING De Centrale Raad van Beroep; Recht doende: Bevestigt de aangevallen uitspraak. Deze uitspraak is gedaan door G. van der Wiel. De beslissing is, in tegenwoordigheid van D. Olthof als griffier, uitgesproken in het openbaar op 15 februari 2007. (get.) G. van der Wiel. (get.) D. Olthof. PR/120207
  3. Ik denk dat snel én tegen een maximale prijs erg lastig wordt. Als het .com namen zijn, dan zou ik eerst onderzoeken of andere extensies actief zijn. Dan heb je nmm zo een koper.
  4. Kijk, ik ben écht vóór vernieuwende technologie, maar al deze moeite om een bankpasje te vervangen? Onder betalen met mobiel/mobiel betalen versta ik het ontwikkelen van een stand alone systematiek die geen additionele hardware nodig heeft om te werken. Even een voorbeeld. Stel ik wil een vriendje een paar euro geven omdat hij chinees heeft gehaald en ik heb alleen mijn mobiel bij me... kan ik dat dan doen?
  5. Het lijkt me niet niks om als technostarter ook nog meteen over de grens te gaan (afgezien van hoe je het gefinancierd zou krijgen). Ik zou het echter wel meteen doen als die kans zich zou voordoen. Toch maar eens een businessplan insturen naar Sequoia c.s.?
  6. De authenticatie die ik bedoel zit op een 'hoger' niveau. Stel iemand registreert zich voor een dienst en specificeert KVK en BTW nummer. Hoe weet ik dat dat die persoon écht die persoon is? Banken, heb het nog even gechecked, gaan onder de WID altijd over tot visuele identificatie of bij buitenlandse klanten identificatie door een notaris (= ook visueel). Mij gaat het dus (nog) niet om het beveiligen van email/facturen e.d. maar identiteiten.
  7. Weet iemand of er al methode is voor (internationale) online authenticatie/identificatie van organisaties? Uiteraard ben ik bekend met DigiD. Of kom ik toch weer uit bij de standaard brief naar controleerbaar postadres, waarmee een aanmelding wordt geverifieerd? De on-line authenticatie van banken bijvoorbeeld is ook nog steeds gebaseerd op een off-line authenticatie, tw identificatieplicht.
  8. Een adviseur is gewoon een dienstverlener. Met kleinere kantoren kan je fixed-fee's afspreken, grotere kantoren doen dit zelden. Vraag altijd, maar dan ook altijd een urenspecificatie... en dus niet alleen de uren, maar ook een gedetailleerde omschrijving. Bij twijfel, de telefoon pakken en aankaarten. Als adviseurs ergens een hekel aan hebben, dan is het wel het te woord staan van lastige klanten. Suc6
  9. Voor advies moet je naar een adviseur. De fiscus antwoordt nooit op deze wijze op vragen...
  10. Een overeenkomst voor bepaalde tijd eindigt van rechtswege. In principe mag dus alles (mits je materieel gezien niet te maken hebt met de 4e).
  11. Zoals zoveel adviesberoepen besteden de 'partners' het werk uit aan minder ervaren medewerkers. De naam/grootte van een kantoor is dus maar deels een factor. Nils' tip kan ik onderschrijven. Is het tarief een factor?
  12. NiHa, Dit klinkt haast too good to be true, maar als het echt waar is, dan heb je natruurlijk goud in handen (mits je het kunt beschermen). De weg die hier wellicht uitkomst zou bieden is om een Nederlandse partner bijv. hogeschool http://www.htsautotechniek.nl/ ism www.tudelft.nl en een onderzoeksinstituut www.tno.nl opdracht te geven om een en ander verder uit te werken en te testen. Uiteraard na het tekenen van een Secrecy Agreement. MvG, Extax!
  13. Komt mij heel sterk als een studievraag over... Antwoorden op HL krijg je door zelf ook een bijdrage te leveren. M.a.w. vertel maar eens wat je al wel weet...
  14. Ook opmerkelijk.... De ondernemer (parket) moest aantonen dat er de komende 20... ja ja twintig!!! jaar geen concurrent zou komen die een vergelijkbaar product kan gaan leveren... wat een onzin! Ik zal je zeggen dat de kans dat ik over 20 jaar met hetzelfde product bezig ben heel erg gering is... Dát kan ik garanderen... Die opmerking negeert m.i. helemaal de noodzaak tot innovatie en de verandering die nodig is om voorsprong te houden in de markt waarin je opereert.. IPV je hakken in het zand... Innoveer en verander!
  15. Een gelouterde gamer vanochtend op TV: "SecondLife is vooral gericht op SEX"... Lijkt me vooral interessant voor mensen die in "The Business" zitten en een financiering beogen te krijgen van één van Neerlands banken.
  16. Even voor de duidelijkheid... een pdf/fax is slechts een vooruitgezonden kopie van het eigenlijke document... op briefpapier van de firma met een geschreven handtekening.
  17. Een indicatie bij dit soort vragen is: Heb je aandelen? Zo ja, hoe goed slaap je bij een volatile beurs? Als het antwoord 'goed' is, dan ben je misschien wel uit het goede hout gesneden voor 'aggressieve' planning. Bij 'twijfel' of 'nee', niet doen.... De 'mazen van de wet' zijn het speelveld van grote (internationale) organisaties die een tegenvallertje wel kunnen incasseren.. dat is bij kleine ondernemers zelden het geval.. snel vergeten dus en je energie op andere zaken richten.
  18. Niet zelf gaan zitten prutsen... Even een fiscalist inschakelen.. Om je een beetje opweg te helpen: Het principe van een geruisloze omzetting is niet dat er geen belasting hoeft te worden betaald, maar dat er NU geen belasting hoeft te worden betaald. Je hebt in privé een meerwaarde gecreëerd die in principe belast is met inkomstenbelasting. Bij een geruisloze inbreng wordt de IB claim omgezet in een AB-claim en evt een VPB claim. http://www.minfin.nl/nl/actueel/kamerstukken_en_besluiten,2005/08/Standaardvoorwaarden-geruisloze-omzetting.html
  19. Een rechtspersoon heeft een juridische naam en eventueel één of meerdere afwijkende handelsnamen. Een eenmanszaak VOF of CV heeft alleen maar één of meerdere handelsnamen. Mijn punt is dat de naam gebruikt moet worden die gebruikt is in de opgaaf gegevens startende onderneming of die naderhand is doorgegeven aan de belastindienst. Je mag alleen een handelsnaam fiscaal gebruiken indien die ook bij de kvk is geregistreerd. Stel je bent ingeschreven onder Pietersen en Co (VOF) dan moet je deze naam gebruiken. Als je voor een nieuw initiatief onder een andere naam gaat opereren, dan moet je deze naam (naast aan de kvk) ook doorgeven aan de belastingdienst, om deze op de facturen te kunnen gebruiken. Als ik de klant (ontvanger van de factuur) zou zijn, dan is het ook mijn verantwoordelijkheid. Ik loop namelijk het risico dat ik de BTW niet kan aftrekken over facturen die tenaam zijn gesteld op een naam die niet bekend is bij de belastingdienst. Als zender van de factuur, dan heb ik weliswaar de verplichting om de factuur juist tenaam te stellen, echter mits ik de gefactureerde BTW gewoon afdraag, blijf ik in principe niet in gebreke (OB-technisch dan). Om een lang verhaal samen te vatten... De fiscus wil gewoon inzicht in de geldstromen. Daartoe heeft ze maar één middel en dat is een naam/btwnummer/adres combinatie. Dat moet gewoon kloppen. Voor iedere ondernemer die verschillende handelsnamen hanteert is dus de tip: 1. Inschrijving bij de KVK 2. Registratie bij de belastingdienst. Dit kan door een vormvrije brief aan het regiokantoor tav de basisadministratie. 3. Bij twijfel of je klant een bepaalde handelsnaam wel heeft geregistreerd, altijd de juridische naam gebruiken. 4. Facturen altijd tenaamstellen op de onderneming waaraan je je dienst verleent of je product levert. 5. Indien nodig verificatie bij de belastingdienst (kost wel wat tijd)
  20. ExTax!

    BTW dilemma

    What's in a name, maar we spreken niet van onbelaste diensten, maar van vrijgestelde prestaties. Indien een ondernemer deze verricht, dan is de voorbelasting ook niet aftrekbaar welke verband houdt met deze vrijgestelde prestaties. Voor wat betreft het exbtw/incl btw verhaal. Als beide ondernemer zijn voor de omzetbelasting dan is het écht een non-issue, tenzij je tegenpartij je alsnog een korting van 19% in je maag wil splitsen. M.a.w. creditnota zenden voor het bedrag, gevolgd door een nieuwe factuur waarop wel BTW gespecificeerd is.
  21. Op de factuur moet de naam/BTWnummer combinatie staan waarvoor de betreffende ondernemer bij de belastingdienst staat geregistreerd. Bij een rechtspersoon zal dit dus (bijv.) xyz BV zijn en dus niet www.mijnonderneming.nl. Indien er twijfel is over de juiste combinatie, dan is het mogelijk dit door de belastingdienst te laten verifiëren. NB: Zij mogen niet zeggen welke naam bij een bepaald BTW nummer hoort. Ze kunnen alleen bevestigen of iets klopt. Informatie dient dus achterhaald te worden van de betreffende ondernemer.
  22. Het je indekken tegen risico's doe je bij specialisten en niet bij de fiscus. Daartoe geven adviesbureaus zgn 'opinies' af en hebben ze beroepaansprakelijkheidsverzekeringen... Kost wel wat.. krijg je nix voor, behalve veel wollige taal natuurlijk :). Een ruling kan je wel proberen, maar daarvoor geldt dat er dan niets mag wijzigen in de feiten, anders is die niets meer waard. Wat betreft het 'verzekeren' tegen fiscale tegenvallers verwijs ik graag naar een eerdere post van mij. Om kort te zijn.. het is onzinnig... net zo onzinnig als jezelf verzekeren tegen tegenvallende bedrijfsresultaten... Eea zit namelijk binnen je invloedssfeer... ik denk bovendien dat geen enkele verzekeringsmaatschappij een gokje wil nemen op wat het ministerie of de belastingdienst in Nederland bekokstooft (laat staan die in het buitenland of het EHVJ).
  23. Hmmm Dit brengt me wel op een idee... Om te voorkomen dat de concurrentie ermee wegrent, nodig ik KRO van harte uit om me een PM te sturen... Ik denk dat een format, niet voor niets een format is... M.a.w. ze zullen weinig ruimte hebben om te experimenteren. Verwacht dus een productie die identiek is aan die van de BBC tot en met de stoeltjes en de gevatte opmerkingen...
  24. @Jennis... Waarom is inschrijven in het handelsregister een probleem? Of is alleen de zichtbaarheid een probleem...
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Cookies op HigherLevel.nl

We hebben cookies geplaatst op je toestel om deze website voor jou beter te kunnen maken. Je kunt de cookie instellingen aanpassen, anders gaan we er van uit dat het goed is om verder te gaan.