De europese grondwet: het referendum komt eraan en de komende maanden krijgt iedereen de kans om ons voor of tegen te overtuigen. In deze draad post ik onderdelen van de grondwet die te maken hebben met ondernemen (en industrie, wat onder 1 noemer valt).
Vind je dat we tegen moeten stemmen? Overtuig me waarom. Ben je voor, deel het met ons waarom we voor moeten zijn. Zijn er artikelen waar je absoluut de aandacht op wilt vestigen: pluk ze van www.grondweteuropa.nl en post ze.
De grenzen tussen de landen in de Europese Unie (EU) vervagen. De EU wordt
zichtbaarder en sterker. Nederlandse ondernemers profiteren hier volop van:
hun producten en diensten vinden er steeds gemakkelijker hun weg. De EU boekt
voortdurend vooruitgang op onder meer de volgende terreinen:
Eén Europese markt
Door het wegvallen van de economische grenzen is er nu één grote markt met bijna een half miljard
consumenten. Goed voor ondernemend Nederland, want de EU-landen zijn verreweg onze belangrijkste
handelspartners. 80% van de Nederlandse export gaat naar de EU. Hiermee verdient Nederland een kwart
van zijn nationaal inkomen. De EU biedt bovendien uitstekende mogelijkheden om te investeren en om je te
vestigen in een andere lidstaat. Er liggen dus geweldige kansen voor Nederlandse ondernemingen in de EU.
Eerlijke concurrentie
De EU werkt aan gelijke omstandigheden voor alle ondernemers. De lidstaten hebben duidelijke afspraken
gemaakt over subsidies aan bedrijven. De EU toetst fusies op machtsconcentratie en treedt hard op tegen
kartelafspraken. Dat is wel zo eerlijk.
Uniforme regels
De regels en kwaliteitseisen voor het economisch verkeer worden uniformer. Dit garandeert betere
producten en scheelt aanzienlijk in kosten en formaliteiten. En bovendien wordt het gemakkelijker om
Nederlandse producten te verkopen aan consumenten in andere EU-landen. Waar Europese regels
ontbreken, geldt als grondregel dat de lidstaten elkaars nationale wetgeving erkennen; elke EU-lidstaat is
verplicht Nederlandse goederen toe te laten die volgens de Nederlandse wetgeving zijn geproduceerd en op
de markt gebracht. Weg met de rompslomp!
tekst uit de grondwet:
III-144 Vrijheid van dienstverrichting
In het kader van deze onderafdeling zijn beperkingen van het vrij verrichten van diensten binnen de Unie verboden ten aanzien van onderdanen van de lidstaten die zich in een andere lidstaat hebben gevestigd dan die waar degene gevestigd is voor wie de dienst wordt verricht.
Bij Europese wet of kaderwet kan het genot van deze onderafdeling worden uitgebreid tot onderdanen van een derde staat die diensten verrichten en zich binnen de Unie hebben gevestigd
III-146 Vervoer en liberalisatie kapitaalverkeer
1.
Het vrij verkeer van diensten op het gebied van vervoer wordt geregeld in hoofdstuk III, afdeling 7, betreffende vervoer.
2.
De liberalisering van de door banken en verzekeringsondernemingen verrichte diensten die gepaard gaan met kapitaalbewegingen, moet worden verwezenlijkt in overeenstemming met de vrijmaking van het kapitaalverkeer.
III-147 Maatregelen voor totstandkoming vrijheid van dienstverrichting
1.
Bij Europese kaderwet worden maatregelen vastgesteld om de liberalisering van het verrichten van een bepaalde dienst te verwezenlijken. Deze kaderwet wordt na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité vastgesteld.
2.
De in lid 1 bedoelde Europese kaderwet heeft in het algemeen bij voorrang betrekking op de diensten welke rechtstreeks van invloed zijn op de productiekosten of waarvan de liberalisering bijdraagt tot het vergemakkelijken van het goederenverkeer.
III-279
1.
De Unie en de lidstaten scheppen de voorwaarden waaronder de industrie van de Unie kan concurreren.
Hiertoe is hun optreden, dat past in een bestel van open en concurrerende markten, erop gericht:
a)
de aanpassing van de industrie aan structurele veranderingen te bespoedigen;
b)
een gunstig klimaat voor het ontplooien van initiatieven en voor de ontwikkeling van ondernemingen in de gehele Unie, met name van het midden- en kleinbedrijf, te bevorderen;
c)
een gunstig klimaat voor samenwerking tussen ondernemingen te bevorderen;
d)
een betere benutting van het industrieel potentieel van het beleid inzake innovatie, onderzoek en technologische ontwikkeling te stimuleren.
2.
De lidstaten plegen in samenspraak met de Commissie overleg en coördineren, voorzover nodig, hun optreden. De Commissie kan initiatieven nemen om deze coördinatie te bevorderen, met name initiatieven om richtsnoeren en indicatoren vast te stellen, de uitwisseling van beste praktijken te regelen en de nodige elementen met het oog op periodieke controle en evaluatie te verzamelen.
Het Europees Parlement wordt ten volle in kennis gesteld.
3.
De Unie draagt door het beleid en het optreden uit hoofde van andere bepalingen van de Grondwet bij tot de verwezenlijking van de in lid 1 genoemde doelstellingen.
Bij Europese wet of kaderwet kunnen maatregelen worden vastgesteld ter ondersteuning van de activiteiten die in de lidstaten worden ondernomen om de doelstellingen van lid 1 te verwezenlijken, met uitzondering van enige harmonisering van de wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten. De wet of kaderwet wordt vastgesteld na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité.
Deze afdeling verschaft geen grondslag voor invoering door de Unie van maatregelen waardoor de mededinging kan worden vervalst of die belastingbepalingen of bepalingen betreffende de rechten en belangen van werknemers inhouden.
art. III-145 Omschrijving van diensten
Voor de toepassing van de Grondwet worden als diensten beschouwd, diensten die gewoonlijk tegen vergoeding worden verricht, voorzover de bepalingen betreffende het vrij verkeer van personen, goederen en kapitaal op deze diensten niet van toepassing zijn.
Deze diensten omvatten werkzaamheden:
a)
van industriële aard;
b)
van commerciële aard;
c)
van ambachtelijke aard;
d)
van de vrije beroepen.
Onverminderd onderafdeling 2 betreffende de vrijheid van vestiging, kan degene die de diensten verricht, zijn werkzaamheden tijdelijk uitoefenen in de lidstaat waar de dienst wordt verricht, onder voorwaarden welke die staat aan zijn eigen onderdanen oplegt.
Artikelen over vrij verkeer van goederen:
III-155 Nationale monopolies
1.
De lidstaten passen hun nationale monopolies van commerciële aard derwijze aan, dat iedere discriminatie tussen de onderdanen van de lidstaten in verband met de voorwaarden van voorziening en afzet is uitgesloten.
Dit artikel is van toepassing op ieder lichaam waardoor een lidstaat de invoer of de uitvoer tussen de lidstaten in rechte of in feite rechtstreeks of onrechtstreeks beheerst, leidt of aanmerkelijk beïnvloedt. Het artikel is tevens van toepassing op door een staat gedelegeerde monopolies.
2.
De lidstaten onthouden zich ervan, enige nieuwe maatregel te treffen die tegen de in lid 1 bedoelde beginselen indruist of die de draagwijdte van de artikelen inzake het verbod op douane rechten en kwantitatieve beperkingen tussen de lidstaten beperkt.
3.
In geval van een monopolie van commerciële aard dat een regeling ter bevordering van de afzet of van de valorisatie van landbouwproducten omvat, dienen bij de toepassing van dit artikel gelijkwaardige waarborgen voor de werkgelegenheid en de levensstandaard van de betrokken producenten te worden gegeven.
Artikelen over vrij kapitaalverkeer:
III-156 Verbod op beperkingen van kapitaalverkeer en betalingen tussen lidstaten
In het kader van deze afdeling zijn beperkingen van het kapitaalverkeer en van betalingen tussen lidstaten onderling en tussen lidstaten en derde landen verboden.
III-157 Maatregelen voor totstandkoming vrij kapitaalverkeer
1.
Artikel III-156 i laat onverlet de toepassing op derde landen van beperkingen die op 31 december 1993 bestonden uit hoofde van nationaal of Unierecht inzake het kapitaalverkeer naar of uit derde landen in verband met directe beleggingen - met inbegrip van beleggingen in onroerende goederen - vestiging, het verrichten van financiële diensten of de toelating van waardepapieren tot de kapitaalmarkten. Wat betreft de bestaande beperkingen uit hoofde van de nationale wetgeving in Estland en Hongarije is de betreffende datum 31 december 1999.
2.
Bij Europese wet of kaderwet worden maatregelen vastgesteld inzake het kapitaalverkeer naar of uit derde landen in verband met directe beleggingen - met inbegrip van beleggingen in onroerende goederen - vestiging, het verrichten van financiële diensten of de toelating van waardepapieren tot de kapitaalmarkten.
Het Europees Parlement en de Raad trachten de doelstelling van een vrij kapitaalverkeer tussen lidstaten en derde landen in de mate van het mogelijke en onverminderd andere bepalingen van de Grondwet te verwezenlijken.
3.
In afwijking van lid 2, kunnen maatregelen die in het recht van de Unie een achteruitgang op het gebied van de liberalisering van het kapitaalverkeer naar of uit derde landen vormen, alleen worden vastgesteld bij Europese wet of kaderwet van de Raad. De Raad besluit met eenparigheid van stemmen, na raadpleging van het Europees Parlement.
We hebben cookies geplaatst op je toestel om deze website voor jou beter te kunnen maken. Je kunt de cookie instellingen aanpassen, anders gaan we er van uit dat het goed is om verder te gaan.
nonex.nl
nonex.nl
De europese grondwet: het referendum komt eraan en de komende maanden krijgt iedereen de kans om ons voor of tegen te overtuigen. In deze draad post ik onderdelen van de grondwet die te maken hebben met ondernemen (en industrie, wat onder 1 noemer valt).
Vind je dat we tegen moeten stemmen? Overtuig me waarom. Ben je voor, deel het met ons waarom we voor moeten zijn. Zijn er artikelen waar je absoluut de aandacht op wilt vestigen: pluk ze van www.grondweteuropa.nl en post ze.
Tekst van het ministerie van EZ: http://apps.ez.nl/publicaties/pdfs/05EP05.pdf
tekst uit de grondwet:
III-144 Vrijheid van dienstverrichting
III-146 Vervoer en liberalisatie kapitaalverkeer
III-147 Maatregelen voor totstandkoming vrijheid van dienstverrichting
III-279
art. III-145 Omschrijving van diensten
Artikelen over vrij verkeer van goederen:
III-155 Nationale monopolies
Artikelen over vrij kapitaalverkeer:
III-156 Verbod op beperkingen van kapitaalverkeer en betalingen tussen lidstaten
III-157 Maatregelen voor totstandkoming vrij kapitaalverkeer
Link naar reactie
Aanbevolen berichten
68 antwoorden op deze vraag