jeroentb

Senior
  • Aantal berichten

    60
  • Registratiedatum

  • Laatst bezocht

Alles dat geplaatst werd door jeroentb

  1. Ik ben vorig jaar gestart vanuit de WW en ik kan het je van harte aanbevelen. Inderdaad is het zo dat je aan het eind van je 6 maanden moet beslissen of je bedrijf levensvatbaar is en of je dus door wilt gaan met ondernemen, of terug wilt keren naar WW. Ik vraag me daarom af of het handig is als v.o.f. te gaan starten, omdat je zelf al aangeeft dat bij gering succes die VOF een eenmanszaak moet worden. Je moet dan dus aantonen dat de onderneming voor 2 vennoten niet levensvatbaar is, maar de onderneming moet wel voldoende inkomen genereren voor je partner om als eenmanszaak door te gaan. En omdat na 6 maanden de zaak zeker nog niet volwassen is, is die beoordeling dan heel moeilijk. Misschien kun je beter eerst zelf als eenmanszaak beginnen en als na 6 maanden blijkt dat de onderneming levensvatbaar is hem omzetten naar een v.o.f. en je partner in de zaak halen. Bijkomend voordeel is dat je partner nog gewoon inkomen genereert uit de 24 uur loondienst, heel fijn als je in de eerste maanden nog geen of weinig omzet hebt.
  2. Ik ga er van uit dat je adviezen aan de makelaars gaat geven? Dan is een beroepsaansprakelijkheidsverzekering wel bijzonder belangrijk. Misschien dat Norbert daar iets meer over kan vertellen? :)
  3. In eerste instantie zat ik aan de Bouw CAO te denken. In tegenstelling tot bijvoorbeeld een parketvloer (het parketvloeren bedrijf valt onder de wonen CAO) is de trap een essentieel/integraal onderdeel van een huis. Bij een nieuwbouw woning wordt de trap er tijdens de bouw al in gezet en de parketvloer pas na oplevering. Vandaar dat ik Bouw verwacht. Maar waarom vraag je het niet aan Upstairs? Of bel anders FNV of CNV, die weten het bijna altijd wel.
  4. Hmmm... Ik ben juist ondernemer geworden om niet de hele tijd dingen te moeten. Maar ik moet in ieder geval mijn vakbekwaamheid weer laten toetsen in 2014 en ik moet echt werk gaan maken van mijn arbeidsongeschiktheidsverzekering. Gelukkig helpt Norbert mij met dat laatste, dus dat komt wel goed. Ik heb verder zakelijk niet echt concrete doelstellingen. Het zou mooi zijn als ik in 2014 vier keer mijn omzet van het 4e kwartaal 2013 kan realiseren. Dan ben ik dik tevreden!
  5. Wiki Skiplist "In computer science, a skip list is a data structure that allows fast search within an ordered sequence of elements. Fast search is made possible by maintaining a linked hierarchy of subsequences, each skipping over fewer elements. Searching starts in the sparsest subsequence until two consecutive elements have been found, one smaller and one larger than the element searched for. Via the linked hierarchy these two elements link to elements of the next sparsest subsequence where searching is continued until finally we are searching in the full sequence. The elements that are skipped over may be chosen probabilistically."
  6. Vooruit dan maar, BW Boek 2: Artikel 24b Een groep is een economische eenheid waarin rechtspersonen en vennootschappen organisatorisch zijn verbonden. Groepsmaatschappijen zijn rechtspersonen en vennootschappen die met elkaar in een groep zijn verbonden. en Artikel 24a 1. Dochtermaatschappij van een rechtspersoon is: a. een rechtspersoon waarin de rechtspersoon of een of meer van zijn dochtermaatschappijen, al dan niet krachtens overeenkomst met andere stemgerechtigden, alleen of samen meer dan de helft van de stemrechten in de algemene vergadering kunnen uitoefenen; b. een rechtspersoon waarvan de rechtspersoon of een of meer van zijn dochtermaatschappijen lid of aandeelhouder zijn en, al dan niet krachtens overeenkomst met andere stemgerechtigden, alleen of samen meer dan de helft van de bestuurders of van de commissarissen kunnen benoemen of ontslaan, ook indien alle stemgerechtigden stemmen. 2. Met een dochtermaatschappij wordt gelijk gesteld een onder eigen naam optredende vennootschap waarin de rechtspersoon of een of meer dochtermaatschappijen als vennoot volledig jegens schuldeisers aansprakelijk is voor de schulden. 3. Voor de toepassing van lid 1 worden aan aandelen verbonden rechten niet toegerekend aan degene die de aandelen voor rekening van anderen houdt. Aan aandelen verbonden rechten worden toegerekend aan degene voor wiens rekening de aandelen worden gehouden, indien deze bevoegd is te bepalen hoe de rechten worden uitgeoefend dan wel zich de aandelen te verschaffen. 4. Voor de toepassing van lid 1 worden stemrechten, verbonden aan verpande aandelen, toegerekend aan de pandhouder, indien hij mag bepalen hoe de rechten worden uitgeoefend. Zijn de aandelen evenwel verpand voor een lening die de pandhouder heeft verstrekt in de gewone uitoefening van zijn bedrijf, dan worden de stemrechten hem slechts toegerekend, indien hij deze in eigen belang heeft uitgeoefend.
  7. Het antwoord schijnt in Boek 2BW te staan, maar daar kijk ik niet zo vaak als in Boek 7BW... Boek 7 BW Art 691 lid 6 luidt nml: 6. Dit artikel is niet van toepassing op de uitzendovereenkomst waarbij de werkgever en de derde in een groep zijn verbonden als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 dan wel de één een dochtermaatschappij is van de ander als bedoeld in artikel 24a van Boek 2.
  8. Intra concern uitzenden is geen uitzenden, zie Artikel 691 Burgerlijk Wetboek Boek 7, lid 6. Je bent dus geen payroller voor je eigen onderneming, dus mag je ook geen a, b & c contracten aanbieden.
  9. Hoi ragney, Norbert heeft (zoals gewoonlijk) helemaal gelijk. De verplichtstellingsbeschikking voor BPF Vervoer: Verplichtstellingsbeschikking BPF Vervoer Samengevat: werknemer in dienst is van een onderneming in het Beroepsvervoer over de Weg moet deelnemen, met uitzondering van DGA's en directie zijnde bestuurder van BV/NV. IB ondernemers zijn geen werknemers, dus zijn ook niet verplicht. Je kunt het fonds dus gewoon een mailtje sturen dat je geen personeel hebt en dat ze iemand anders moeten gaan lastig vallen. Groet, Jeroen
  10. Wat wellicht ook nog interessant voor je is, is dat je waarschijnlijk ook kunt kiezen voor een laag - hoog constructie voor wat betreft je pensioenuitkering. De laag - hoog constructie houdt in dat je de eerste vijf jaar van je pensionering voor een lagere pensioenuitkering kiest, en dat de pensioen uitkering na afloop van die vijf jaar verhoogd wordt (tot boven de oorspronkelijke uitkering uiteraard). Vraag voor de zekerheid bij je pensioenuitvoerder na of je bij hen ook voor deze optie kunt kiezen.
  11. Als pensioenspecialist wil ik je waarschuwen voor het doen van een pensioentoezegging aan je personeel. Dat is zeker geen vrijblijvende keuze. Als je eenmaal pensioen toezegt aan je personeel, zit je ook echt aan die toezegging vast. Als je al nadenkt over het doen van een pensioentoezegging, bespreek dan eerst met je mensen of ze er wel echt behoefte aan hebben. Wellicht zitten jouw mensen (dames?, parttimers? met partners die fulltime werken?) wel helemaal niet te wachten op een beetje pensioen en hebben ze liever een andere arbeidsvoorwaarde. Nog wel 1 waarschuwing: Zeg NOOIT pensioen toe aan slechts een gedeelte van je personeel. Als je twee mensen aan neemt en 1 wil er wel pensioen en de andere niet, geef ze dan ofwel geen van beide een pensioenregeling ofwel allebei. Onderscheid maken in het doen van pensioentoezeggingen is bijzonder gevaarlijk.
  12. Hoi Jochem, Ik heb nagenoeg alleen maar detacheerders als opdrachtgevers. En ik denk dat het met goede werknemers en een aantal interessante leads helemaal niet moeilijk is om als detacheerder draaiende te blijven. Er is nog genoeg markt. Wat ik wel zie is dat het belangrijk is om: 1. Een focus te hebben op wat voor personeel je wilt detacheren (hoger of lager gespecialiseerd, SAP, Oracle of JAVA, Agile/SCRUM of Prince2, etc.) 2. Een werkgever te zijn die mensen aan zich kan binden. Jouw mensen werken 40 uur per week bij jouw opdrachtgevers. Hoe zorg je ervoor dat ze ook collegiaal naar elkaar worden en niet alleen de medewerkers van de opdrachtgever als collega zien. 3. Wat ga je zelf doen? Blijf jij op kantoor (alleen!) om te acquireren en te werven, of zet jij jezelf ook weg? 4. Zorg voor goede contacten bij de brokers. Bij grotere werkgevers kom je als detacheerder niet rechtstreeks binnen, maar loopt het altijd via een broker. 5. Check of je onder de ABU-cao valt en of je personeel bij StiPP pensioen moet opbouwen. Dat hangt voor een groot gedeelte van de antwoorden onder punt 1 af. Mocht je een keer met iemand willen sparren, heb ik een aantal interessante contacten voor je. Bureaus als Professionals in Flex (http://www.professionalsinflex.com/) zijn gespecialiseerd in het helpen van startende ondernemers in de Flexbranche. Succes met je keuzes in ieder geval. Groet, Jeroen
  13. Hmm... Ik ben mij aan het afvragen hoe ik er dan bijkom dat bij faillissementen van IB-ondernemers lijfrente tegoeden toch in het faillissement betrokken worden. Ik heb hier toch een aantal malen over gesproken met mensen die veel slimmer dan ik zijn en dezelfde mening waren toegedaan. Misschien een gevalletje verouderde kennis... Excuses dan voor mijn verkeerde aannames in mijn column.
  14. Hoi Norbert, Bedankt voor je reactie. Ik ben van mening dat medische selectie niet echt het meest prangende issue is bij het tot stand komen van de vrijwillige beroepspensioenfondsen. Zelf zou ik een grote voorkeur hebben dat er geen medische selectie plaats vindt. Maar zelfs indien dat wel gebeurt, zie ik genoeg schaalvoordelen in collectieve regelingen ten opzichte van individuele regelingen dat die fondsen een bestaansrecht kunnen hebben. Maar zelfs als er helemaal geen vrijwillige beroepspensioenfondsen komen vind ik dat ook IB ondernemers recht hebben om een oudedagsvoorziening ergens veilig te kunnen stellen, zonder het risico te lopen dat het bij faillissement aan de schuldeisers wordt verstrek, of mee gaat tellen in het vermogen voor de bijstandstoets. Indien de derde pijler op die punten gewijzigd wordt heb ik daar ook vrede mee. Groet, Jeroen
  15. Pas op, dit is een "longread", en waarschijnlijk qua tekst iets teveel gericht op de pensioen incrowd. Maar ik ben toch wel heel benieuwd hoe jullie tegen deze materie aankijken, dus ik hoop dat jullie de moeite willen nemen om de lap tekst te lezen en me je mening erover te willen geven. Bij voorbaat dank! Allereerst, zelfstandigen zonder personeel (ZZP) of IB-ondernemer? n de media en in de politiek vindt momenteel een discussie plaats over het gebrek aan mogelijkheden voor pensioenopbouw voor de ZZP-er. Maar in mijn beleving bestaat ‘De ZZP-er’ niet, of er is in ieder geval geen vastomlijnde definitie voor hem/haar. Er zijn ZZP-ers die DGA van een B.V. zijn, er zijn ZZP-ers die een eenmanszaak hebben en er zijn ZZP-ers die naast een loondienstverband resultaat uit overige werkzaamheden genereren. Daarnaast zijn er ook eigenaren van eenmanszaken met personeel en ondernemers die vennoot in een V.O.F. zijn of maat in een maatschap, al dan niet met personeel, die tegen dezelfde problematiek aanlopen voor wat betreft de pensioenopbouw als de ZZP-er uit het eerder aangehaalde maatschappelijke debat. Volgens mij moet er daarom niet een pensioenoplossing komen voor ‘De ZZP-er’, maar moet er een pensioenoplossing komen voor de IB-ondernemer. Waarom pensioen? Wat heeft het eigenlijk voor nut, een pensioenregeling? Voor de persoon die pensioen opbouwt (hierna de deelnemer), is het fijn om op enig moment zijn arbeid te kunnen staken en toch zijn levensstijl op peil te kunnen houden. Er zijn beroepen die op een bepaalde leeftijd geestelijk of lichamelijk niet meer vol te houden zijn (stratenmaker, leraar, verpleger). De Nederlandse oudedags- basisvoorziening, de AOW, geeft wel een bestaansminimum maar zal voor weinig mensen voldoende zijn om dezelfde levensstandaard te kunnen genieten als toen er nog inkomen uit arbeid gegenereerd werd. Ook voor de partner van de deelnemer is een pensioenregeling nodig, omdat er doorgaans een nabestaandenpensioen in de pensioenregeling is meeverzekerd. Indien de deelnemer onverhoopt voor pensionering komt te overlijden, komt er voor de nabestaande een inkomen uit de pensioenregeling van de deelnemer. Maar ook voor de samenleving/gemeenschap is het belangrijk dat er pensioenregelingen bestaan. Doordat er pensioenregelingen bestaan hoeft er minder gebruik gemaakt te worden van onze sociale voorzieningen. De weduwe van de deelnemer krijgt een nabestaandenpensioen en valt daardoor mogelijk niet (volledig) op de bijstand terug. En de hulpbehoevende gepensioneerde deelnemer kan uit zijn pensioenuitkering zelf zorg aan huis betalen en hoeft daarom niet de AWBZ aan te spreken. Omdat de overheid ook van bovengenoemde voordelen overtuigd is, stimuleert zij pensioenopbouw. Dit doet zij onder meer door een fiscaal voordeel te verlenen over dit gedeelte van het inkomen, de zogenaamde omkeerregel. Ook heeft zij door middel van wetgeving het mogelijk gemaakt dat bepaalde bedrijfstakken een voor alle werkgevers en werknemers in die bedrijfstak verplichtgestelde pensioenregeling konden regelen. En er is wettelijk vastgelegd dat het pensioen van de deelnemers veilig gesteld dient te worden. Bedrijfstakpensioenfondsen In 1948 heeft de overheid de Wet BPF ingevoerd. Door deze wet konden bedrijfstakken een pensioenregeling dwingend aan de hele bedrijfstak opleggen. Deze verplichtstelling had indertijd als doel om “het wegnemen van de mogelijkheid om door het niet geven van pensioen een voorsprong op de vakgenoten te hebben” (TK 785, nr.5, p.11). Het doel was dus feitelijk om gelijke arbeidsvoorwaarden te creëren binnen de bedrijfstak. Dit had ook gedaan kunnen worden door ook de pensioenparagraaf van de cao algemeen verbindend te verklaren. Hiervoor is echter niet gekozen omdat de cao alleen gold voor werknemers in loondienst. En met name binnen de landbouw, destijds de grootste bedrijfstak in Nederland, wilde de sociale partners dat de pensioenplicht ook voor de zelfstandigen zou gelden. (Lutjens, Een halve eeuw solidariteit, 1999) Het is dus interessant om te zien dat een van de redenen dat de Wet BPF als zodanig is ingevoerd het gedwongen pensioen voor zelfstandigen was, maar dat al snel de mogelijkheid om zelfstandigen inderdaad verplicht deel te laten nemen ongebruikt is gebleven. Momenteel zijn binnen BPF-Bouw en BPF-Schilders een aantal beroepen verplicht deel te nemen, ook als IB-ondernemer. De andere bedrijfstakpensioenfondsen laten deze mogelijkheid onbenut. Indien de overheid het echt als taak ziet om pensioenopbouw zoveel mogelijk op een verplichte manier te stimuleren, dan zou zij de sociale partners kunnen vragen om de verplichtstelling op een dusdanige manier aan te passen dat er meer IB-ondernemers onder de verplichtstelling komen te vallen. Overigens is het mijn persoonlijke mening dat de overheid juist de omgekeerde weg zou moeten bewandelen en de verplichtstelling van die enkele ondernemer in BPF-Bouw en BPF-Schilder zou moeten afschaffen. Er is een enorme rechtsongelijkheid tussen die kleine groep verplichtgestelde IB-ondernemers en de hele grote groep niet-verplichtgestelde IB-ondernemers. Beroepspensioenfondsen In mijn opinie zijn de beroepspensioenfondsen een onderbelicht onderdeel van ons pensioensysteem, zeker in de discussie omtrent een pensioenoplossing voor IB-ondernemers. Er zijn momenteel 11 beroepspensioenfondsen. Dit zijn: Apothekers (2.721 actieven) Dierenartsen (3.369 actieven) Fysiotherapeuten (18.553 actieven) Huisartsen (9.971 actieven) Loodsen (432 actieven) Medisch Specialisten (7.702 actieven) Notarissen (3.220 actieven) Roeiers (238 actieven) Tandartsen (geen actieve pensioenopbouw) Verloskundigen (1.950 actieven) Zelfstandige kunstenaars (5.849 actieven) Een groot deel van de deelnemers aan bovengenoemde fondsen is IB-ondernemer. Daarom vind ik het raar dat deze fondsen vrijwel nooit in de discussie betrokken worden. De beste manier om in een collectieve sfeer een pensioenoplossing voor IB-ondernemers te creëren is in mijn beleving door het instellen van vrijwillige beroepspensioenfondsen. Dit zou kunnen door de Wet Verplichte Beroepspensioenregeling dusdanig aan te passen zodat er ook ruimte voor vrijwillige beroepspensioenregelingen komt. Of er zou een eigen Wet Vrijwillige Beroepspensioenregeling gemaakt kunnen worden. Het charmante van deze oplossingen is dat er hierdoor weinig andere wetten aangepast hoeven worden. En de aanpassingen die er nodig zijn, zijn vrij gering ten opzichte van de alternatieven. Volgens mij is er ook een precedent voor het vrijwillig deelnemen in een beroepspensioenfonds. Per 1 januari 1996 is de premieafdracht in het pensioenfonds voor tandartsen gestaakt. Maar er is toen nog de mogelijkheid geboden om vrijwillig over 1996 premie af te dragen. Omdat IB-ondernemers in alle mogelijke beroepen en bedrijfstakken voorkomen, lijkt het mij niet zinnig om de vrijwillige beroepspensioenfondsen via beroepen of bedrijfstakken in te richten. Op nieuwe mini-fondsen als de Roeiers en de Loodsen zit niemand te wachten. Beter lijkt het mij als de huidige belangenorganisaties van IB-ondernemers met een verzekeraar of PPI een regeling inrichten voor in eerste instantie alleen hun leden. Nadat deze regelingen goed zijn ingesteld kunnen de regelingen ook voor niet-leden worden opengesteld. Ook voor wat betreft de regeling kan goed gekeken worden naar de huidige beroepspensioenfondsen. Fondsen als die van de fysiotherapeuten en de huisartsen zijn ingesteld op zowel waarnemers als eigenaren van een grote praktijk. En de zelfstandig kunstenaars hebben net als sommige IB-ondernemers over het algemeen zeer wisselende inkomsten. Door de “best-practice” van de huidige beroepspensioenfondsen over te nemen, kunnen de toekomstige vrijwillige beroepspensioenfondsen echt van toegevoegde waarde zijn ten opzichte van het huidige bestel. Waarom 2e pijler en niet 3e pijler? Een van de redenen dat pensioen veilig gesteld moet worden buiten de onderneming is dat er bij een faillissement van de onderneming geen verlies van pensioenaanspraak mag optreden. Dit is meteen de meest belangrijke reden waarom de toekomstige pensioenregeling voor IB-ondernemers in de 2e pijler ondergebracht moet worden en niet in de 3e pijler. Naast een eventuele aanspraak op het 3e pijler vermogen bij een faillissement wordt het 3e pijler vermogen ook gebruikt bij de vermogenstoets voor de bijstand. Beide aspecten vind ik bijzonder onwenselijk. Een ander heel belangrijke reden is de Wet verevening pensioenrechten bij echtscheiding. Deze wet is niet van toepassing op 3e pijler pensioenproducten. En helaas is het zo dat enerzijds het percentage echtscheidingen bij ondernemers hoger is dan het landelijk gemiddelde en anderzijds dat ondernemers meer dan gewone werknemers kostwinnaar zijn. Door die twee aspecten is het bijzonder belangrijk dat de Wet verevening pensioenrechten bij echtscheiding van toepassing is op de toekomstige pensioenregeling van de IB-ondernemers. Vanuit de PZO heb ik begrepen dat de overheid van mening is dat de 2e pijler alleen voorbehouden is voor verplichte pensioenregelingen. Dit is echter niet zo. Naast de verplichtgestelde beroepen en bedrijfstakken hebben er ook ongeveer 270 ondernemingen een pensioenfonds. Deze ondernemingen zijn dit niet verplicht geweest, maar hebben dat gedaan om goede arbeidsvoorwaarden voor hun werknemers te kunnen bieden. Ook zijn er een aantal bedrijfstakpensioenfondsen waar geen verplichtstelling voor geldt. Bijvoorbeeld het Pensioenfonds voor de Groothandel of het Pensioenfonds ICK. En er zijn duizenden ondernemingen die een regeling bij een verzekeraar hebben gesloten, of vrijwillig aansluiting hebben gezocht bij een verplichtgesteld BPF. Daarnaast valt ook het pensioen van de DGA in de 2e pijler. Dit geldt zowel voor het pensioen in eigen beheer als het verzekerde pensioen van de DGA. De DGA kan op ieder moment zijn pensioentoezegging naar de toekomst toe wijzigen. Hij kan dus in slechte tijden besluiten geen toekomstige pensioenopbouw meer te doen. Een meer vrijwillige vorm van pensioen is er niet denkbaar. Het is evident niet juist om te beweren dat de 2e pijler alleen voorbehouden is aan verplichte pensioenregelingen. Indien de overheid vast wenst te houden aan het argument dat pensioenopbouw in de 2e pijler niet geheel vrijblijvend mag zijn, zou er een bindende clausule in de nieuwe pensioenregeling voor IB-ondernemers kunnen worden opgenomen. Zo’n clausule zou de IB-ondernemer kunnen verplichten om nadat hij eenmaal heeft besloten om pensioen op te gaan bouwen, dit vol te houden tot hij zijn onderneming staakt, zijn pensioendatum bereikt of er economische omstandigheden zijn waardoor het niet langer zakelijk is om pensioenpremie te blijven afdragen. Een beetje zoals bij PW artikel 12. Tot slot wil ik nog een persoonlijk argument aanvoeren om de pensioenoplossing in de 2e pijler te creëren en niet in de 3e pijler. Dit argument is onze onbetrouwbare overheid. Bij mijn ontslag van Nationale-Nederlanden heb ik mijn ontslagvergoeding in een stamrecht B.V. gestort met als doel om een extra pensioenuitkering te kunnen doen. Dit zodat ik de komende jaren als IB-ondernemer geen dure individuele lijfrente hoefde aan te schaffen. Ik verwacht over een tweetal jaar van IB-ondernemer over te kunnen gaan naar DGA en dan ga ik natuurlijk mijzelf weer een 2e pijler pensioen toezeggen. Maar nu heeft onze overheid bedacht dat ik wellicht tegen een gunstig belastingtarief mijn stamrecht B.V. weer leeg kan trekken. Indien dit tarief gunstiger is dan mijn verwachte belastingdruk na pensioendatum, ben ik een dief van mijn eigen portemonnee als ik dit niet doe. Dus wellicht ga ik nu toch mijn eigen pensioenvoorziening liquideren, omdat de overheid dit stimuleert. Indien de pensioenoplossing voor de IB-ondernemer in de 3e pijler gecreëerd wordt, is het zeer goed denkbaar dat bij de volgende crisis iedere IB-ondernemer dit potje weer mag openen om de economie weer op gang te brengen. Maar dat is niet het doel van een pensioenvoorziening. De eekhoorns eten hun wintervoorraad dan bij de eerste herfststorm op. Conclusie Het is mijn stellige overtuiging dat er niet alleen naar een pensioenoplossing voor de ZZP-er moet worden gekeken, maar naar een pensioenoplossing voor alle IB-ondernemers. En ik ben er ook van overtuigd dat de oplossing in de 2e pijler moet worden gecreëerd, en niet in de 3e pijler. Tot slot denk ik dat er veel geleerd kan worden van de huidige verplichtgestelde beroepspensioenfondsen.
  16. Nee, daar heb ik nog specifiek naar gevraagd. Deze meneer vertelde me dat ik bij iedereen in de regio op de eerste pagina zou staan voor zoektermen als BPF-vrijstelling en pensioenadvies, ongeacht of ze er een woonplaats bij vermeld hadden.
  17. Ik ben vandaag gebeld door Google (zei hij...) met de vraag of ik voor driehonderdnogwat euro per jaar voor 10 zoekwoorden standaard op de eerste pagina wilde komen in mijn regio. Het zou om een straal van 30 kilometer rond mijn vestigingsplaats gaan, oftewel Rotterdam, Den Haag, Zoetermeer, Schiedam, Vlaardingen, Leidschendam-Voorburg, Gouda en Delft. Ik denk dat zeker 15% van Nederland binnen een straal van 30 kilometer van mijn huis woont en werkt. Het lijkt mij helemaal niet prettig als ik voor 15% van de Nederlandse bevolking/werkgevers op de eerste pagina van een Google zoekopdracht kom te staan, dan moet ik veel te vaak nee verkopen! Dus ik heb nee tegen het aanbod gezegd. Maar ik vroeg me af of anderen ook door Google (of oplichters die zich voordoen als Google) benaderd zijn hiervoor. Het gaat niet om een Adwords compagne, het zou om de zogenoemde niet gesponsorde resultaten gaan.
  18. Hoi Jerry, Dank voor je reactie. Terechte vraag, wat doen mijn concurrenten. Ik merk dat er binnen de pensioenadvies wereld maar een paar echte specialisten op het gebied van de bedrijfstakpensioenfondsen zijn, hooguit een stuk of 10. En van die andere adviseurs onderscheid ik mij voldoende door mijn werkwijze en mijn contacten bij de fondsen. Ik maak me dan ook geen zorgen over mogelijke concurrentie op dat vlak. Sterker nog, ik heb nu twee opdrachten waarbij ik eerst de puinhopen van de vorige adviseur kan gaan opruimen voordat ik het traject verder in gang kan zetten, dus feitelijk heb ik er alleen maar voordeel van als andere adviseurs zich ook op dit terrein gaan begeven. Groet, Jeroen
  19. Misschien een rare vraag, maar met wat voor content wil jij je tijdschrift vullen, wat wordt het 'haakje'?
  20. Allereerst wil ik hierbij aangeven dat mijn dilemma een luxeprobleem is. Daar ben ik me zeer wel van bewust. Toen ik in mei met mijn onderneming begon, had ik vooraf bedacht dat ik 50% van mijn klanten/omzet wilde halen uit algemene pensioenadvisering aan ondernemingen en dat ik 50% van mijn klanten/omzet wilde halen uit specifiek bedrijven die worstelen met de verplichtstelling van het bedrijfstakpensioenfonds voor uitzendkrachten (StiPP). De laatste categorie bevat onder meer detacheerders en payroller bedrijven. Nu, na viereneenhalve maand, heb ik zes klanten. Vijf zijn detacheerders met mogelijke StiPP verplichtstellingsissues en een is een reguliere onderneming waarvoor ik een contractverlenging begeleid. Verder heb ik nog vijf leads uitstaan, ook allemaal van detacheerders of uitzendbedrijven met StiPP issues. En mijn huidige 5 klanten met StiPP issues brengen mij ook met een warme aanbeveling bij hun collega's onder de aandacht. Het ziet er dus naar uit dat ik over een tijdje voor 90% met mijn specialisme bezig ben. Ikzelf zie daar zowel bezwaren als kansen in. De bezwaren zitten erin dat ik al mijn pensioenkennis moet blijven gebruiken om een goed adviseur te zijn. Als ik alleen maar met StiPP zaken bezig ben, hoef ik een groot gedeelte van mijn kennis niet te gebruiken. (Een groot gedeelte van mijn software abonnementen trouwens ook niet) Maar ik word op mijn specialisme inmiddels gevraagd door ondernemingen ver buiten mijn regio, tot in Groningen aan toe. En die problemen voor detacheerders verdwijnen niet op de korte termijn, daar kan ik nog wel een paar jaar mijn agenda mee vullen vermoed ik. Kortom, ik blijf hier mee worstelen en ik ben heel benieuwd hoe jullie tegen mijn dilemma aankijken. Alvast bedankt voor jullie reacties.
  21. Ik mag mijzelf sinds gisteren Bachelor in Pensions and Life Assurance noemen. Mijn scriptie (Mogelijkheden tot vrijstelling van deelname aan een verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfonds) is met een voldoende beoordeeld! ;D En ik heb vandaag maar liefst 5 facturen verzonden, nrs 4 t/m 8! Het gaat lekker!
  22. Hoi Leek, Ik zal je vragen in omgekeerde volgorde beantwoorden. "Welke verzekeraars (als die er zijn) bieden andere producten aan dan de "oude" pensioenverzekeringen (beleggings-/kapitaalverzekering met pensioenclausule)" Verzekeraars bieden twee soorten collectieve pensioenregelingen aan. De zogenaamde Defined Benefits (DB) regelingen en de Defined Contributions (DC) regelingen. In de DB regelingen, ook wel salaris-diensttijd regelingen genoemd, staat de uitkering vast die de werknemers vanaf pensioendatum krijgen. Ieder jaar koopt de werkgever als het ware een stukje pensioenuitkering in voor de werknemers. Het rendementsrisico, het renterisico en het langleven risico liggen in deze regelingen bij de verzekeraar. Die berekent deze risico's uiteraard door in de premie die aan de werkgever. In de DC regelingen, ook wel beschikbare premie regelingen, wordt het langleven risico en het rente risico overgedragen aan de werknemer. Ook wordt een gedeelte van het rendementsrisico aan de werknemers overgedragen. Hierdoor zijn deze regelingen over het algemeen minder prijzig dan de DB regelingen. Onder deze DC regelingen vallen onder andere de door jou genoemde beleggingverzekeringen en kapitaalsverzekeringen. Praktisch alle grote verzekeraars bieden zowel DB als DC regelingen aan. Naast de traditionele verzekeraars zijn er sinds een paar jaar ook een aantal nieuwe spelers bij gekomen, zogenaamde Premie Pensioen Instellingen. Dit zijn bijvoorbeeld Be Frank en Brand New Day. Deze PPI's bieden alleen DC regelingen aan, geen DB regelingen. Zijn er tegenwoordig ook andere mogelijkheden dan vroeger om pensioen op te laten bouwen voor de werknemer Bijv. Banksparen, of iets anders? (waarop dan wel de pensioenwet van toepassing is). Banksparen wordt door sommigen gezien als een alternatief voor een pensioenregeling. Bij een bankspaar product is het langleven risico niet gedekt. Ook zijn er geen nabestaanden- en arbeidsongeschiktheids verzekeringen aan gekoppeld. Daarom vind ik persoonlijk alleen banksparen geen goed alternatief voor een pensioenregeling. Eventueel in combinatie met goede arbeidsongeschiktheids en overlijdensrisicoverzekeringen kan het een alternatief zijn voor mensen die het niet erg vinden als de oudedagsvoorziening niet gegarandeerd voor de rest van het gepensioneerde leven is. Pensioen voor werknemers kun je in overleg laten overdragen naar een andere pensioenverzekeraar. (huidige verzekeraar wil contracten, bestaande uit beleggings-/kapitaalverzekering met pensioenclausule omzetten naar een ander contract, De vraag is of dat wel beter is?) Er zijn drie zaken van belang bij een beoordeling of een waardeoverdracht wel of niet gunstiger is dan het achertlaten van de aanspraak in de huidige regeling. Allereerst is dat het verachte rendement/winstdeling in de oude en nieuwe regelingen. Om daar een beoordeling van te kunnen maken, zal echt heel goed beoordeeld moeten worden hoe de winstdeling in beide regelingen in elkaar steken. Ten tweede zijn de kosten natuurlijk heel belangrijk. Onder druk van de nieuwe PPI's zijn de kosten bij de traditionele verzekeraars aan het zakken. Aan de andere kant is ook de rekenrente aan het dalen, waardoor gegarandeerde rekenrente weer duurder is dan vroeger. Al die aspecten zullen tegen het licht gehouden moeten worde. Ten derde is ook de pensioenleeftijd in de regelingen van belang. De oude regeling zal een pensioenrichtleeftijd van 65 hebben en de nieuwe regeling een pensioenrichtleeftijd van 67. Bij waardeoverdracht krijgen de oude aanspraken ook een pensioenrichtleeftijd van 67. Als die rechten ooit weer omgezet moeten worden naar 65, kan dat nadelig uitpakken voor de aanspraak. Heel vaak wordt er in topics hier geschreven dat het beste advies is dat je het een keer aan een expert moet voorleggen. Heel flauw van me, maar daarmee wil ik ook afsluiten. Het is van zoveel factoren afhankelijk wat in een specifiek geval de beste keuze is, dat het vrijwel onmogelijk is omdat via een HL post goed helder te krijgen. Succes met je afwegingen. Groet, Jeroen
  23. Een vraag is ook wat je doet met door jou reeds gemaakte kosten van evenementen die door omstandigheden niet door kunnen gaan. Indien de omstandigheden bij de klant vandaan komen, kun je de kosten waarschijnlijk aan hem doorberekenen. Maar als jij degene bent die het evenement moet annuleren, komen die kosten volgens mij voor jouw rekening. Ik ben zeker geen expert op dit gebied. Het enige wat ik ervan weet is dat ik een evenementenverzekering heb gesloten voor ons eigen huwelijk indertijd.
  24. Hmm... Er staan een aantal zaken in je manifest waar ik het hartgrondig mee oneens ben. Bijvoorbeeld "Schaf dus alle weten en regels af die burgers tegen zichzelf beschermen." In mijn beleving is het juist een primaire taak van de overheid om mensen tegen zichzelf te beschermen. Ook voor wat betreft ontwikkelingshulp ben ik het met je oneens. En ik zie niet in waarom nou juist een ondernemerspartij tegen ontwikkelingshulp zou zijn. Indien het echt je intentie is om een ondernemerspartij te beginnen, zou ik als ik jou was eerst alleen maar standpunten bedenken die met name ondernemers aanspreken. Dat is niet meteen ontwikkelingshulp denk ik, maar eerder zaken als het verplichtgestelde pensioenstelsel en de algemeen verbindend verklaarde cao's, de nieuwe ziektewet, de lappendeken aan instanties waar je mee te maken hebt in Nederland.
  25. Hoi allemaal, Ik heb de petitie niet getekend. Dat ga ik ook niet doen. Als het geld niet uit het ene potje (zelfstandigenaftrek) gehaald wordt, gaat het wel ten laste van iets anders (kinderbijslag, indexaties belastingschijven). Ik verkeer niet in de positie om in te schatten wat voor het algemene belang erger of beter is. Daarnaast vind ik de argumenten van Robin Fransman (http://www.ftm.nl/column/red-zzper-schaf-zelfstandigenaftrek-af/) ook steekhoudend. Het zijn met name werkgevers (en consumenten) die voordeel hebben van de zelfstandigenaftrek, niet de kleine ondernemers. Die zullen na afschaffing zelfstandigenaftrek hun tarieven aan een nieuwe werkelijkheid (moeten) aanpassen. Maar goed, ik begrijp dat ik een afwijkend geluid laat horen hier. Bij voorbaat excuses aan iedereen die zich hierdoor onheus bejegend voelt. Groet, Jeroen
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Cookies op HigherLevel.nl

We hebben cookies geplaatst op je toestel om deze website voor jou beter te kunnen maken. Je kunt de cookie instellingen aanpassen, anders gaan we er van uit dat het goed is om verder te gaan.