Waar ging het ook al weer over? Powerpoint en de valkuil van de digitale trukendoos.
Cookies op HigherLevel.nl
We hebben cookies geplaatst op je toestel om deze website voor jou beter te kunnen maken. Je kunt de cookie instellingen aanpassen, anders gaan we er van uit dat het goed is om verder te gaan.
ontwerpstudio
ontwerpstudio
Een Powerpoint-presentie op een regenachtige ochtend, een paar maanden geleden. Ik zit als publiek in de zaal. Alles beweegt op het grote scherm voor mij: kleurige grafieken komen van links en rechts het beeld ingerold, vallen van boven naar beneden en komen stuiterend neer. En met de stuiterende grafieken valt mijn concentratie naar een dieptepunt. Waar ging het ook alweer over?
Digitale trukendoos
Een veel gemaakte fout is te denken dat je de luisteraar vasthoudt door de presentatie zo leuk mogelijk te maken. Het gevaar van digitale presentaties maken is dat je al snel verleid wordt de hele trukendoos van een makkelijk toegankelijk programma als Powerpoint open te trekken. Het resultaat van leuke bewegende beelden en tekst is simpelweg verwarring en afleiding.
Vorm en verhaal
Een presentatie geven is in principe hetzelfde als het vertellen van een verhaal. Je wilt de luisteraar meenemen, vasthouden en uiteindelijk weer neerzetten met een dosis nieuwe informatie. Informatie die de luisteraar onthoudt. Om te zorgen dat vorm en verhaal elkaar versterken, is het van belang dat je eerst je verhaal op orde hebt. De vorm komt daarna.
Het Verhaal
Tijd en plaats
Kun je de presentatie in een grotere context plaatsen? Geef de luisteraar achtergrondinformatie, een kader waarin je je verhaal vertelt. Geef je publiek een gevoel voor tijd en plaats.
Personages
Als het mogelijk is, maak dan gebruik van personages in je verhaal. Betrek relevante personen, met naam, bij je presentatie. De luisteraar kan zich dan identificeren en raakt hierdoor meer betrokken.
Plot en verhaallijn
Wat is de plot van je verhaal? Voor een goed te volgen verhaallijn is het belangrijk dat de verschillende elementen van je presentatie op een duidelijke en interessante manier met elkaar verbonden zijn. Het plot van je verhaal is hierbij de leidraad.
Stemming
Wat is de toon van de presentatie? Welke stemming wil je oproepen? Deze wordt uiteindelijk, naast beeld en kleur, mede bepaald door je woordgebruik.
De Vorm
Tijd, plaats, eventuele personages, plot, verhaallijn en stemming zijn bepaald. Nu kun je beginnen met het vormgeven van je presentatie.
Het isolatie effect
Wat zijn de belangrijke punten en begrippen in je verhaal? Als je deze op een afwijkende manier presenteert, krijgen ze aandacht. Dit kan heel simpel door bijvoorbeeld tekst vet te maken. Het kan ook door ongewone woorden te gebruiken of afwijkende zinsconstructies. Door het 'isoleren' van deze elementen worden ze met meer belangstelling bekeken en beter onthouden. Het isolatie-effect werkt natuurlijk alleen als je er zuinig mee bent. Als je alles op een afwijkende en opvallende manier presenteert, valt niets meer op.
Vier, plus of min één
Hoe kun je zorgen dat lijstjes en opsommingen in je presentatie in een relatief korte tijd verwerkt én onthouden worden? Je publiek krijgt aardig wat informatie te verwerken. Het kortetermijngeheugen van de mens heeft echter grenzen. George Miller heeft een methode ontwikkeld die rekening houdt met die grenzen door informatie op te delen in kleinere eenheden: het maximum aantal brokjes informatie die het kortetermijngeheugen in het algemeen kan opnemen, is vier, plus of min één. Met andere woorden; een lijst met 5 woorden of begrippen gepresenteerd op een scherm wordt beter verwerkt dan een lijst met 10 woorden of begrippen. Heb je toch een lijst van bijvoorbeeld 10, deel die dan op in twee lijsten van drie en één lijst met vier woorden.
Ezelsbruggetje
Hoe maak je op een speelse manier gebruik van bij de luisteraar al aanwezige informatie? Door middel van ezelsbruggetjes kan nieuwe informatie gekoppeld worden aan (in het algemeen) bekende informatie in het geheugen van je publiek. Het gevolg is dat informatie beter opgenomen én onthouden wordt. In de presentatie kun je bijvoorbeeld algemeen bekende beelden laten zien die een beeldend bruggetje vormen met de nieuwe informatie die jij geeft. Of bekende woorden en uitdrukkingen in beeld brengen die duidelijk samenhangen met jouw nieuwe verhaal.
Kleur
Pas op met het gebruik van teveel kleur. Gebruik niet meer dan ongeveer vijf kleuren, meer kan een mensen-oog in één korte blik niet verwerken. En met het isolatie- effect in gedachten: als je alles met veel kleur presenteert, valt niets meer op. Denk ook aan de kleuren van je huisstijl. Bij een bedrijfspresentatie zou het belangrijk kunnen zijn om die herkenbaar door te voeren.
Gebruik kleur als ondersteuning. Met kleur kun je bepaalde elementen groeperen, betekenis geven en benadrukken.
Onzichtbaar
Als vorm en verhaal elkaar versterken, raakt de luisteraar verdiept in de inhoud van de presentatie, het bewustzijn vermindert en het medium verdwijnt naar de achtergrond. Het klinkt misschien gek, maar als je je werk goed gedaan hebt blijft de inhoud hangen en worden vorm en verteller 'onzichtbaar'. Doel bereikt.
Als je de digitale trukendoos goed gebruikt, dan kan Powerpoint een sterk onderdeel zijn van een zeer geslaagde presentatie.
Link naar reactie
Aanbevolen berichten
9 antwoorden op deze vraag