Nils de Witte

Het proces is als volgt: We praten eerst even aan de telefoon om te achterhalen of je kapitaalvraag wel bij ons netwerk past en wie van ons het beste een intakegesprek met je kan voeren. Voor het intake gesprek stuur je een inschrijfformulier in en als je hebt een korte uitleg van je businessplan. Als aan het eind van het intakegesprek blijkt dat het geen zin heeft om verder te gaan, krijg je je spullen terug en hoef je niets te betalen. Als blijkt dat het wel zin heeft om verder te gaan, maken we de inschrijving rond en gaan we investeerders benaderen. Bij het intakegesprek krijg je ook van ons te horen, hoe wij denken dat de investeerder naar je plan zullen kijken. In dit geval denk ik dat je contact op moet nemen met Fred Rodenberg van ons bedrijf. Hij is zelf ondernemer/investeerder geweest en weet vrij aardig hoe jouw wereld in elkaar zit. Zijn gegeven vindt je bij ons op de site

Ha Casiopea, Ik ben Nils van de NeBIB (bedankt voor je vriendelijke introductie Aleph). Op zich is dit een prima tijd om een business te starten. Het zal allemaal erg zunig en effient moeten (eerst orders en dan pas ontwikkelen) want de geldmarkt is krap. Niet dat er niet geïnvesterd wordt, want dat loopt wel. Wij hebben dit jaar ruim 20 bedrijven van investeerders voorzien en ABN-Amro ook. De bedragen zijn alleen vrij klein en de onderhandelingen duren nogal lang. Je moet je dan ook goed afvragen of je wel een investeerder wil. Wegen de tijd en het ongenoegen wel op tegen wat geld en goede raad die daar tegenoverstaat. Veel nieuwe innovatieve bedrijven starten tegenwoordig zonder extern risicodragend vermogen en slagen daar over het algemeen erg goed in. Je moet ook weten hoe aantrekkelijk de investeerders jouw voorstel vinden. Misschien ben je zelf overtuigd van de kwaliteit van je voorstel, maar dat is minder relevant. De investeerders moeten het een goed voorstel vinden. Zij zien echter een heleboel voorstellen. Je moet zien te achterhalen hoe jouw voorstel "in de markt ligt" voordat je ze gaat benaderen. Maar ja, als je het geld echt nodig hebt, dan kom je niet om de investeerders heen. Maak dan van de nood een deugd en zorg dat je een "goede" investeerder krijgt. Ik denk dat je in deze fase het beste ik contact kan zien te komen met "bevriende" investeerders, die kan je vragen wat ze van je voorstel vinden, zonder meteen om geld te zeuren. Vraag je om geld, dan is het antwoord meestal nee, vraag je om hun mening, dan hoor je tenminste wat ze vinden. Je kunt een keertje bij ons langskomen, of naar ABN-Amro (Informal Investment services) gaan, of je kan meedoen aan New Venture. Dan weet je meteen hoe jouw plan zich verhoudt tot de andere plannen die in omloop zijn. Vriendelijke groeten, Nils de Witte

HA SlowikPL, Focus is inderdaad belangrijk omdat de activiteiten weinig met elkaar te maken hebben. Je computerreparatieplan kun je op haalbaarheid analyseren door het maken van een standaard onderneminsplan. Volgens mij kun je daar zelf easystart van de KvK voor gebruiken. Wat betreft vergunningen en wetten, heb je alleen te maken met een passende hinderwetvergunning voor het pand waar je in zit. Kun je navragen bij de gemeente. De overige vragen komen aan de orde bij het schrijven van je ondernemingsplan. Op zich vindt ik je plan om je relaties in Polen te gebruiken om een bemiddelingsbureau op te zetten ook wel goed. Zit misschien iets meer onderscheidend vermogen in. Ik heb wel wat ervaring met internationale agenten en het is niet heel moeilijk om zo'n bedrijf te beginnen. Er is wettelijk zelfs niets voor nodig. Het is wel handig om een positie te kiezen als bemiddelaar. Wie worden je primaire opdrachtgevers. Ga je in Nederland achter afnemers aan en ga je in hun opdracht in Polen capaciteit inkopen of zoek je in Polen een of meer producenten en ga je hen vertegenwoordigen in Nederland. Dat laatste lijkt mij overigens het slimste. Als je Poolse producenten kan overtuigen dat ze jouw benoemen als hun agent, dan willen ze mischien ook wel een hele kleine fee betalen om in je onkosten te voorzien. Het echte geld moet je natuurlijk verdienen met commissie op de orders die je voor die bedrijven binnensleept. Wat betreft je geldbehoefte: in geloof dat je nu in de bijstand zit. Dan kom je in aanmerking voor de BBZ regeling. Je kunt geld krijgen en een uitkering gedurende de opstart van je bedrijf. Informatie kun je krijgen bij de sociale dienst. Veel succes en vriendelijke groeten, Nils

Ha Club662, Voor je naar de KVK gaat heb je niet veel nodig. Een eenmanszaak of een Vof is zo ingeschreven. Je heb een naam nodig, een vestigingsadres, een doelstelling en de persoonsgegevens van de oprichter(s). Klaar is Kees, de rest vertellen ze je wel bij de kamer. (je inschrijving wordt opgenomen in de staatscourant en je moet je aanmelden bij de belastingsdienst) Om een business te starten moet je natuurlijk wat meer weten. Een businessplan helpt daarbij. Daarin staan ook allemaal keuzes die je maakt. Waar ga je je business vestigen. Wat heb je nodig. Waar haal je het geld vandaag. Worden je maten (mede) ondernemer, of komen ze bij jouw in dienst. Wat voor afspraken maak je met je leverancier. Wat voor afspraken maak je met je afnemers (leveringsvoorwaarden). Het is eigenlijk een soort plan van aanpak. Je schrijft eerst op wat je weet en vervolgens zet je dat op een rijtje. Je ziet vanzelf dat er witte vlekken in je plan zetten. Die vlekken leiden tot vragen die je nog hebt. Vervolgens ga je die vragen een voor een beantwoorden. Op dit forum denken we graag over die vregen met je mee. Groeten, Nils de Witte

Wat moet een minister hier aan doen? Een soort dienstplicht voor Beta studenten instellen. 1 op de 5 "Able Bodied Men" moet verplicht 4 jaar naar een technische universiteit? Ik denk dat Philips, Akzo en Océ beter geen MBA'ers meer aan kunnen nemen. Het cariére perspectief van techneuten bij grote bedrijven is belabberd. Als je geen topper bent sta je de rest van je leven te pipeteren in een lab. Doorstroming naar het zachte management pluche is niet mogelijk. Die posities worden allemaal bezet door bedrijfskundigen. Geen wonder dat de studenten liever niet de exacte kant kiezen. Geen carriére perspectief. Daar kan een minister niets aan veranderen.

Er zit in ieder geval geen vervolgschade in (omzetverlies e.d.), dat is al heel wat. Ik heb hier alweer geen vestand van, maar het lijkt erop dat de klant eist dat hij "zelf" schade en gebrekkig functioneren mag laten repareren op jouw kosten. Dat lijkt me wat stug. Dat je aansprakelijk bent als je materiele schade aanricht, dat staat in de wet en kan aan de rechter worden worden voorgelegd. Dat je niet betaald wordt als je een slechte prestatie leverd, is ook normaal. Je moet dan wel in de gelegenheid gesteld worden op de zaak te repareren. Het is niet normaal dat je klant reparaties door derden laat uitvoeren en jouw de rekening toestuurd. Dat mag hij wel doen, maar jij hoeft die rekening niet te betalen als die niet "terecht" is. De rechte bepaald dan in het uiterste geval wat redelijk is. Volgens mij teken je een blanco cheque als je met deze voorwaarden accoord gaat. Ik zou niet accoord gaan met de voorwaarden. Maar ik zou dat iets omzichtiger vertellen. Vraag je klant waarom hij die voorwaarden in het contract wil. Misschien heeft hij slechte ervaringen gehad. Probeer dan met meer gebruikelijke garanties de klant zekerheid te geven dat je aan je verplichtingen kunt voldoen. Ik weet dat er bij grote internationale projecten gebruikgemaakt wordt van een "performance bond" een bankgaratie, vertrekt door de leverancier met een waarde van 10 tot 15 procent van het project, die pas opgeheven wordt als allees naar behoren werkt. Werkt het niet, dan kan de klant dat geld gebruiken voor reparaties. Lijkt me een goed idee als Lawman nog zijn zegje doet. Groeten, Nils

4 dagen praktische verkooptraining door Albert Akkermans, klik hier voor meer informatie At your service, Nils

Dreamstart heeft keihard onderhandeld en bedongen dat de actieve HL deelnemers een fikse korting krijgenals zij zich aanmelden voor de cursus. Groeten, Nils

Beste Arjan, als dit echte beleggers zijn (en daar lijkt het wel een beetje op), zullen ze de zeggenschap over het bedrijf niet willen delen. Ze zorgen ervoor, dat ze altijd het laatste woord hebben, ongeacht wat je met ze afspreekt. Dat ligt in hun aard. Ze zijn er meestal ook vrij eerlijk over. Wij zijn de baas, punt uit. Ik vraag me af wa hun reactie is als je aankomt zetten met je letteraandelen voorstel. De kans is groot dat de reactie dan "punt uit" is.

Arjan, als het hier alleen om vermogen ging, dan klopt het wat je zegt. Maar het gaat hier ook om zeggenschap. De investeerders geven een duidelijk signaal af, dat ze de baas willen zijn en blijven. Dat is een slechte zaak. Investeerders zijn investeerders en ondernemers zijn ondernemers. Als je investeerders ondernemer wil worden moet de ondernemer wat anders gaan doen. Daar zit je als ondernemer dacht ik niet op te wachten, of de investeerders moeten de ondernemer gewoon uitkopen. Dan is het voortaan hun zaak. Groeten, Nils

Ja Dennis, ik weet het ook niet. Sommige mensen vinden het "stoer" om een bod uit te brengen. Het is dan niet de bedoeling dat het geacepteerd wordt. Maar de kans bestaat dat dat wel zo is. Dat is spanned en doet het leuk als verhaal bij je "vrinden" in de kroeg. Een soort "ramptoerisme"? Of zoaiets als gevaarlijke sporten, zoals off-shore powerboat racen? Het is in ieder geval lekker goedkoop! Groeten, Nils

Ha Pepsimax, Het gaat de goede kant op. Je bent er nog niet, maar het gaat de goede kant op. Wat de investeerders beweegd op een onaanvaardbaar voorstel (want dat is het denk ik wel) te doen, weet ik niet, daarvoor zou ik de investeerder moeten kennen. Gezien de omschrijving "bekende investeerders" en hun bod doen ze me meer denken aan beleggers dan aan investeerders. Aan beleggers heb je in deze fase van je onderneming helaas niet veel. De redenen waarom ze zo'n bod doen kan verschillend zijn. Dit afhankelijk van het "soort"investeerder dat je tegenover je hebt. - Het lijkt me in ieder geval geen openingsbod, want het bod geen een duidelijk signaal af. Zij willen de baas zijn. Als ze nu nog accoord gaan met een minderheidsparticipatie, dan zijn het wel hele onhandige onderhandelaars. - Het kan zijn dat het ordinaire beleggers zijn en die willen altijd de baas zijn. - Het kan zijn, dat het echte investeerders zijn en dat ze je business wél zien zitten maar jouw als ondernemer niet. Dan heeft verder onderhandelen geen zin. - Het kan zelfs zo zijn, dat ze ook je business niet zien zitten en zomaar een bod doen. - Het kan zijn, dat het ged dat zij nu investeerdern veel meer waard is dan de onderneming op dit moment (waardiring met behulp van discounted cashflow). Op zich hebben ze dan recht op een groter aandeel dan jij. Maar het streven is, als jij je targets haald, dat je via opties e.d. weer de meerderheid kan verwerven (zonder extra cash te storten). Echter het feit dat ze niet willen zakken onder de 50% doet mij weer achter mijn oren krabben. Aan de andere kant, willen echte beleggers altijd 51%. Een lastige afweging dus. Als je wilt kun je me de naam van de investeerders toemailen, misschien ken ik ze en kan ik het verhaal beter plaatsen. Groeten, Nils

(uit Financiële Dagblad 24-10-2002 van de site van minez.nl) Intervieuw van Hans Maarsen met Drs Rein Bemer, directeur-generaal voor innovatie bij het ministerie van Economische Zaken. Te weinig universiteiten patenteren vindingen Zelden laten onderzoekers op de universiteit hun vindingen patenteren. Bijkomend probleem is dat Nederland het enige land is dat bezuinigt op innovatie. Zelden laten onderzoekers op de universiteit hun vindingen patenteren. Dat is een beetje beneden hun stand. Het gevolg is dat de economie onvoldoende profiteert van wetenschappelijke kennis. Reden voor het ministerie van EZ om een octrooifonds in de strijd te werpen. Universiteiten moeten niet alleen onderwijs bieden, ze moeten ook kennis overdragen aan de maatschappij. Dat staat gewoon in de Wet hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Drs Rein Bemer, directeur-generaal voor innovatie bij het ministerie van Economische Zaken, heeft het even opgezocht. Om er vervolgens een academisch gezelschap vorige week bijeen in Den Haag mee te confronteren. Want het delen van universitaire kennis gaat schoorvoetend. Zeker als die kennis gebruikt wordt om er geld mee te verdienen. Voor een rechtgeaarde wetenschapper is dat vloeken in de kerk. Fundamenteel onderzoek moet ongebonden zijn en niet worden ingegeven door commerciële overwegingen. Bemer heeft een andere verantwoordelijkheid. Hij moet zorgen dat de economie blijft draaien, is het niet op lage Ionen, dan wel op nieuwe technologie. Daarvoor is nodig dat het bedrijfsleven lijntjes heeft lopen met universiteiten en publieke onderzoeksinstellingen. In de VS hebben ze dat al langer begrepen. En in toenemende mate ook in het Verenigd Koninkrijk. Nu de rest van Europa nog. Bemer is niet zonder hoop. Hij ziet een kentering in de opstelling van wetenschappers - Bestuurders van Nederlandse universiteiten houden de deur niet langer dicht, is zijn stellige indruk. 'Exploitatie van kennis is sinds kort bespreekbaar. Ik kom bij alle colleges van bestuur over de vloer en nergens vang ik bot.' Die omslag schrijft hij toe aan een geruchtmakende speech van Annemarie Jorritsma, een halfjaar geleden gehouden in Utrecht - Als toenmalige minister van EZ deed zij een dringende oproep aan de universitaire wereld de principiële discussie te laten varen en toch vooral de blik naar buiten te richten. Wees niet bang voor vraaggestuurd onderzoek', luidde haar boodschap. Ofwel: neem je maatschappelijke verantwoordelijkheid als onderzoeker en draag bij aan innovatie. Maar de contacten zijn broos. Dus rnoet EZ omzichtig manoeuvreren. We gaan de pin niet uit de handgranaat trekken. Fundamenteel onderzoek moet vrij blijven. Dat gaan we niet sturen - Er behoort ruimte te zijn voor onverwachte resultaten.' Doet een onderzoeker een interessante vondst, dan wil het bedrijfsleven daarmee wel zijn voordeel doen - Nu is sprake van een onbenut potentieel. Hoge budgetten voor publieke research weerspiegelen zich niet in economische vernieuwing. Nederland scoort daarmee nog iets slechter dan gemiddeld op het Europese continent. Om daarin verandering te brengen, moeten onderzoekers zich bewuster worden van het nuttig gebruik van hun vinding. Is commerciële toepassing mogelijk, dan moeten zij niet schromen octrooi aan te vragen. Daarvoor mogen universiteiten hun reguliere budget gebiuiken. 'Tot dusverre gebeurt dat hap-snap. Maar een octrooibeleid kun je er niet even in de namiddag bij doen.'De TU Delft heeft een eerste stap gezet met de aanstelling van een 'technology transfer officer'. Nog liever zou EZ zien dat universiteiten een octrooigemachtigde in de arm nemen orn de kennisexploitatie veilig te stellen. Dat is echter een kostbare aangelegenheid. 'Een patent in de lucht houden', zoals Bemer het uitdrukt, kan tienduizenden euro's kosten. De verdiensten volgen pas later. Als steuntje in de rug overweegt EZ de oprichting van een octrooifonds. Doel is leningen te verschaffén voor financiering van patenten. De opbrengst uit toekomstige licenties vloeit vervolgens terug in het fonds- Zo ontstaat een 'revolving fund'. Het kan eenvoudiger. Door uitvindingen aan den volke bekend te maken. De Amerikanen noemen dat 'bill boarden'. Wie brood ziet in een vinding, betaalt voor de verrichte research. Hoe dichter het onderzoek bij de markt staat, hoe hoger de vergoeding. Zo kunnen universiteiten een nieuwe bron van inkomsten aanboren. De EZ-top zal pas echt opgelucht ademhalen als er een EU-octrooi totstandkomt. Daarmee is een uitvinding meteen beschermd in alle 15 lidstaten. Het wachten is op een doorbraak over de vraag in welke taal een patent wordt beschreven. 'Staak die haarkloverij en kies voor het Engels als wereldtaal', zo riep onlangs een biochemicus op een congres in Gerona. 'Het was uit mijn hart gegrepen', zegt Bemer. Hij vermoedt dat de dwarsliggers pas toegeven als zij iets terugkrijgen. 'Het zal uitmonden in een panEuropese ruil van grote dossiers.' Intussen wijken aanvragers van octrooien uit naar de VS, waar de procedures korter en goedkoper zijn. Het gevolg is dat vindingen in Europa minder bescherming genieten en makkelijker te kopiëren zijn in de EU. Dat heeft een negatief effect op het concurrentievermogen van de Unie. De tijd dringt, meent Bemer, Nederland ervaart hevige concurrentie van hightech centra in omringende landen. De universiteit van Leuven heeft een sterke band met het bedrijfsleven, evenals Cambridge. En dankzij regionale steun weet de Duitse deelstaat Beieren zich omhoog te werken in de biotechwereld. Overal in Europa zie je kopieën van Silicon Valley ontstaan. Nederland steekt daar nog magertjes bij af, al presteert Twente volgens EZ verdienstelijk in de nano-technologie. 'Zonder geld ben je nergens', zegt Bemer. Geld is geen probleem in omringende landen. Wel in Nederland. 'Wij zijn het enige land dat bezuinigt op innovatie. Premier Blair heeft de Britse academie voor wetenschappen beloofd het innovatiebudget op te rekken. Tegelijk ziet EZ het budget gekort worden met ? 240 min, waarvan ? 135 min op technologiesteun.' In het strategisch akkoord van het gevallen kabinet-Balkenende kornt het begrip 'kennis' niet voor. Bemer spreekt van een gemiste kans. Een nieuw regeerakkoord biedt nieuwe kansen. 'De urgentie is toegenomen met de verslechterde economische toestand.'

Artikel van Jan Libbinga in Emerceover business Angels in Nederland. Groeten, Nils

Creëer uw eigen Momentum 4 december 2002 Nederlands Congres Centrum, Den Haag Nederland wil een kennisinfrastructuur van wereldformaat creëren op het gebied van genomics. Nu wij samen met u de nationale strategie hebben bepaald, wordt het tijd om deze gezamenlijk te gaan invullen. Genomics Momentum 2002 staat geheel in het teken van de nationale strategie. Genomics Conference De dag begint met een aantal plenaire presentaties. Diverse sprekers gaan nader in op het nationaal beleid van onze Centres of Excellence. U hoort wat de belangrijkste pijlers en de eerste resultaten van onze benadering zijn. Ook vertellen zij u over de internationale praktijk. Genomics Plaza In de middag krijgt u alle gelegenheid om uw eigen Momentum te creëren, op en rond Genomics Plaza. Dat is de plaats waar u vakgenoten, beleidsbepalers, beslissers en andere vertegenwoordigers van betrokken organisaties uit de wereld van genomics ontmoet. Er is volop ruimte voor discussies, brainstorms en korte presentaties. Tevens worden op het podium deelsessies ingeleid. Een bezoek aan deze parellelle sessies is de moeite waard als u inhoudelijk de diepte in wilt. Genomics Momentum 2002 is een initiatief van het Nationaal Regie-Orgaan Genomics en Senter IOP Genomics. Momentum 2002: een uitstekende gelegenheid om te netwerken en direct aan te haken bij de nationale strategie.

Wat een leuke verhalen heeft willem geschreven. Met genoegen gelezen! Dank je Willem, groeten, Nils

Ik ben het vrij grondig met Decorum eens. Sales is niet moeilijk. Ik ken overigens wel een paar IT bedrijgen (met eigen software producten) die het maken van afspraken voor verkoopgespreken doen in samenwerking met belbedrijven. Adressenlijsten en "pitch" worden samen met het belbedrijf samengesteld en die doen het "cold calling" (het naarste gedeelte van het salestraject) en maken afspraken voor de ondernemer met de juiste persoon voor een verkoopgesprek. Werkt als een speer, als je een goed belbedrijf kunt vinden en zelf ook meedenkt over de pitch en de mensen waarmee je een afspraak wil maken. Groeten, Nils

Het recht van de sterkste is geen natuurwet. Eén op één mischien wel, maar van die situatie is bijna nooit sprake. "de sterkste" staat tegenover een grote massa. Als de sterkste potentatische neigingen krijgt (Tsaar Nicolaas II, Hitler, Bell, Microsoft) gaat "het volk" morren en komt in verzet. De sterkste heeft de macht bij de gratie van de massa. Eigenlijk is de massa het sterkste (op de lange termijn tenminste). En het gedrag van de massa wordt bepaald door sociale wetten en niet door natuurwetten. In de economie is "beste" ook vaak "slimste", tenminste als je je niet beperkt tot techniek. De beste ondernemer is niet altijd de slimste op technische gebied, maar de slimste op commercieel gebied. En commercie heeft helemaal niets met techniek te maken. Bij commercie gaat het alweer om sociale processen en psychologie. Wat betreft je derde vraag: Ik weet niet wat je verstaad onder "agressief beleid". Als dat betekend dat je je agresssief opsteld naar je klanten, dan lijkt me dat weinig zinvol. Dat verlangd een machtbasis naar die klanten toe. Microsoft kan dat bijvoorbeeld, maar op de lange termijn werkt dat tegen je. Als je agressie zich richt op je concurrenten, dan heeft dat zeker zin ja. Microsoft is in zijn machtpositie geraakt, mede door medogenloos op te treden naar zijn concurrenten. Het is alleen beter dat je klanten er niet te veel van merken en dat is vaak wel het geval. Een agressief bedrijf zal zijn agressie ongewild aan zijn klanten tonen, en dat vindt niet iedereen altijd even prettig. Dus ja: tegen je concurrenten zou je medogenloos moten zijn en tegen je klanten juist erg sympathiek. Vergist je echter niet in de loyaliteit van je klanten. Die kan zo omslaag in afkeer als je niet oppast. Groeten, Nils

Ter uwer informatie. Wat is allemaal is weet ik niet. Veel Broeva Haro. Nils

OK, wat zijn de beste salestrainingen, waar richten ze zich op en wat kosten ze? Lets start here! nils

Volgens bijgaand artikel uit het FD hebben in de technologie sector alleen de marktleiders kans op overleving. Het is een goed artikel, met een grond van waarheid, maar wat betekend dat voor nieuwe innovatieve bedrijven? Ook Microsoft, Intel, Nokia en Cisco zijn ooit met niks begonnen! Inderdaad, je moet bij de start van je bedrijf al marktleider zijn, in ieder geval in je eigen sector. Kwestie van marktdefinitie lijkt mij. Groeten, Nils bron: www.fd.nl SECTORANALYSE BEURS EN BEDRIJF Alleen de beste telt in hightech Publicatiedatum: 18/10/2002 In barre tijden wenden de afnemers zich af van de zwakkere broeders VAN ONZE REDACTEUR AMSTERDAM - De marktleider in de hightech-industrie doet het goed. Vanaf nummer 2 zijn er problemen, omdat nummer 1 in moeilijke tijden alles wegzuigt. 'The winner takes it all', zoals een bekend poplied luidt. 'Nokia heeft het nog steeds aardig voor elkaar. Veel concurrenten zitten in de problemen. Nokia blinkt uit in logistiek en in zijn vermogen om toeleveranciers onder druk te zetten.' De Duitser Henning Kelch is vermogensbeheerder bij Commerzbank en hij typeert donderdag vanuit Frankfurt de resultaten van Nokia. Het Finse bedrijf heeft zojuist bekendgemaakt dat het zijn winst in de maanden juli tot en met september heeft weten te verdrievoudigen (naar euro 610 mln) op een 2% hogere omzet. De grootste fabrikant van mobieltjes ter wereld uit Espoo, een voorstad van Helsinki, voorspelde tegelijk dat het marktaandeel gaat wegroven van de concurrentie. Het is een patroon dat in de hightechsector steeds vaker terugkeert. In moeilijke tijden is de marktleider door zijn kapitaalkracht en schaalgrootte nog in staat te innoveren, terwijl nummer twee alle zeilen moet bijzetten alleen al om te overleven. Zo is Motorola, de nummer 2 op de markt van mobiele telefoons, achterop geraakt. Door de afgelopen twee jaar ruim een derde van het aantal banen te schrappen, kon het bedrijf uit Schaumburg in Illinois (VS) nog aan een derdekwartaalwinst komen van $ 111 mln. Maar jongstleden woensdag moest Motorola daarbij wel melden dat er omzet wegloopt (minus 14% op $ 6,37 mrd). Nokia heeft daar geen last van, omdat het blijft investeren in nieuwe modellen. Er kwam dit jaar een hele serie nieuwe mobieltjes met onder meer kleurenschermpjes. Nokia ontmoette aanvankelijk nogal wat scepsis, maar een analist bij de Franse verzekeraar AXA in Londen keerde donderdag op zijn schreden terug. 'Geleidelijk groeit het besef dat mensen bereid zijn nieuwe modellen te kopen als er extraatjes zijn zoals kleurenschermpjes. Het derde kwartaal van Nokia levert het bewijs. Waarschijnlijk versterkt dit zich in het vierde kwartaal.' Ook de halfgeleidermarkt laat zien dat in barre tijden de nummer 1 de rest in de vangrail drukt. Het Californische Intel is veruit de grootste chipfabrikant en gaat weliswaar maar voorzichtig vooruit, maar nummer twee vaart achteruit. Hoewel de resultaten teleurstelden gezien de wel erg optimistische verwachtingen van analisten - tegenwoordig een beursfactor die een geheel eigen leven leidt - behaalde Intel toch een nettowinst van $ 686 mln. In het derde kwartaal van 2001 was dat $ 106 mln. Concurrent AMD (Advanced Micro Devices) kon daar bepaald niet bij aanklampen. Het verlies liep op van $186,9 mln naar $ 254,2 mln. De Pentium-chips van Intel zijn dan ook de standaard. Gezien de slechte markt - bedrijven noch particulieren zien de noodzaak om nieuwe en nog snellere pc's te kopen - is de concurrentie van reus Intel tegenwoordig hevig. AMD probeerde de positie van zijn Athlon-processors te verdedigen door zijn prijzen te verlagen. De omzet viel desondanks met eenderde terug.De prijsacties drongen het bedrijf verder in de rode cijfers. Bij de aanleg van netwerken voor dataverkeer is Cisco Systems de grootste. 'Doen we het beter dan onze concurrenten? Ja. Onze omzet groeide het laatste jaar met 12% en die van onze top-10 concurrenten daalde met 44%'. Dit was Cisco-directievoorzitter John Chambers aan woord op 6 augustus over het resultaat over het tweede kwartaal. Ook Cisco lijdt onder de malaise in de ict-markt, maar het bedrijf kan intern door zijn schaalgrootte nog zo veel synergievoordelen en bezuinigingen behalen dat het in de plus blijft. Opdrachtgevers en afnemers willen zeker weten dat een bedrijf niet failliet gaat tijdens de uitvoering van een project en dat de afgeleverde infrastructuur (optische versterkers, verdeelcentra, et cetera) op termijn aangesloten kan worden op nieuwe technologie of kan worden uitgebreid. Ervaring leert dat alleen de oorspronkelijke leverancier dat goed kan. Een concurrent als Nortel is voornamelijk bezig met overleven. Het bedrijf uit de Canadese provincie Ontario heeft alleen al vorig jaar 50.000 mensen ontslagen. In onzekere tijden trekt de kapitaalkracht van de sterkste steeds meer van de markt naar zich toe. Toen er twijfels ontstonden over de betrouwbaarheid van de cijfers en daarmee over het voortbestaan van het softwarebedrijf van de gebroeders Baan was het eigenlijk over. De afnemers van de bedrijfssoftware liepen weg naar bijvoorbeeld SAP. Angst voor het ontbreken van nieuwe updates en onderhoud joeg de klanten de Veluwe af. GERT VAN DER HAVE Copyright © 2002 Het Financieele Dagblad

Dat is het lastige van tekst. De intonatie komt niet goed over. Nee, het is niet sarcastisch bedoeld, maar ik heb wel pret. 8) Sales en dan met name New Business Sales ik voor nieuwe innovatieve bedrijven een groot probleem. De afgelopen twee jaar blijkt de sales voor die nieuwe bedrijven een groter probleem te zijn dan het aantrekken van financiering. En dat is nog steeds zo. Ik ben al een paar weken aan het nadenken wat we zouden kunnen doen om dat probleem wat verteerbaarder te maken voor de ondernemers. Nu moet ik toegeven dat sales ook niet mijn sterkste kant is. Ik ben meer een marketing man die wat kan verkopen, maar echte sales, dat is toch wat anders. En dan kom jij met een oplossing van het probleem in drie regels! Dan moet ik inderdaad even glimlachen. Maar ff serieus, ik denk heel hard na over manieren om ondernemers te helpen bij hun sales. Deze draad komt dus als geroepen. Kunnen jullie ook meedenken. Groeten, Nils

Hé nou weet ik alles. Lijkt me een fluitje van een cent. Ik ga meteen aan de slag! Ik laat wel weten wanneer de orders binnenstromen. ;) Groeten, Nils

Het is goed mogelijk dat dergelijke specifieke branche gegevens gewoon niet bestaan. Dat moet je dan zelf onderzoeken. Vraag een paar grote fietsenwinkels hoeveel van dergelijke karretjes ze verkopen, of probeer via de producent of importeur gegevens los te krijgen, http://www.burley.com/ BTW, ik heb al bijna 10 jaar zo'n karretje, eerst voor mijn kinderen, nu voor de hond. Wil je wat vertellen over jouw productidee? (oppassen dat je geen geheimen prijsgeeft) Dat vinden wij leuk op HL. 8) Groeten, Nils

Landelijk: Landelijke Startersdag 2 november 2002 17-10-2002 Nieuw initiatief kamer van koophandel Op 2 november organiseert de kamer van koophandel de eerste landelijke Startersdag. Met deze Startersdag wil de kamer van koophandel startende ondernemers bereiken in een zo vroeg mogelijk stadium van hun voorbereiding. Op 24 lokaties in het land worden in totaal 8.000 startende ondernemers verwacht. Goed voorbereid aan de slag Met het afbouwen van de Vestigingswet (1999) is het eenvoudiger geworden om in Nederland een bedrijf te starten. De voorbereiding voor het starten van een eigen onderneming krijgt vaak te weinig aandacht. Ruim 40 % van de startende ondernemers in Nederland geeft toe dat ze geen ondernemingsplan hebben gemaakt of zich helemaal niet hebben voorbereid op hun bedrijf. De Startersdag speelt in op deze ontwikkelingen. De Startersdag helpt bij een goede voorbereiding van de starter op zijn ondernemerschap. Zo wordt de kwaliteit van startend ondernemerschap in Nederland gestimuleerd. Compleet aanbod Tijdens de Startersdag kan de startende ondernemer, of iemand die nog slechts met “een goed idee” rondloopt, zich uitgebreid oriënteren. Er is een infomarkt en er zijn workshops over uiteenlopende aspecten van het ondernemerschap. Bovendien kunnen bezoekers individueel gesprekken voeren met adviseurs op het gebied van wetgeving, belasting, financiën en bedrijfsvoering. Binnen één dag kan de startende ondernemer zich een goed beeld vormen van de eisen die het ondernemerschap stelt. www.kvk.nl/startersdag