Lex van Roode

Beste Mimi, Er lijkt bij de boekhouder zeker iets mis te zijn gegaan. Privé-opnames en -onttrekkingen van een eenmanszaak blijven nooit afzonderlijk op de balans staan, maar worden bij de jaarafsluiting in het ondernemingsvermogen verwerkt. Dat had dus ook bij de jaarafsluitingen van 2013, 2014 en 2015 moeten gebeuren. Dit nog los van ten onterechte als privé-uitgaven aangemerkte zakelijke kosten. Een aanslag inkomstenbelasting die van de zakelijk bankrekening is betaald, is inderdaad een privé-uitgave.

Voor de BTW-aangifte (uiterlijk 31 juli) is niet van belang welke grootboekrekening wordt gebruikt. Daarbij speelt alleen de vraag: Is de voorbelasting aftrekbaar? Verplaatsing van kosten naar een andere grootboekrekening kan daarna altijd nog.

Bij de IB-aangifte vul je inderdaad ook alle bedragen in afgerond op hele Euro's. Alleen moeten veel totalen, zoals die van de verlies-en-winstrekening, balans, privé-onttrekkingen en -stortingen blijven aansluiten bij je eigen administratie (in centen). Daarom moet je bij het invullen van individuele bedragen grotendeels de normale afrondingsregels hanteren. Soms moet je wel een Euro smokkelen om een en ander kloppend te krijgen.

Hallo Nathan, Jouw berekeningen en ingevulde bedragen kloppen helemaal. Je zou de BTW nog in jouw voordeel mogen afronden op € 14, maar dat is een kleinigheid. Bij grotere inkoopbedragen is een inkoopverklaring verplicht. Kleinere bedragen zijn inderdaad wat meer fraudegevoelig. Meestal zijn er hiervan ook nog bankafschriften en e-mails.

Ik neem even aan dat de margeregeling inderdaad kan worden toegepast. Bij grotere inkoopbedragen is wel een inkoopverklaring nodig. Je telt de marge (exclusief BTW) en de bijbehorende BTW bij de bedragen links en rechts in rubriek 1a of 1b. Dit doe je overigens alleen bij een positieve marge (in dit kwartaal). Vroeger stond er op de website van de belastingdienst een uitgebreide toelichting op de margeregeling. Deze is grotendeels nog steeds van toepassing (alleen is het hoge BTW-tarief inmiddels 21% geworden). Gelukkig heb ik hem bewaard: zie hieronder. BTW bij handel in gebruikte goederen

Zakelijke en/of privé-kosten vormen inderdaad vaak aandachtspunten. Soms willen ze ook zien of zakelijk aangeschafte zaken (PC, telefoon) daadwerkelijk (nog) aanwezig zijn. Verder is het heel afhankelijk van de omstandigheden. Als je contante inkomsten en uitgaven hebt, willen ze een kasboek of kassasysteem zien, bij zakelijke kilometers een kilometeradministratie (mogelijk in combinatie met een agenda) en grotere horeca-uitgaven. Bij mijn recente onderzoeken gingen ze beide keren eerst bij mijn klanten op bezoek. Bij een ZZP-er was dat op het huisadres, bij een winkelier was dat in de winkel. Bij kleine zelfstandigen kost zo'n onderzoek inderdaad meestal meer dan het oplevert.

Ik heb eerder dit jaar ook 2 van deze onderzoeken (voor mijn klanten) gehad. Het laatste daarvóór dateerde van meer dan 10 jaar terug. Bij navraag werd mij verteld dat het om willekeurige steekproeven ging, zonder specifieke aanleiding. Bij elk onderzoek werd er eerst een bezoek aan de klant gebracht (bij één klant op diens verzoek in mijn aanwezigheid) en daarna een dag op mijn kantoor. Beide onderzoeken verliepen overigens in een prettige sfeer.

Beste Mark, Misschien moet je dan even kijken naar de berekening aan het eind van het belastingprogramma. De winst uit onderneming zou met € 50.000 moeten zijn verhoogd vanwege de OR-afname (per saldo). Bij de aftrekpost voor lijfrentes zou € 55.000 moeten staan vanwege de betaalde premies. Per saldo is er dan een (extra) aftrekpost van (circa) € 5.000 (afgezien van de MKB-vrijstelling). Misschien moet je (om dit te bereiken) invullen: € 55.000 wegens afname OR, "waarvan" € 5.000 in 2018. Zoals ShopTillYouDrop al aangaf: het belastingvoordeel van lijfrente-opbouw en -uitkering blijkt pas later. Doorgaans gaan de de lijfrente-uitkeringen in na de AOW-leeftijd (bij mij lopen ze inmiddels). Het belastingtarief is dan meestal (deels) zo'n 18% lager (dat is de AOW-premie). Uitkering vóór de AOW-leeftijd is aan (meer) beperkingen onderhevig en vaak minder voordelig.

Dat kan, zie mijn laatste alinea. Als je een aparte zakelijke bankrekening hebt, had je dan beter nog in 2017 een privé-opname kunnen doen. Je moet nu het banksaldo per 31-12-2017 splitsen in een zakelijk deel en een privé-deel. Het zakelijk deel zet je dan op de balans. Het privé-deel beschouw je dan als (extra) privé-opname en hoort in Box 3 (privé spaargeld). Edit: Norbert doelde hier ook al op.

Beste Mark, Je doet het meeste goed, maar niet alles. Ik heb even een voorbeeld uitgewerkt: - Winst (zonder afname OR) = € 40.000 - Ondernemingsvermogen per 1-1-2017 = € 60.000 = € 10.000 eigen vermogen + € 50.000 OR - Privéopnames in 2017 = € 40.000 (= volledige winst) - Lijfrente-storting = Afname oudedagsreserve = € 50.000 Door de afname van de oudedagsreserve wordt: - de winst met € 50.000 verhoogd (automatisch) - de oudedagsreserve op de eindbalans verlaagd met € 50.000 (zelf invullen), nu dus € 0 - het eigen vermogen op de eindbalans met € 50.000 verhoogd (zelf invullen), nu dus € 60.000 Wijzigingen in toelaatbare reserves Afname oudedagsreserve = € 50.000 Totale winst wordt nu € 40.000 + € 50.000 = € 90.000 Hierop wordt nog de MKB-vrijstelling toegepast. Uitgaven > Uitgaven voor lijfrente Uitgaven in 2017 = € 50.000 Premies i.v.m. afname oudedagsreserve = € 50.000 Los hiervan zou er nog een (extra) privé-onttrekking kunnen zijn wanneer je hiervoor daadwerkelijk een bedrag hebt overgeboekt vanaf je zakelijke bankrekening.

Voor de belastingdienst is dat geen probleem. Zorg er wel voor dat op alle facturen van boven € 100 de bedrijfsnaam wordt vermeld. Het is overzichtelijker om zakelijke uitgaven met een zakelijke bankrekening te betalen. Boekhouders (zoals ik) geven daar ook de voorkeur aan. Bij KNAB voor € 5 per maand, bij andere banken soms het 1e jaar gratis.

Overigens is die 2,7% het maximumbedrag. Onder voorwaarden geldt een lager bedrag. Zie deze (helaas erg zacht geluid).

Ik neem aan dat je dit regelt met een "Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto". Deze heeft alleen betrekking op de inkomstenbelasting. Voor de BTW geldt er zonder kilometeradministratie nog steeds een bijtelling. Meestal is het dus voordeliger die toch maar bij te houden.

Ik begreep dat de boekhouder van Domein 158 alleen de voorbelasting over de "import" niet meenam. In dat geval wordt een te laag KOR-bedrag toegepast. Maar misschien doet hij helemaal niets met de "import"? In dat geval doet hij een onjuiste aangifte.

Ik "stel' dat ook deze boekhouder beter even de video's van de belastingdienst kan bekijken. Dan krijgen zijn klanten ook waar ze recht op hebben.

Jouw berekening lijkt mij helemaal te kloppen. Deze toont ook aan dat inkoop binnen NL of binnen de EU per saldo geen verschil maakt. Als de boekhouder nog twijfelt, kan hij ook collega's om raad vragen op het Forum Fiscaal Dienstverleners. Dat is (na registratie) alleen toegankelijk voor belastingconsulenten met een Becon-nummer. Misschien raakt hij dan wel overtuigd. Ik neem aan dat de boekhouder op een KOR-bedrag van € 543 uitkomt. Zijn werkwijze levert jou dan een nadeel op van € 414. Fouten zou hij m.i. kosteloos moeten corrigeren. Overigens is verandering van boekhouder halverwege het jaar niet ideaal. Dat zorgt vaak voor een moeizame overdracht en brengt meestal extra kosten met zich mee. Soms is dat uiteindelijk toch de enige oplossing.

Bij de KOR-berekening telt de verschuldigde verlegde BTW niet mee, de bijbehorende voorbelasting wel. Zie deze voor de juiste KOR-berekening in deze situatie. Inkoop in Nederland maakt voor de KOR-berekening geen verschil. Ik zou de BTW-aangiftes nog eens (laten) bekijken. Mogelijk heeft de boekhouder een andere berekeningswijze toegepast. Zo nodig kunnen aangiftes worden gecorrigeerd met een suppletie of bezwaarschift.

Inderdaad is dit meestal onverstandig, maar het gebeurt. Helaas wordt mijn mening doorgaans niet vooraf gevraagd. De taxichauffeur uit dit voorbeeld krijgt overigens elk kwartaal BTW terug. Zijn omzet is immers met 6% belast en de meeste kosten met 21%.

Ik heb hier meerdere voorbeelden van financial lease, waarbij ook de BTW wordt meegefinancierd, o.a. van Mercedes voor zowel bestelbussen als taxi's. Vaak is er geen mogelijkheid om de BTW uit eigen middelen te voldoen. Zoals gezegd, wordt deze BTW dan wel versneld afgelost, zodra de BTW van de belastingdienst is terugontvangen. Zie hieronder termijn 3.

In aanvulling op Bernold: Bij de aflossingsschema's die ik zie, wordt vaak (bijvoorbeeld) de 4e termijn verhoogd met het BTW-bedrag. Het terugontvangen BTW-bedrag wordt zodoende meteen als extra aflossing gebruikt.

De werkwijze die jij noemt geldt voor de berekening van de BTW. Ik doelde hier op de waardebepaling van de voorraad op de balans. Deze beïnvloedt ook (indirect) de berekening van de winst. Deze voorraad moet tegen de aanschafprijs worden gewaardeerd. Zie Regeling Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, winst uit onderneming, punt 5: "Het is niet toegestaan voorraden te waarderen tegen kostprijs verminderd met ‘impliciete’ daarin begrepen OB, als de voor die belasting geldende globalisatieregeling van toepassing is." "Het is onverbrekelijk verbonden aan de werking van zowel de margeregeling als de daarop gebaseerde globalisatieregeling dat de in eerdere schakels geheven OB deel uitmaakt van de kostprijs van de voorraad."

Is dat bedrag misschien in de laatste 3 dagen van 2017 binnengekomen? Meerdere banken (o.a. ING en Rabobank) hadden nogal moeite om een eenduidig saldo per 31-12-2017 te bepalen. Soms werden deze bedragen pas in januari 2018 verwerkt, maar toch meegenomen in het saldo per 31-12-2017. Soms werd geadviseerd om het saldo op het jaarverslag handmatig aan te passen. De Rabobank stuurde hierover pas in april (!) een brief met het advies om zo nodig ook de aangifte inkomstenbelasting opnieuw in te dienen (!).

Als hier sprake is van de globalisatieregeling, geldt het volgende: De margeregeling is alleen een methode om de verschuldigde BTW te berekenen. De berekening van winst en voorraadwaarde vinden op de gebruikelijk wijze plaats. De omzet voor de BTW is dus meestal een andere dan voor de verlies-en-winstrekening. Bovendien is er voor verlies-en-winstrekening meestal ook een inkopwaarde. Op de voorraadwaarde mag (nog) geen BTW in mindering worden gebracht.

Beste Cindy, Als je dat verlies invult in je aangifte, wordt dat afgetrokken van je inkomsten uit loondienst. Over het totaal wordt de verschuldigde inkomstenbelasting berekend. Dat is doorgaans minder dan er al van je salaris is ingehouden. Je hebt dan dus al teveel inkomstenbelasting "betaald". Daarom krijg je dan een deel van die ingehouden loonbelasting weer terug. Dat kan bij een verlies van € 3.000 in sommige gevallen meer dan € 1.200 zijn.

Graag gedaan.